Uitgebreide samenvatting Financiële instellingen prof: Jos Meir
3 views 0 purchase
Course
Financiële instellingen (F410715A)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Deze samenvatting van financiële instellingen is gebaseerd op het boek en de slides, samen met mijn notities uit de les. De belangrijke foto's uit het boek staan er ook in. Ik heb enkel deze samenvatting gemaakt en gestudeerd en heb 15/20 hiermee gehaald.
Hoofdstuk 1: Meerwaarde banken
1. Wat zijn banken?
Kredietinstellingen zijn ondernemingen, waarvan de werkzaamheden bestaan in het van
het publiek in ontvangst nemen van gelddeposito’s en het verlenen van kredieten voor
eigen rekening
- Neemt deposito’s op
- Verstrekt kredieten
- Verstrekt kredieten voor eigen rekening (faling = verlies voor bank => geen risico
voor spaarder)
Intermediatie → bank treedt als tussenpersoon op
2. Meerwaarde financieel systeem
Financieel systeem = geheel van financiële markten en banken
- Functie: fondsen van economische agenten kanaliseren naar economische
eenheden die een tekort aan financiële middelen hebben
Overdracht van fondsen tussen spaarders en ontleners:
1. Via directe financiering (financiële markten)
- Ook tussenpersonen mogelijk bij transacties
- Beleggers houden effecten aan die rechtstreeks werden uitgegeven door de
ontleners
2. Via indirecte financiering (banken)
- Intermediatie tussen spaarders en ontleners
- Spaarders geven fondsen aan bank = “cliëntendeposito’s” → bank
transformeert die fondsen in kredieten
, - ZONDER bestaan van een financieel systeem
- Periode 1: Jan heeft inkomen y1 en periode 2: Jan heeft inkomen y2
- => Jan zit in punt Z
- FYL = Fysieke investeringsopportuniteiten lijn
- Bevat combinaties tussen de omvang van een investering en de omvang van
de daaruit resulterende opbrengst
- Betreft fysieke investeringen (geen financiële beleggingen)
- Concaaf verloop → rendement van investering daalt naarmate de omvang
van de investering stijgt
- Rendement is een ratio = omvang opbrengst gedeeld door omvang
investering
2
, - FYL gaat niet verder dan Z → je kan enkel fysiek investeren en niet fysiek
ontlenen → niet mogelijk om meer te consumeren dan het beschikbaar
inkomen
- Financieel beleggen of sparen is onmogelijk want er is geen financieel systeem
- Situatieschets: Jan verkoopt aardappelen en verwerft daarmee y1 en y2 maar nu
gaat hij in periode 1 niet al zijn aardappelen verkopen maar een deel opnieuw
planten (= fysieke investering) voor meer opbrengst in periode 2
- Investering leidt tot een lagere consumptie in periode 1 en hogere consumptie in
periode 2
- c1 < y1
- c2 > y2
Introductie nutscurven:
- Nut van Jan wordt bepaald door c1 en c2 => U(c1, c2)
- c1 of c2 stijgt => nut zal stijgen
- Nutscurve bevat alle combinaties van c1 en c2 die eenzelfde nut opleveren
- Richting van voorkeur = naarmate de nutcurve meer naar rechtsboven ligt, zal het
nut stijgen
- Convex verloop → bij ongelijke verdeling van c1 en c2 bereid om veel van de ene op
te offeren voor een toename van c1
Jan moet bepalen wat zijn optimale consumptieniveaus zijn, gegeven zijn inkomens, de
ligging van zijn FYL en nutscurven (maximalisatieprobleem met restrictie)
- Restrictie volgt uit de inkomens en de FYL (alles boven FYL kan niet)
- U’’’ is de beste nutscurve → punten hierop zijn niet mogelijk want boven FYL
- U’’ best mogelijke optie → meeste punten niet mogelijk buiten Q
- Q is het optimale punt voor Jan
3
, - MET financieel systeem (nog geen onderscheid tussen financiële markt en bank)
- FYL loopt hier wel door na punt Z want nu kan je niet enkel fysiek investeren maar
ook fysiek ontlenen
- FIL = financiële investeringsopportuniteiten lijn
- Bevat combinaties tussen de omvang van een investering/lening en de
omvang van de opbrengst/kosten daarvan
- Ook mogelijk om via FIL te ontlenen → dan plaatst Jan zich rechts van Z op
FIL
- Niveau van rente bepaalt de helling van de FIL
- FIL raakt altijd de FYL → een individu staat steeds op de FYL en hieruit kan hij
financieel sparen of lenen
- Optimale punt = Q*
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller helenaneetens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.03. You're not tied to anything after your purchase.