Samenvatting Sociale
rechtvaardigheid –
volgens toetsmatrijs
Inhoud
H1 Sociaal functioneren van gemeenschappen en inclusie....................................................................2
1.1 Kapitalen.......................................................................................................................................2
1.2 In- en uitsluitingsmechanismen....................................................................................................4
1.3 Inclusie..........................................................................................................................................6
H2 Mensenrechten en grondrechten...................................................................................................11
2.1 Sociaal constructivistisch perspectief.........................................................................................13
2.2 Mensenrechten, grondrechten en sociale rechtvaardigheid......................................................14
2.3 De vijf bouwstenen van mensenrechten als handelingskader van de sociaal werker................14
2.4 Niet-gerechtelijke stappen zetten als sociaal werker.................................................................17
H3 Sociale rechtvaardigheid.................................................................................................................19
3.1 Verschillende perspectieven op sociale rechtvaardigheid..........................................................19
3.2 De drie dimensies van rechtvaardigheid (Nancy Fraser).............................................................21
3.3 Verschillende vormen van sociale rechtvaardigheid...................................................................22
3.4 Elementen van sociale rechtvaardigheid....................................................................................22
H4 Diversiteit........................................................................................................................................23
4.1 Macht.........................................................................................................................................23
4.2 Discours......................................................................................................................................24
4.3 Vormen van discriminatie...........................................................................................................24
,H1 Sociaal functioneren van gemeenschappen en
inclusie
1.1 Kapitalen
Pierre Bourdieu:
Sociaal kapitaal = De som van alle hulpbronnen die voortvloeien uit een duurzaam netwerk.
- Sociaal kapitaal is het geheel van bestaande of potentiële hulpbronnen dat voortvloeit uit het
bezit van één of meer relaties van onderlinge bekend en erkentelijk ofwel het lidmaatschap
van een groep.
Verschillende soorten kapitaal:
Sociaal kapitaal = het geheel van (bestaande of potentiële) hulpbronnen die voortvloeien uit het
lidmaatschap van meer of minder geïnstitutionaliseerde netwerk van relaties. (familie, vrienden,
buren, collega’s en netwerkkennissen van LinkedIn of Facebook).
- Het zijn hulpbronnen die je helpen in het bereiken van doelen (functioneel).
Cultureel kapitaal = geheel van culturele goederen die van generatie tot generatie wordt
doorgegeven. Het beheersen van de gewenste kennis en vaardigheden; en het hebben van een goede
opleiding.
Economisch kapitaal = De beschikbaarheid van financiën en eigendommen. Deze bepaalt de
sociaaleconomische status. Het gaat zowel om jouw eigen vermogen als vermogen uit je familie en
netwerk.
Symbolisch kapitaal = het hebben van status, erkenning en waardering. Bv. Het hebben van een
indrukwekkende achternaam, het winnen van prijzen, het dragen van dure merkkleding.
Linguïstisch kapitaal = Is het vloeiend beheersen van de taal, en je perfect kunnen uitdrukken in het
uitspreken van jouw wensen.
Veld:
o Een gestructureerde ruimte van posities met eigen regels, regelmatigheden en
gezagsvormen.
o een machtsstrijd tussen spelers
o kapitaal is inzet om de strijd binnen een veld te winnen
o Machtsmeerderen = hebben er baat bij om macht, status en kapitaal te behouden.
o Machtsminderen = moeten de machtsmeerderen zien te verwerven.
Habitus:
o Een systeem van duurzame en overdraagbare disposities, gewoonten en neigingen,
een diepgewortelde houding en manier van denken en voelen, dat een regulerende
en structurerende functie heeft op de perceptie, het interpreteren en het handelen.
o Gaat over hoe je dingen moet doen, moet handelen en hoe je je moet gedragen
Doxa:
o Iets vanzelfsprekends is in een bepaalde samenleving.
, o Algemene bekende vanzelfsprekende regels behorend bij veld, habitus.
o Institutionalisering en internalisering.
Robert Putnam:
Sociaal kapitaal = kenmerken van sociale organisatie(s) zoals netwerken, normen en sociaal
vertrouwen die de coördinatie en samenwerking vergemakkelijken voor wederzijds voordeel.
- Kenmerkt zich door specifieke sociale netwerken, vertrouwen, normen en morele
verplichtingen.
- Eigenschap van een collectiviteit.
Bonding sociaal kapitaal = Is het vormen van sterke banden tussen mensen van dezelfde
gemeenschap of achtergrond, bijvoorbeeld binnen een familie. (intern gericht)
- Mensen met een gezamenlijke achtergrond of gezamenlijke belangen (bijv, bijbelgroep, een
Turkse studentenvereniging, een Surinaamse ouderengroep)
Bridging sociaal kapitaal = sociale contacten bouwen met andere groepen die niet hetzelfde zijn als jij
(naar buiten gericht).
- Doel = bruggen bouwen en verbinding maken met andere gemeenschappen, andere
leeftijdsgroepen of andere etnische groepen.
Bonding en bridging sociaal kapitaal = In een samenleving rijk aan diversiteit zijn beide vormen
nodig.
Szreter & Woolcock:
Linking sociaal kapitaal = de mate waarin individuen relaties op bouwen met de instellingen en
personen die relatieve macht over hen hebben.
Vier redenen waarom sociaal kapitaal werkt (Lin, 2001)
1. Informatiestroom: Sociale contacten op strategische locaties geven je toegang tot informatie
over mogelijkheden en kansen die je anders niet bereiken (vacatures, huisvesting)
2. Invloed: Sociale contacten kunnen invloed uitoefenen op wervers op de banenmarkt of
huizenmarkt, door een goed woordje voor je te doen.
3. Sociale accreditatie: door achter je te staan erkennen sociale contacten hun relatie met jou.
Het zijn sociale geloofsbrieven.
4. Bekrachtiging van je sociale identiteit: Jouw erkenning als lid van een groep of netwerk
bekrachtigt jouw aanspraak op bepaalde middelen die beschikbaar zijn voor leden van het
netwerk.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hugojohanneslaseur. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.81. You're not tied to anything after your purchase.