Samenvatting: Griekse en Romeinse Filosofie (Antieke Wijsbegeerte) - Leiden
15 views 1 purchase
Course
Griekse en Romeinse Filosofie (5011VGR)
Institution
Universiteit Leiden (UL)
Aantekeningen van alle colleges Griekse en Romeinse Filosofie, zoals gegeven door Frans de Haas. Bevat alle stof die nodig is voor het deeltentamen en voor de final. Zelf heb ik dit vak met een 8 afgerond (midterm: 8,5 & final: 7).
Aan het eind van het document staan ook 5 à 6 onderdelen (3 pagin...
▫ Arche = begin/beginsel (oorzaak die er nu niet meer is)
▫ Stoicheon = element (oorzaak waaruit de wereld nog steeds bestaat)
▫ Apeiron = het oneindige (Anaximander)
▫ Hylozoïsme = opvatting dat alle materie levend is (geen onderscheid materie en geest)
▫ Alêtheia = leer van de waarheid, doxa = leer van de meningen/schijn (Parmenides)
SAMENVATTING GRIEKS EN ROMEINSE FILOSOFIE
/ANTIEKE WIJSGEBEERTE
INLEIDING
Filosofische geschiedschrijving
- Filosofisch doel:
o Aristoteles: identificatie en analyse van filosofische problemen + nieuwe
oplossingen
o Later: het maken van verantwoorde keuzes (die op zichzelf de voorwaarde waren
voor de filosofische levenshouding waar zij naar streefden)
o (18e eeuw: de klassieke filosofen werden steeds minder relevant bevonden voor
het heden)
o 19e-20e eeuw:
Idealistische traditie: noodzakelijke evolutie van de menselijke geest tot
verlichting en vrijheid
Anderen: de relevantie aantonen van Plato en Aristoteles voor het moderne
filosofische debat -> eigen overtuiging is doorslaggevend -> weinig
overeenstemmigheid over interpretatie van antieke denkers.
Historische-kritische geschiedschrijving
- Filosofisch doel: het reconstrueren en verklaren van wat een bepaalde filosoof heeft
willen zeggen en wat voor invloed zijn optreden en geschriften hebben gehad in zijn tijd
en daarna -> vrij algemene overeenstemmigheid over uitgangspunten, benadering en
uitkomsten.
conceptuele vraag: wat is retorica?
normatieve vraag: is geschiedschrijving beter dan drama?
Richard Rorty (1984): Four Genres of historiography of philosophy
(1) Rationele reconstructie = anachronistisch invoeren van geselecteerde passages in
modern debat (re-educated primitives)
(2) Historische reconstructie = in hun eigen tijd gezien/in eigen context begrijpen (un-re-
eductated primitives)
▫ minimum eis: nooit aan iemand toeschrijven wat hij nooit zou hebben kunnen
accepteren
▫ zelf-rechtvaardiging: nooit consensus
(3) Geistesgeschichte = canon van grote vragen, identiteit, rechtvaardiging en opleiding
van de filosoof door het verlenen van ‘eretitel’ filosofisch
, (4) Doxografie = verzameling van de leer/opvattingen van filosofen
Tijdbalk
▫ 6e-5e eeuw vC Presocratici
> natuurfilosofen; die achter de principes van kosmos willen komen zonder te
vertrouwen op mythologie.
▫ 450-322 vC Klassieke Periode: Socrates, Plato, Aristoteles
> Socrates’ vragen over ethisch handelen, verandert het gezichtsveld van de kosmos
naar het menselijk handelen. Plato met een invloedrijk oeuvre waarin ethiek en
politiek met metafysica, kennisleer en wijsgerige psychologie worden gepresenteerd
in een samenhangende visie op de werkelijkheid en de positie van de mens daarin,
georiënteerd op de Griekse polis. Aristoteles oefent fundamentele kritiek op Plato en
ontwikkelt een alternatieve visie waarin niet zozeer de niet-waarneembare
werkelijkheid van de Ideeën maar de waarneembare werkelijkheid om ons heen het
ijkpunt is.
▫ 321-1e eeuw vC Hellenisme: Stoa
> de hele bewoonde wereld als het terrein van de mens: Logica en natuurfilosofie
staan in dienst van een invloedrijke ethiek waarin het volgen van de redelijke orde
van mens en kosmos richtsnoer is. Epicurus en zijn school stellen daar de criteria van
genot en pijn tegenover, en hanteren het atomisme als een middel om van onnodige
angst voor goden en de dood af te komen. De sceptici tenslotte beschouwen de
andere scholen als dogmatici wier ongefundeerde uitspraken zij grondig
onderuithalen.
▫ 1e eeuw-240 vC Vroege keizertijd
> verandering tot gemeenschappelijk zoeken naar algemene waarheid, in plaats van
afgescheiden scholen. Hierbij hebben pythagoreïsme en platonisme de oudste
papieren, maar ook bijvoorbeeld de wijsheid belichaamd in religieuze boeken en
praktijken wordt in acht genomen en hiermee traditie van filosofische commentaren.
▫ 240-640 vC Neoplatonisme
> Plotinus weet de uiteenlopende filosofische tendensen in het werk van zijn
voorgangers te verenigen tot een nieuwe alomvattende visie, die platonisme wil zijn,
maar fundamentele inzichten uit Aristoteles en Stoa incorporeert, tot een alomvattend
religeus geinsipereerde filosofie.
, PRESOCRATICS - Natural Philosophy
Natuurfilosofie, mn kosmologie = rationele speculatie over fysische werkelijkheid
(regelmaat verklaren). Kosmologie = beschrijving over de ordening van de kosmos
Kosmogonie = beschrijving over het ontstaan van de kosmos
Naturalisme = de natuurlijke werkelijkheid verklaren louter met natuurlijke elementen
Reductionisme = zoveel mogelijk verschijnselen met zo min mogelijk verklarende
factoren kunnen verklaren
Monisten - herleiden de gehele kosmos tot 1 element
Thales (- pyramid & solar Eclipse) (624-545 bc) Substance
> All Life originated from water. Alles is voortgekomen uit water, de aarde
drijft als een vlot op het water.
> verklaring voor: 1) waarom de aarde in rust is 2) aardbevingen (vlot)
> analogie: vergelijking tussen Mikro-kosmos (levende wezens)/makro-kosmos
(kosmos als geheel)
Filosofie als alternatief voor mythisch-religieuze wereldbeeld.
Anaximenes (546 bc)
Oneindige lucht is de bron van leven, waar de aarde op rust. Lucht is de apeiron.
Hemel zit als een stolp over het platte vlak van de aarde.
Anaximander (610-547 bc)
> Alles komt voort uit t onbepaalde en oneindige apeiron. Apeiron = goddelijke
arche. Vuur omringt het vocht waar de aarde op zit.
- One of a myriad of worlds that evolve and dissolve in the boundless
Heraclitus (500 bc) Change
"alles stroomt" (panta rei) - constant flux and movement →alles is te beschouwen
als een strijd van tegengestelden (zijn/niet zijn, want materie verandert)
> de alles overheersende beweging wordt gecompenseerd met logos. Het ene
element zal nooit het andere overheersen. Er is maatvoering. Entity being God,
or the Deity, logos - universal reason, -> source of everything (algemene aard,
ordening).
> De ordening is voor iedereen zichtbaar, echter zien weinigen het.
Parmenides (450 bC)
> Ontologie: Zijn is onveranderlijk →monolitisch en absoluut.
Everything that exists had always existed (no such thing as change).
> uitgaan van het denken: afvragen wat het betekent om te zijn (waarheid
alêtheia). Analyse van ‘zijn’ leidt tot monisme: Hij zoekt tekenen/kenmerken van
het zijn, zemata, die toegang geven tot de ware aard van het zijn
(tegenovergestelde van verandering - niet onderworpen aan de tijd). Monolitisch
geheel: zijn heeft geen innerlijke verdeeldheid, zijn kan alleen zijn.
> Niet uitgaan van de waarneming: in de natuur zien we verandering, ofwel
worden en meningen/schijn (doxa). Mening is hoe de dingen aan jou
toeschijnen. Deze is veranderllijk. Analyse van ‘worden’ leidt tot 2 elementen
(vuur en nacht) en de godin dikê. Worden is niet waar, niet erg. Want er is een
goddelijke kracht die alle elementen ordent tot een kosmos.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ecmuziek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.