Parodontologie en microbiologie
Etiologie &pathogenese van parodontale aandoeningen I
Plaque is de oorzaak van gingivitis, alleen heftigheid verschilt per persoon.
Bewijs is experimenteel gingivitis model (3 weken stoppen met poetsen).
Experimenteel gingivitis model
Plaque samentelling verandert van gram+ naar gram- en naar steeds meer viraal.
Door te poetsen (na 21 dagen) kan je de situatie weer stabiliseren.
Gingivitis = tandvleesontsteking zonder aanhechtingsverlies. Reversibel
Parodontitis = tandvleesontsteking met aanhechtingsverlies/afbraak/weefselverlies.
Fibroblasten kunnen niet meer herstellen. Irreversibel.
Grote variatie in snelheid van ontwikkelen gingivitis, afhankelijk van:
- Snelheid plaqueopbouw
- Microflora
- Ontstekingsrespons
,Overgang gingivitis naar parodontitis
Vaak in verschillende mate en soms ook niet!
Iedereen kan gingivitis krijgen, maar niet iedereen kan parodontitis krijgen (genetische
bepaald).
Risicofactoren voor parodontitis:
- Subgingivaal tandsteen
- A. actinomycetemcomitans
Progressiviteit afhankelijk van:
- Aantal pockets >5 mm
- Aantal recessies
- M>V
(Mannen meer progressie dan vrouwen, kan komen omdat 87% van de mannen rookte)
Hoe ontstaat parodontitis?
Acquisitie = verworven
Transmissie = overdragen
Osteoclast activatie =
botafbraak
(Osteoblasten = botaanmaak)
Verworven factoren:
- Slechte mondhygiëne/specifieke flora
- Verkregen immuunstoornissen
- Roken
- Stress
- Medicijngebruik
, Microbiële aanval ‘specifieke flora’
Sterke associatie met ernstige parodontitis:
- Porphyromonas gingivalis
- Aggregatibacter actinomycetemcomitans
- Tannerella forsythia
Porphyromonas gingivalis: hij kan de plaque laag meer viraal maken en is zwart
gepigmenteerd bacterie.
- Strikt oraal komt uitsluitend in de mond voor
- Strikt anaeroob
- Gram- staaf
Paropathogene eigenschappen:
- Productie collagenase/endotoxine (LPS)
- Productie proteolytische enzymen: vernietigen antilichamen
- Verhindering van PMN-migratie door epitheliale barrière
- Aantasting en/of degradatie van cytokines
- Binnendringen in gingivale epitheel
- Opwekken van lokale en systemische immuunrespons
- Niet fermentatief kan geen zuren produceren
- Sterkt proteolytisch kan eiwitten verteren en dus ook van een gastheer
- Overdraagbaar
Pg wordt geassocieerd met progressieve, ernstige parodontitis en refractaire parodontitis
Aggregatibacter actinomycetemcomitans:
- Strikt oraal komt alleen in de mond voor
- Facultatief anaeroob
- Gram- staaf
Paropathogene eigenschappen:
- Productie Leukotoxinen kan leukocyten onschadelijk maken
- Binnendringen in gingivale + buccale epitheelcellen en vasculaire endotheelcellen.
- Inductie celdood (apoptose) van leukocyten
- Fermentatief produceert zuren
- Overdraagbaar
Wordt geassocieerd met juveniele en refractaire parodontitis
Tannerella Forsythia
- Gram- fusiform
- Strikt anaeroob
- Stikt oraal
Paropathogene eigenshappen:
- Productie proteolytische enzymen
- Mogelijkheid tot binnendringen in gingivale epitheelcellen
- Inductie apoptose van leukocyten
- Vaak aanwezig in combinatie met Fn
Tf wordt geassocieerd met refractaire parodontitis en parodontale abcesvorming
Etiologie &pathogenese van parodontale aandoeningen I
Plaque is de oorzaak van gingivitis, alleen heftigheid verschilt per persoon.
Bewijs is experimenteel gingivitis model (3 weken stoppen met poetsen).
Experimenteel gingivitis model
Plaque samentelling verandert van gram+ naar gram- en naar steeds meer viraal.
Door te poetsen (na 21 dagen) kan je de situatie weer stabiliseren.
Gingivitis = tandvleesontsteking zonder aanhechtingsverlies. Reversibel
Parodontitis = tandvleesontsteking met aanhechtingsverlies/afbraak/weefselverlies.
Fibroblasten kunnen niet meer herstellen. Irreversibel.
Grote variatie in snelheid van ontwikkelen gingivitis, afhankelijk van:
- Snelheid plaqueopbouw
- Microflora
- Ontstekingsrespons
,Overgang gingivitis naar parodontitis
Vaak in verschillende mate en soms ook niet!
Iedereen kan gingivitis krijgen, maar niet iedereen kan parodontitis krijgen (genetische
bepaald).
Risicofactoren voor parodontitis:
- Subgingivaal tandsteen
- A. actinomycetemcomitans
Progressiviteit afhankelijk van:
- Aantal pockets >5 mm
- Aantal recessies
- M>V
(Mannen meer progressie dan vrouwen, kan komen omdat 87% van de mannen rookte)
Hoe ontstaat parodontitis?
Acquisitie = verworven
Transmissie = overdragen
Osteoclast activatie =
botafbraak
(Osteoblasten = botaanmaak)
Verworven factoren:
- Slechte mondhygiëne/specifieke flora
- Verkregen immuunstoornissen
- Roken
- Stress
- Medicijngebruik
, Microbiële aanval ‘specifieke flora’
Sterke associatie met ernstige parodontitis:
- Porphyromonas gingivalis
- Aggregatibacter actinomycetemcomitans
- Tannerella forsythia
Porphyromonas gingivalis: hij kan de plaque laag meer viraal maken en is zwart
gepigmenteerd bacterie.
- Strikt oraal komt uitsluitend in de mond voor
- Strikt anaeroob
- Gram- staaf
Paropathogene eigenschappen:
- Productie collagenase/endotoxine (LPS)
- Productie proteolytische enzymen: vernietigen antilichamen
- Verhindering van PMN-migratie door epitheliale barrière
- Aantasting en/of degradatie van cytokines
- Binnendringen in gingivale epitheel
- Opwekken van lokale en systemische immuunrespons
- Niet fermentatief kan geen zuren produceren
- Sterkt proteolytisch kan eiwitten verteren en dus ook van een gastheer
- Overdraagbaar
Pg wordt geassocieerd met progressieve, ernstige parodontitis en refractaire parodontitis
Aggregatibacter actinomycetemcomitans:
- Strikt oraal komt alleen in de mond voor
- Facultatief anaeroob
- Gram- staaf
Paropathogene eigenschappen:
- Productie Leukotoxinen kan leukocyten onschadelijk maken
- Binnendringen in gingivale + buccale epitheelcellen en vasculaire endotheelcellen.
- Inductie celdood (apoptose) van leukocyten
- Fermentatief produceert zuren
- Overdraagbaar
Wordt geassocieerd met juveniele en refractaire parodontitis
Tannerella Forsythia
- Gram- fusiform
- Strikt anaeroob
- Stikt oraal
Paropathogene eigenshappen:
- Productie proteolytische enzymen
- Mogelijkheid tot binnendringen in gingivale epitheelcellen
- Inductie apoptose van leukocyten
- Vaak aanwezig in combinatie met Fn
Tf wordt geassocieerd met refractaire parodontitis en parodontale abcesvorming