100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting ontwikkelingspsychopathologie $3.77
Add to cart

Summary

Samenvatting ontwikkelingspsychopathologie

 14 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting van hoofdstuk 5, 8, 10 en 11. Overzichtelijk opgeschreven.

Preview 3 out of 19  pages

  • No
  • H5, 8, 10 en 11
  • February 3, 2020
  • 19
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Ontwikkelingspsychopathologie
Hoofdstuk 5, 8, 10 en 11



Hoofdstuk 5: Slaapstoornissen en slaapproblemen
We slapen één keer per 24 uur. Het slapen gaat gepaard met verminderde
motorische activiteit, verminderde verwerking van zintuiglijke prikkels, en het is een
toestand waaruit je kunt worden gewekt.
We slapen ongeveer een derde van ons leven, en kinderen slapen meer dan
volwassenen. Een 2-jarige heeft meer dan de helft van zijn leven geslapen, en een
adolescent ongeveer 40%.

Onze slaap kent twee stadia:
 De remslaap >> dit is de actieve slaap of droomslaap, waarin de ogen achter
de gesloten oogleden snel heen en weer bewegen. Tijdens de remslaap
droomt 80 tot 90 procent van de mensen.
 Non-remslaap >> hierin bewegen de ogen niet. Het heeft vier fasen met een
verschillende slaapdiepte. Tijdens de non-remslaap komen dromen veel
minder vaak voor. Volwassenen beginnen tijdens hun slaap hiermee, en dit
duurt 90 minuten. Daarna volgt een remslaap van tien tot twintig minuten, en
daarna weer een nieuwe non-remslaap. De remslaap is meestal de laatste
slaap voordat we wakker worden.

Remslaap:
Tijdens de remslaap zijn de hersenen net zo actief als wanneer je wakker bent. Het
lijkt er op dat de hersenactiviteit tijdens de remslaap nodig is om het geheugen en
het zenuwstelsel te vormen, en in vorm te houden. De hartslag en ademhaling zijn
tijdens de remslaap onregelmatig. Alle spieren zijn volledig verslapt, behalve de oog-
en gelaatsspieren.

Non-remslaap:
Hierbij geldt, hoe dieper de fase, hoe lager de hersenactiviteit en hoe rustiger
hartslag en de ademhaling. In dit slaapstadium verslappen de spieren niet en kun je
je bewegen. Ook schreeuwen gebeurt in de non-remslaap, dat lukt niet tijdens de
remslaap. Tijdens de non-remslaap worden de energievoorraden aangevuld, eiwitten
aangemaakt en wordt nieuw weefsel gevormd. Bij kinderen zijn de twee diepste
slaapfasen groeizaam.

De biologische klok voor ons slaap- en waakritme is circadiaan. Dat betekent dat hij
een ritme kent van ongeveer een dag. Onze behoefte aan slaap wordt voor een groot
deel bepaald door de productie van het slaaphormoon melatonine. Een ritme is
belangrijk voor de gezondheid. Ons lichaam en onze geest hebben het donker en de
rust nodig om te kunnen herstellen. We slapen niet alleen omdat onze interne klok
een seintje geeft, maar ook omdat we vermoeid raken als we een x-aantal uren
wakker zijn.

1. De omvang van de slaaptijd
Kinderen beginnen al tijdens de zwangerschap met slapen. Een 28 weken
oude foetus slaapt bijna continu, namelijk 22 uur per dag. Bij een

, pasgeborene is dat afgenomen tot gemiddeld 16 uur. Een adolescent heeft
voldoende aan gemiddeld 8 à 9 uur per dag.
2. De verhouding tussen remslaap en non-remslaap
Bij een foetus bestaat 90 procent uit de remslaap. Bij een pasgeborene is dat
de helft, en bij een baby van een halfjaar iets minder dan een derde. De
remslaap is aan het begin van ons leven zo groot omdat het een belangrijke
rol speelt bij de rijping van de hersenen.
3. Afwisseling van slaapperioden
De slaap van pasgeborenen is gefragmenteerd. Dat betekent dat ze vaak
wakker zijn tussendoor omdat ze moeten eten. Een ander verschil is dat een
pasgeborene begint met de remslaap, en dat hun non-remslaap alleen bestaat
uit lichte slaapfasen. Doorslaapproblemen komen vaker bij kinderen voor
omdat zij vaker van de non-remfase naar de remfase gaan, en dat is een
moment waarop je gedeeltelijk wakker kunt worden.
4. Ontwikkeling van de biologische klok
Baby’s hebben geen circadiaan ritme en produceren nauwelijks melatonine.
De piek van melatonine verschuift zich naar een later tijdstip op de dag, en dit
verklaart waarom adolescenten vaak later inslapen en moeilijker uit bed
komen.
5. Leren slapen
Vanaf de leeftijd van 2 à 3 jaar worden slaaprituelen steeds belangrijker. Er
zijn twee redenen waardoor kinderen zich gaan verzetten tegen het alleen
slapen. Ten eerste worden ze zich bewust van hun sociale omgeving, en
daarmee van het feit dat ze gescheiden van hun ouders slapen. Op de tweede
plaats kunnen vanaf de leeftijd van 3 jaar de eerste nachtmerries ontstaan.
6. Individuele verschillen
De slaapbehoefte van individuele kinderen kan afwijken van het gemiddelde.
Het belangrijkste criterium om de duur van de slaap te bepalen, is of een kind
zich ’s ochtends uitgerust voelt. De verschillende slaapbehoefte van kinderen
kan samenhangen met een verschillende melatonineproductie.

Wat slaapstoornissen onderscheidt van slaapproblemen, is dat stoornissen langer
duren (meestal meer dan drie maanden), en duidelijk merkbare negatieve effecten
hebben op activiteiten overdag.
Secundaire slaapstoornissen worden veroorzaakt door andere lichamelijke of
geestelijke problemen, zoals eczeem, depressie of middelengebruik. Primaire
slaapstoornissen hebben te maken met de kwaliteit van de slaap zelf.

Dyssomnia = slechte slaap, het slaapproces is verstoord.
Parasomnia = het kind gedraagt zich vreemd tijdens de slaap.

Dyssomnia’s:

Insomniastoornis
Dit is het meest voorkomende slaapprobleem bij jonge kinderen. Het uit zich op
verschillende manieren:
- Inslaapproblemen >> niet op tijd naar bed gaan of langdurig wakker liggen.
- Doorslaapproblemen
- Te vroeg wakker worden
- Niet uitgerust zijn

, - Moeite hebben met concentratie, aandacht en dingen onthouden.
- Een negatieve stemming hebben
- Gedragsproblemen vertonen
- Slechter presteren op school.

Omdat kinderen de eerste jaren van hun leven veel doorslaapproblemen hebben, is
zelfstandig leren slapen voor hen een moeilijke ontwikkelingsopgave. Vrijwel elk kind
wordt ’s nachts een paar keer wakker.
Wanneer slaapproblemen in stand worden gehouden door inadequaat ouderlijk
ingrijpen, spreken we van een pedagogische insomnia.
Er is sprake van secundaire insomnia, veroorzaakt door eczeem of depressie, als de
slaap gedurende een bepaalde periode frequent wordt verstoord. Problemen moeten
zich vijf keer per week gedurende minimaal vier weken voordoen, wil er sprake zijn
van een stoornis. De insomniacriteria gelden pas vanaf de leeftijd van 1 jaar.
Daarvoor hoort dit bij de leeftijd.

Slaapapneu
Kenmerkend voor een slaapapneu is het stokken van de ademhaling gedurende
minimaal tien seconden. Deze slaapstoornis komt voor bij 1 tot 2 procent van de
kinderen, meestal bij kinderen tussen 2 en 6 jaar oud. Dat komt doordat bij kinderen
van die leeftijd de amandelen relatief groot zijn ten opzichte van de luchtwegen. Ook
heel dikke kinderen kunnen slaapapneu krijgen, doordat hun extra kilo’s kunnen
leiden tot een versperring van de luchtwegen. Pasgeborenen of premature
zuigelingen kunne last hebben van slaapapneu door onrijpheid van de hersenen.

Hypersomnolentiestoornis
Mensen met deze stoornis hebben last van slaapaanvallen overdag. De stoornis
komt heel weinig voor, is bij kinderen heel zeldzaam en er is geen behandeling voor.

Narcolepsie
Dit komt ook heel weinig voor. Het is een stoornis die lastig wordt herkend. Iemand
zakt vanuit het niets in elkaar en blijft verlamd liggen. Ze voelen zich constant moe
en vallen overdag geregeld in slaap. Bij heel hard lachen bijvoorbeeld zakken ze in
elkaar. Ze blijven wel bij bewustzijn. Bij het inslapen treden hallucinaties op die heel
echt lijken. Bij het ontwaken kan slaapverlamming optreden. Kenmerkend voor
narcolepsie is dat de slaap begint met de remslaap, en ook meer remslaap bevat dan
een normale slaap. Medicijnen helpen tegen de symptomen.

Circadianeritme-slaap-waakstoornissen
In dit geval is de slaapcyclus niet goed afgestemd op de 24 uurscyclus. De
slaapkwaliteit is goed, maar het slapen gebeurt op de verkeerde tijden. Deze
jongeren kunnen ’s avonds hun bed niet in en ’s ochtends kunnen ze er niet uit. De
oorzaken van de verlate slaapfase zijn deels biologisch. Bij het begin van de
puberteit vindt de melatonineproductie op een later tijdstip plaats. Daarnaast spelen
sociale factoren een rol. Behalve dat kinderen daardoor niet tot rust komen, draagt
ook de lichtproductie van bijvoorbeeld de telefoon bij aan uitstel van de
melatonineproductie.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller socialworker2001. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.77  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added