Dit is een samenvatting van de tentamenstof van de minor verslavingskunde periode 2. De vakken werken in de verslavingszorg en basiskennis verslavingskunde
Samenvatting leerstof periode 2
Minor Verslavingskunde
1
,Algemene theoretische achtergronden van de gokverslaving, internetverslaving, seksverslaving en
de eetverslaving dit zijn allemaal gedragsverslavingen
Gedrag dat een kick geeft heeft de neiging zich te settelen en tot een verslaving uit te
groeien. Het rationele deel van de cortex functioneert niet meer genoeg om het verlangen te
beheersen, vooral bij genetische aanleg.
- Het niet kunnen stoppen met een bepaald gedrag dat op korte termijn belonend is,
terwijl je je bewust bent van de zware negatieve gevolgen ervan.
Gedragverslaving
Het gevoel dat gedragsverslaafde mensen krijgen wanneer ze een bepaalde handeling
uitvoeren is vergelijkbaar met het gevoel dat inname van drugs veroorzaakt.
Bij een gedragsverslaving wordt het fijne gevoel veroorzaakt door de handeling,
verwachting en de opwinding die daarbij ontstaan.
Door het uitvoeren van de handeling komt dopamine vrij in de hersenen, het
beloningscentrum wordt dan indirect gestimuleerd. Bij inname van drugs wordt het
beloningscentrum direct gestimuleerd doordat de verslavende stoffen doordringen in de
hersenen.
Mensen die gedragsverslaafd zijn hebben een vergelijkbare drang tot herhaling, verlies van
controle en tolerantie als een drugsverslaafde.
Bij een gedragsverslaafde ontstaat de handeling meestal op deze manier:
Gedragsverslaafde wil graag afleiding verrichting van de handeling vrijkomen van dopamine
in de hersenen het fijne gevoel wat door de handeling ontstaat is verslavend.
Het is dus vergelijkbaar met een drugsverslaving
Moderne gedragsverslavingen
Iemand raakt verslaafd aan een modern verschijnsel. Voorbeelden: webcamseks, vreetbuien,
postorderaankopen.
Hierbij zit de schade vooral in de psychische gezondheid en het sociaal lijden. Bij een
seksverslaving kan bijvoorbeeld wel lichamelijke schade optreden (SOA, HIV)
Bij eetstoornissen zoals anorexia kan de lichamelijke schade bestaan uit overlijden .
Bij iemand die lijdt aan vreetbuien en gewichtstoename kan een tekort ontstaan aan de
elektrolyten: natrium, kalium en chloriden.
Criteria DSM 5 gokverslaving en andere gedragsverslavingen ( op de plaats waar gokken staat kan
iedere andere gedragverslaving ingevuld worden)
Met steeds grotere hoeveelheden moeten gokken om de gewenste opwinding te bereiken.
Geïrriteerd of onrustig zijn bij minderen of stoppen met gokken.
Mislukte pogingen om te minderen of te stoppen of controle te krijgen over het gokken.
Geobsedeerd zijn door gokken (veel denken aan het bepaalde gedrag en ervaringen
daarmee, bedenken wanneer je het gedrag weer gaat vertonen)
Vaak gokken bij onlustgevoelens (schrik, angst, depressieve gevoelens)
Opnieuw gaan gokken om verloren geld terug te winnen.
Liegen over het aantal uren dat je gokt , of de hoeveelheid geld die je met gokken verspeeld
hebt.
Door gokken op het spel zetten van of verliezen van je relaties, werk of loopbaan.
Vertrouwen op anderen voor geld of voor het verlichten van schulden die door gokken zijn
ontstaan.
Welke factoren hebben invloed op gedrag?
2
, Laag zelfbeeld
Ontbreken van regels
Weinig aandacht en controle problematisch gedrag
Startleeftijd
Geslacht
Problematisch gedrag kan ontstaan door:
Zit in de persoon of de persoonlijkheid
Coping manier waarop iemand met zijn problemen en stress omgaat.
Psychische en psychiatrische problemen
Uitstelgedrag (procrastinatie)
Impulsgedrag
Bij autisme pesten, faalangst en depressie
Stress
Model van Zinberg
De term verslaving verwijst naar medicalisering aan het gedrag ligt een stoornis ten grondslag.
Iemand is verslaafd als hij ervaart iets niet uit vrije wil te doen, zich gedwongen voelt en
handelt tegen beter weten in. (hij/zij verliest de controle over het eigen handelen)
Neurobiologische verklaring
Van seks – eet en koopverslavingen
Deze verslaving heeft als overeenkomst dat de handelingen de huishouding van de
neurotransmitters beïnvloeden.
Neurotransmitters stoffen die de doorgifte van prikkels in de hersenen beïnvloeden, net
als drugs kunnen seks, eten en shoppen zorgen voor een dopaminepiek. De emotionele
hersenen worden geactiveerd en het beloningscentrum in de hersenen trakteert op
kortstondig genot (Nucleus Acumbens)
Het rationele deel van de cortex zal proberen het verlangen om bijvoorbeeld iets te kopen ,
proberen te beheersen. Bij mensen die verslaafd zijn of vatbaar zijn voor verslavingen
functioneert de cortex minder goed. De impuls wordt niet weerstaan, het gedrag is als het
ware automatisch geworden.
Automatisering van het gedrag dit is de spelbreker en zorgt voor een omslag in het
gevoel. De lust die je eerst ergens voor had slaat om in leegte. Het gedrag wordt een routine
zonder dat er nog vreugde aan beleefd wordt.
Automatisering zorgt voor deze zorgt ervoor dat de frontaal kwab geen rol meer speelt
en dat het gedrag dus ook niet meer gestuurd kan worden.
Kern van de moderne verslaving het gaat om ingesleten gedrag. Het is een routine die niet
gemakkelijk te doorbreken valt en waaraan weinig vreugde wordt beleefd. De NEO cortex staat
hierbij buiten spel (deze stuurt handelingen aan).
Richtlijnen voor het signaleren van een gedragsverslaving
Duidelijke uitgangspunten rond het signaleren en begeleiden
3
, Open houding willen en durven zien
Algemene en specifieke kennis over gedragsverslavingen
Toetsen bij collega’s over dit onderwerp.
Algemene signalen van een gedragsverslaving (gamen)
Verandering in gedrag
Verandering in geestelijke gesteldheid
Lichamelijke signalen (vermagering, gewichtstoename, chronische vermoeidheid,
slapeloosheid)
Herhaalde momenten van verlies van impuls controle
Giechelen/ woede uitbarstingen/ huilbuien / impulsieve of geplande diefstalletjes.
Desinteresse/ down
Snelle wisselingen van het humeur
Sociaal isolement
Dalende werk/school/sport prestaties
Verminderde zelfzorg
Relatie/concentratie/financiële problemen
Verlies van vrienden
Proces van het signaleren van een gedragsverslaving
1. het ontstaan van vermoedens
- Waarnemen
- Herkennen
- interpretatie
2. onderbouwen van vermoedens
- toetsen
- combineren van signalen
3. bevestigen van vermoedens
- gesprek
- analyse
Stadia gedragverslavingen
1e stadium imaginatie (verbeelding) begint met de ontdekking dat innerlijke beelden een
uitermate grote impact hebben op ieders leven.
2e stadium dat er invloed op de beelden uitgeoefend kan worden en dat je de innerlijke
beeldenwereld kunt navigeren is de volgende fase.
3e stadium dat je mogelijk zelf de schepper bent van alles is een goed bewaard geheim.
Geneesmiddelen
Nalmafene = opiodide antagonist tegenpool/tegenhanger
Deze bind zich aan de receptor zonder een biochemische reactie
Een receptor zijn eiwitten waaraan een specifiek molecuul zich kan binden, deze geven signalen
binnen of buiten de cel door aan een andere cel.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rylanavanloon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.