Samenvatting blok 6
Taak 1. KANS: een duidelijke diagnose gevraagd
Leerdoel 1. De student beheert de anatomie van de pols
Botten: Some Lovers Try Positions That They Can’t Handle
Scaphoideum - Lunatum - Triquetrum - Pisiforme - Trapezium - Trapezoideum - Capitatum - Hamatum
- Geleiden naburige botten in hun bewegingsrichting
- Beperken te sterke bewegingen
- Stabiliseren polsgewricht in geheel
o Extrinsieke banden verlopen aan het oppervlak, zijn nauw verbonden met
gewrichtskapsel, voornaamste taak = stabiliseren
o Intrinsieke banden liggen dieper, delen de ruimte binnen het gewricht in
verschillende compartimenten d.m.v. interossaire vezels
Indeling o.b.v. ligging:
- Banden tussen onderarm en handwortelbeenderen, bijv.:
ligg. radiocarpalia
- Banden tussen handwortelbeenderen, bijv.: ligg.
intercarpalia interossea
- Banden tussen handwortelbeenderen en
middenhandsbeenderen, bijv.: lig. carpometacarpalia
- Banden tussen bases van middenhandsbeenderen, bijv.:
ligg. MetacarpaliaUlnocarpale complex = Triangulair
Fibrocartilaginair Complex Combinatie van banden en
schijven, vormt verbinding tussen distale ulna, distale
radio-ulnaire gewricht en de proximale
handwortelbeentjes. Bij klachten hieraan is er vooral
sprake van gewrichtsklachten aan de ulnaire zijde. TFCC
kan worden ingedeeld in:
o Discus ulnocarpalis (= discus triangularis)
o Ligg. radioulnare dorsale en palmare
o Ligg. ulnolunatum en ulnotriquetrum
o Meniscus ulnocarpalis
o Lig. collaterale ulnare
o Lig. radiotriquetrum
,Discus ulnocarpalis
- Bestaat uit kraakbeen en ligt in transversaal vlak tussen distale ulna en os triquetrum lunatum
- Oorsprong is distale rand van incisura ulnaris v.d. radius in het hyaliene gewrichtskraakbeen
- Schijf loopt met 2 strengen naar de proc. styloideus ulnae en naar de basis v.d. distale ulna
- Buitenste randen zijn bevestigd aan dorsale en palmaire radio-ulnaire banden
- Centrale en radiale delen zijn niet gevasculariseerd → genezen slechter
- Degeneratieve veranderingen komen ook vaker voor in dat gebied
- Mag niet worden verward met meniscus ulnocarpalis!
- Structuur waarvan collageenvezels van dorsale en ulnaire rand discus naar de palmaire kant
van het os triquetrum lopen
o Overbrugt ulnaire gewrichtsspleet van proximale polsgewricht die sterk verwijd is.
o Vergroten van belastbaar oppervlak, vooral bij ulnaire abductie
Lig. carpi transversum/ retinaculum mm. flexorum
- Benige elementen handwortel vormen palmair een concave grot die door het retinaculum mm.
flexorum wordt afgesloten zodat een osteofibreuze tunnel ontstaat = carpale tunnel – canalis
carpi
o Hierdoor lopen 10 buigpezen en de n. medianus
o Kan gemakkelijk een wanverhouding tussen ruimte en volume van tunnel ontstaan =
carpaletunnelsyndroom
o Beperken geleidingsvermogen n. medianus door mechanische druk en/of
onderbreking bloedtoevoer van zenuwscheden
- Handwortelbeenderen hebben dorsaal een convexe welving en palmair een concave welving
- Zo ontstaat de sulcus carpi → aan beide zijden een benige verhoging (= eminentia carpi
radialis en eminentia carpi ulnaris)
o Radiale zijde: tubercula ossis trapezii + ossis scaphoïdei
o Ulnaire zijde: hamulus ossis hamati + os pisiforme
o Daartussen spant zich het retinaculum mm. Flexorum
- Bestaat uit 8 handwortelbeentjes = ossa carpalia
- Liggen in 2 rijen van 4
o Proximale rij (radiaal naar ulnair): scaphoideum – lunatum – triquetrum – pisiforme
(some lovers try positions)
o Distale rij: trapezium – trapezoideum – capitatum – hamatum (that they can’t handle)
- Elk os carpale heeft verscheidene facetten voor articulatie met andere botstukken
- Dorsale zijde van radiaal naar ulnair = convex – palmaire zijde = concaaf
- Handwortelbeentjes dorsale zijden hebben een groter oppervlak dan palmaire (alleen os
lunatum is palmair groter dan dorsaal)
, Os Grootste botstuk Proximale zijde convex (radius) Articuleert met os lunatum
scaphoïdeum proximale rij proximale rij – os
Aan palmaire zijde bevindt zich trapezoideum en os
het tuberculum ossis scaphoidei capitatum van distale rij
Os lunatum Proximale zijde convex (radius) Articuleert met os
scaphoideum en os
triquetrum (proximale rij
carpalia) – os capitatum
en hamatum (distale rij)
Os triquetrum Heeft vorm van een Basis articuleert met os
piramide, top is lunatum (proximale rij
gericht naar ulnair en carpalia), distale zijde
distaal articuleert met os
hamatum (distale rij)
Os pisiforme Radiale zijde van os Ligt op palmaire zijde van
pisiforme bevindt os triquetrum, articuleert
zich een alleen hiermee
bindweefselkoker =
kanaal van Guyon,
bevat a. ulnaris en n.
ulnaris
Os trapezium Veelhoekig Aan palmaire zijde bevindt zich Articuleert met os
een groeve voor pees m. flexor scaphoideum van
carpi radialis, groeve wordt proximale rij carpalia – os
radiaal begrensd door trapezoideum van distale
tuberculum ossis trapezii rij en met ossa
metacarpalia I en II
Os Onregelmatig Articuleert met os
trapezoïdeum gevormd scaphoideum (proximale
rij carpalia) – os
trapezium en os
capitatum distale rij en
met os metacarpale II
Os capitatum Grootste botstuk Proximale gedeelte = capitulum, Articuleert verder met os
promineert in proximale rij en trapezoideum en os
bezit gewrichtsvlakken voor os hamatum van distale rij
scaphoideum en os lunatum carpalia en met ossa
metacarpalia II-IV
Os hamatum Haakvormig naar Articuleert met os lunatum
radiaal omgebogen en os triquetrum van
uitsteeksel = proximale rij carpalia – os
hamulus ossis capitatum distale rij en
hamati (= palmair met ossa metacarpalia IV
gelegen) en V
Metacarpus = middenhand
- Bestaat uit 5 middenhandsbeentjes = ossa metacarpalia
- Verbinden carpus met falangen en met elkaar naar palmair concave boog vormen
- Eerste os metacarpale is het stevigst en het kortst, tweede het langst → daarna neemt lengte
t/m 5de os metacarpale weer geleidelijk af
- Elk beenstuk bestaat van proximaal naar distaal: basis – corpus – caput
o Basis (dorsaal breder dan palmair) bevinden zich 1 of meer proximale
gewrichtsvlakken voor de articulatie met de distale rij carpalia
o Os metacarpale I = zadelvormig (duim)
o Bezit aan basis radiale zijde een tuberculum voor insertie abductor pollicis longus
o Os metacarpale II – IV zitten de bases op de naar elkaar toegekeerde zijden kleine
gewrichtsfacetten waardoor ze met elkaar kunnen articuleren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fysiooo123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.23. You're not tied to anything after your purchase.