Blok 2.4, probleem 6
Leerdoelen:
- Hoe geef je diepte weer?
- Hoe zien we diepte? (2 ogen -> 1 beeld)
- Wat is de invloed van context op lengte?
Illusie lengte/diepte (Ponzo effect)
Bronnen:
- Yantis, H.6
Absolute afstand: Dit is de werkelijk afstand.
Egocentric localization: afstand ten opzichte van jezelf.
Relatieve afstand: Schatting van de afstand.
Object – relative localization: afstand tussen twee objecten.
We kunnen diepte zien door middel van de informatie in de retinale afbeeldingen van beide
ogen.
Er zijn verschillende cues die helpen bij de perceptie van diepte.
- Oculomotor cues: Deze signalen zijn gebaseerd op de feedback van de oogspieren.
- Cues based on retinal image:
o Monocular cues
Static cues, deze zijn niet afhankelijk van beweging.
Dynamic cues, beweging is hierbij betrokken.
o Binocolar cues
Binocular disparity, diepte cues gebaseerd op de licht verschillende
retinale beelden in onze twee ogen.
, Oculomotor depth cues
Wanneer het oog zich focust op een bepaald voorwerp, zorgen de twee verschillende
oculomotor spieren dat het oog de goede vorm heeft en dat het de goede kant op staat. Dit
Door de aanpassing van deze spieren worden deze cues de, oculomotor depth cues
genoemd.
Accommodatie, het aanpassen van de vorm van de lens, kan informatie geven over diepte,
maar dit gaat met name over objecten die max. 2 meter van de persoon zijn verwijderd.
Daarnaast is er ook convergentie, in dit geval keren de ogen naar binnen wanneer ze
focussen op een object dat dichtbij is. De tegenovergestelde vorm is divergentie, dit gebeurt
wanneer het object ver weg is. De ogen gaan dan verder uit elkaar.
Monocular depth cues
Diepte signalen die gebaseerd zijn op informatie uit het retinale beeld zijn een stuk
belangrijker, dan de oculomotor cues.
Deze cues geven je namelijk informatie over diepte, zelfs wanneer je met 1 oog kijkt.
Static cues (= pictorial cues)
Dit zijn 2D-afbeeldingen, foto’s etc. van een 3D-scene. In dit geval neem je diepte
waar aan de hand van de posities van de objecten, de grootte van hun retinale
beeld en op basis van het effect van licht in het retinale beeld.
Positie in het retinale beeld
Twee belangrijke static cues zijn gebaseerd op de positie in het retinale beeld.
- Patial occlusion (=interposition): In dit geval verstopt een object een deel
van een ander object. Dit zegt iets over de relatieve afstanden, je weet
welk object dichterbij is.
- Relative height: Wanneer objecten onder de horizon/ooglevel liggen, worden zij als
dichterbij gezien als zijn lager in de afbeelding liggen. Wanneer objecten boven de
horizon liggen, worden zij als dichterbij beschouwt op het moment dat zij hoger in de
afbeelding zijn geplaatst.
Grootte in het retinale beeld
- Size -distance relation: Hoe verder het object van de persoon
verwijderd is, hoe kleiner het retinale beeld. De grootte van het
retinale beeld kan worden gemeten in de termen van visual angle.
Dit is de hoek in het gezichtsveld die door een object wordt
afgesloten.
De size-distance relatie is exact, de grootte van het retinale beeld
is in verhouding met de afstand tot het object (=size perspective).
- Familiar size: In dit geval zorgt het retinale beeldgrootte van een bekend object op
een bekende afstand ervoor dat we een onbekende afstand toch kunnen inschatten.
- Relative size: Als we ervan uitgaan dat twee of meer objecten ongeveer van dezelfde
grootte zijn, dan kunnen we de relatieve grootte gebruiken om de relatieve afstand in
te schatten.
- Texture gradients: De meeste oppervlaktes hebben een zichtbare structuur. We
kunnen ervan uitgaan dat de textuur elementen allemaal van dezelfde grootte zijn.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller karlijn076. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.