Leerstof uit het 5de / 6de middelbaar (ASO/TSO)
Deze samenvatting is NIET beknopt, het is juist een hele verhaallijn over hoe de oorlog van begin tot einde is verlopen (aanleiding, verloop, einde, etc). Inclusief prenten + cartoons met uitleg (verbanden leggen tussen leerstof en bronnen).
Dez...
Heel wat Europese landen hebben schade geleden door WOI. Onder andere België en
Groot-Brittanië. Zij hebben geld nodig om hun land terug op te bouwen. Europese
geallieerden lenen geld bij de VS tijdens WOI. De VS kende namelijk maar weinig schade na
WOI. Maar landen zoals België en Groot-Brittannië moeten het geld nog terugbetalen aan
de VS, ze gaan het geld lenen bij Duitsland.
0.1.1 Roaring Twenties (1920-1929)
De VS groeien, ze maken een positieve periode mee. Ze hebben weinig schade geleden
tijdens de oorlog, en ze ontvangen geld van de geallieerden. Er is een sterke groei van de
middenklasse. Mensen pronken met radio’s, koelkasten en auto’s. Dit zijn de nieuwe
statussymbolen. De economie draait goed, zelfs te goed. De VS beginnen met het verkopen
van productiegoederen aan Europa. De economie bleef sterker en sterker toenemen, tot op
een bepaald punt. Er ontstaat overproductie. Er is te veel aanbod, er wordt steeds minder en
minder gevraagd. Europese landen hebben geen behoefte meer aan Amerikaanse
producten, de economie in de westerse landen herstelt zich terug.
24 oktober 1929: Black Thursday. De beurs in New York crasht. Er breekt een crisis uit. Dit is
de start van een zware economische depressie.
0.1.2 Black Thursday: niet enkel in de VS
De schokken van Black Thursday zijn overal voelbaar, omdat koploper VS in de problemen
geraakt. In heel Europa kampen mensen met werkloosheid. Landen die het al moeilijk
hebben, krijgen het opnieuw alleen maar moeilijker. Duitsland werd eerst klein gehouden
door de geallieerden, en nu kunnen ze nog steeds niet groeien als land. Al deze frustraties
zorgen voor het ontstaan van extreme regimes.
Afbeelding links - Hitler in Duitsland
Afbeelding rechts - Stalin in Rusland
0.2.1 Wat is een totalitair regime? (totalitarisme)
Er verdwijnen grondwettelijke vrijheden, ze worden beperkt en aan banden gelegd. Er is
geen persvrijheid of vrijheid van meningsuiting. Er zijn ook weinig tot geen politieke vrijheden
meer. Er is geen of slechts een beperkt stemrecht en meestal zijn het eenpartijstaten. De
totalitaire regimes gaan zich vaak focussen op militair vlak. Op die manier laten ze hun
macht zien. Politieke vrijheden hangen vaak samen met grondwettelijke vrijheden.
Er is slechts één persoon die de macht heeft. Rond die persoon ontstaat er een soort van
personencultus. Dit wil zeggen dat deze persoon aanbeden wordt. Alle verwezenlijkingen
van de staat worden aan één persoon toegewijd, de leider.
, Er werden veel posters gemaakt waar de leider op wordt afgebeeld met kinderen. Deze
werden gemaakt met als doel de leider populair te maken bij het volk.
Hedendaags voorbeeld: Noord-Korea
0.2.2 Stalinisme
Lenin sterft en wordt opgevolgd door Jozef Stalin (1924). Stalin zuivert de politiek van al zijn
tegenstanders. Onder het regime van Stalin worden zijn politieke vijanden verwijderd uit het
politieke systeem. Stalin gebruikt hier een geheime dienst voor, die mensen zorgt voor het
zuiveren van de politiek (NKVD).
Stalin had een enorm goede administratie. Hij gaat beginnen met zogenaamde namenlijsten.
Als jouw naam hier op stond, was jij de persoon die als volgende gezuiverd zou worden.
Stalin was dan niet tevreden over jou als persoon. De zuivering kon op verschillende
manieren plaatsvinden (strafkampen, executies).
Stalin voerde zijn bewind op heel harde wijze. Heel veel graan uit de Sovjet-Unie komt uit
Oekraïne. Op een bepaald moment gaf Stalin geen graan meer aan de Oekraïense
bevolking, dit leidde tot hongersnood (holodomor).
Stalin had een radicaal planeconomie. Zijn economisch systeem lag vast volgens plan (voor
enkele jaren). Dit houdt wel risico’s in, want als er een fout in het plan staat, leidt heel de
bevolking onder de gevolgen.
Waarom is Stalin dan eigenlijk populair? Dankzij de planeconomie van Stalin is de
Sovjet-Unie niet afhankelijk van de rest van Europa op economisch vlak. Dit zal ervoor
zorgen dat de rest van Europa deze manier van leiden gaat volgen.
0.2.3 Facisme in Italië
Italië had het moeilijk met het economisch herstel na WOI. Deze frustraties leidt tot een
extreem regime in Italië: Facisme. In 1922 komt Benito Mussolini (Il Duce) aan de macht als
premier. Hij is leider van de Fascistische partij. Mussolini bouwt een totalitair regime uit. Hij
verbiedt andere partijen en censureert de pers.
Mussolini was een autoritaire nationalistische populist! Hij was dus een alleenheerser, die
zijn eigen volk eerst plaatste en hij zei wat het volk wil horen (zo maakt hij zichzelf populair).
Hij beloofde het land economisch sterker te maken, hier zal hij uiteindelijk in slagen. Hij wilde
ook de controle hebben over de Middellandse Zee (Mare Nostrum). Hij belooft het volk dat
Italië weer een sterk en rijk land zal worden.
Mussolini had extremisten die zijn politieke partij volgden. Deze mensen (Zwarthemden)
gingen op straat politieke tegenstanders van Mussolini overtuigen om geen tegenstander
meer te zijn (dit deden ze met het veroorzaken van incidenten). Fasci di combattimento is de
Italiaanse benaming voor de zwarthemden van Mussolini.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller movpeel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.