1. Inleiding
= De regels die betrekking hebben op de goederen die ter beschikking staan van
de persoon
- Regeling van de patrimoniale subjectieve rechten
o Vorderingsrechten
o Intellectuele rechten
o Zakelijke rechten -> van toepassing in dit vak
Zorgt voor een band tussen een persoon en een zaak
- Eigendomsrecht + zakelijke gebruiksrechten = zakelijke
hoofdrechten
o Hebben betrekking op het goed zelf
o Eigendomsrecht = meest voorkomende zakelijke recht
o Als het over een huis gaat is het volledige huis het onderwerp van
het zakelijke hoofdrecht
- Bijkomende zakelijke rechten = zakelijke zekerheden
o = accessoire zakelijke rechten
o Hebben betrekking op de waarde van het goed
Belang
- Rechtssubjecten vs rechtsobjecten
o Rechtssubjecten hebben noden en behoeften en verwerven hiervoor
rechtsobjecten
Iemand die honger heeft gaat eten kopen
Je koopt een auto omdat je je wilt verplaatsen
- Vermogen vs levenskwaliteit
o Het vermogen is bepaald door de aanspraken die je hebt op
rechtsobjecten
o Mensen met een groot vermogen zijn rijker, hebben een hogere
levensstandaard en betere levenskwaliteit
- Investeringen
o Als je een huis koopt gaat de bank je een lening geven, als je al een
huis hebt en nog 1 wilt kopen heb je een pand die je als zekerheid
kan geven
Bij de koop van een onroerend goed wordt de akte van
overdracht ingeschreven op het AAPD
o Als je een huis koopt kan je dit verhuren en krijg je hier inkomsten
van
Draagt bij tot de maatschappelijke welvaart
Indeling
- Waarom?
o Elke categorie van goederen heeft een eigen rechtsstatuut
Dit rechtsstatuut verschilt volgens:
Gebruik
, Graad van toe-eigeningsmogelijkheid
De aard
- Roerende vs onroerende goederen art. 3.46 BW
o Roerende goederen
= verplaatsbare goederen
Door eigen kracht
o Bv. een dier
Door een externe kracht
o Bv. een fiets
Als je een woning verkoopt moeten de roerende goederen uit
het huis zijn, onroerende goederen blijven aanwezig
Bv. messen, stoelen etc. zijn roerend
Bv. een bad, toilet etc. zijn onroerend
Niet onroerend? -> roerend
Restcategorie
Nooit beide tegelijk mogelijk
Roerende rechten
Zakelijke rechten op roerende goederen
Schuldvorderingen
Bv. schuldvordering die in de vorm van geld wordt
betaald
Vervroegde roerendmaking
Een boom is onroerend; met wortels verweven in de
grond
o Appels aan boom zijn onroerend tot ze op de
grond vallen
o Vervroegde roerendmaking; vooraf een prijs
vaststellen, een overeenkomst maken over oogst
- Onroerende goederen art. 3.47, eerste lid BW
o Publiciteit
AAPD
= het bevoegde kantoor van de algemene
administratie van de patrimoniumdocumentatie
Kenbaar maken dat je eigenaar bent van een goed
o Maakt dit tegenwerpelijk tegenover derden
1 keer per jaar wordt een eigenaar SA ->
grondbelasting
Belang voor SE: onroerend goed wordt ingeschreven
o SE weet dat je een onroerend goed hebt, ook als
zeg je dit niet
De bank (SE) kan de woning aanslaan en
zo de openstaande lening betalen
Anterioriteitsbeginsel
Zorgt dat een SE voorrang heeft op betaling van de
schuld
Tegenstelbaarheid aan derden
o Niet-verplaatsbare goederen, goederen die worden geacht niet
verplaatst te worden
Als je schade veroorzaakt door een goed te verplaatsen is dit
goed onroerend
, o Door hun aard en door incorporatie
Grond
Boven- en ondergrond
o Ondergrond: ook minerale rijkdommen
Bouwwerken en beplantingen art. 3.47, tweede lid BW
Inherente onderdelen van bouwwerken
o Bv. een keukenmeubel, vaste radiatoren,
ingebouwd bad
Bomen en planten
Niet afgeplukte vruchten
o Uitzondering: vervroegde roerendmaking
Goed is toch roerend
Planten en vruchten; onroerend tot ze van de boom
vallen
o Door aard
Aard -> voorwerp
Onroerende zakelijke rechten
Onroerende schuldvorderingen
Schuldvordering tot het geven van een geldsom is niet
onroerend
Onroerende rechtsvorderingen
Op onroerend vermogensrecht
Bezitsvorderingen
o Door bestemming
= hebben een belangrijke band met een onroerend goed ->
wordt hierdoor als onroerend gezien
Accessoria van een onroerend goed
Art. 3.9 BW
Art. 3.47, laatste lid BW
Voorwaarden
Subjectieve voorwaarde
o Roerend en onroerend goed moeten toebehoren
aan dezelfde eigenaar
Als je in je woning een mat plaatst, is de
mat onroerend door bestemming
Als de huurder van een woning een mat
plaatst is deze mat roerend
Objectieve voorwaarde
o Is essentieel voor een onroerend goed
Zonder een machine kan een fabriek niet
draaien
Nis: het nis en beeldhouwwerk staat in
een huis, nis heeft geen functie zonder
beeld
o Door hun voorwerp art. 3.49 BW
Belang van onderscheid
o In tal van rechtsregels en -takken van het Belgisch privaatrecht
speelt het onderscheid een belangrijk rol
Ivm overdracht van goederen
Procedure verschilt
, o Auto kan je mondeling of door een zelf opgesteld
schriftelijk document verkopen
o Een huis moet verplicht door een notariële akte
verkocht worden
Ivm beslagprocedures
Bij roerende goederen geldt bezit als titel (art. 3.28
BW)
Ivm bezitsbescherming
Schenkingsrechten
o Roerend: geld
o Bij een onroerend goed is er een onderscheid
tussen schenkingen in de rechte lijn en zijlijn
Rechte lijn: mama, grootouders
Tarieven zijn lager dan zijlijnen
Zijlijn: tantes en nonkels
Slechts onroerende goederen zijn vatbaar voor een hypotheek
Zakelijke rechten
Begrip, kenmerk en soorten
- Rechtstreeks zeggenschap over een bepaald voorwerp
- Erga omnes
o Iedereen moet dit respecteren
- Numerus clausus
o Zakelijke rechten zijn een gesloten stelsel
o De wetgever bepaald welke zakelijke rechten er bestaan
- Wilsautonomie
o Numerus clausus betekent niet dat er niet tegemoet gekomen wordt
tot de wilsautonomie
o Beperking voor definities en wanneer de wet het oplegt
o Er kan worden afgeweken van zakelijke rechten (aanvullend recht),
tenzij de wet zegt dat dit van dwingend recht is
Volgrecht
- Recht volgt het voorwerp en niet de persoon
- Huis kopen -> volle eigendom
o Volle eigendom bestaat uit;
Blote eigendom
Vruchtgebruik
o 2 mensen kopen een huis (hebben 100% volle eigendom), 1 iemand
overlijdt -> erfrecht: 100% vruchtgebruik van die overledene gaat
over naar echtgenoot, de kinderen krijgen 100% blote eigendom
Geen kinderen? Partner krijgt de 100% volle eigendom
Blote eigenaars; mogen goed verkopen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janssensbernadette12. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.92. You're not tied to anything after your purchase.