Samenvatting en proeftentamen van het boek changemanagement (verandermanagement) van H1 t/m H10. De samenvatting is gemaakt volgens de toetsmatrijs en het proeftentamen. Je kan me altijd berichten voor vragen.
ISBN: 9789001738471
Uitgever: Rob van Stratum, Jan Lubberding & Erik Kaptein
Druk: 7e druk, 2021
Leerstof Hoofdstuk 1 t/m 10
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1................................................................................................................................................... 3
1.1 Weten dat de kern van het IOV-model uit 10 elementen bestaat.................................................................4
1.2 Weten dat het IOV-model verwijst naar 3 bestaansvoorwaarden................................................................4
1.3 Herkennen de samenhang in het IOV-model tussen de bestaansvoorwaarden, de huidige en gewenste
‘fit’ en externe omgeving.....................................................................................................................................5
Hoofdstuk 2................................................................................................................................................... 6
2.1 Herkennen in het 7S-model subsystemen en aspectsystemen.......................................................................6
2.2 Kunnen verschillende indelingen van organisatieverandering duiden..........................................................6
2.3 Kunnen de formule E = K x A verduidelijken via verschillende voorbeelden..................................................7
2.4 Kunnen vier verschillende omgevingstypen onderscheiden...........................................................................7
2.5 Kunnen aan de hand via kenmerken uit het IOV-model twee tegengestelde organisatietypologieën van
Mintzberg duiden.................................................................................................................................................8
2.7 Kunnen aan de hand van kenmerken uit het IOV-Model afleiden in welk soort externe omgeving een
organisatie zich bevindt.......................................................................................................................................8
2.8 Kunnen aangeven welke bestaansvoorwaarden aangepast dienen te worden voor het realiseren van een
succesvolle organisatieverandering.....................................................................................................................8
Hoofdstuk 3................................................................................................................................................... 9
3.1 Weten dat de bestaansvoorwaarden uit het IOV-model op drie verschillende organisatieniveaus worden
toegepast.............................................................................................................................................................9
3.2 Kennen het verschil tussen functies en rollen binnen een organisatie...........................................................9
Hoofdstuk 4................................................................................................................................................. 10
4.1 Kunnen de 4 verschillende relaties in organisaties in organisaties metaforisch duiden..............................10
4.2 Weten dat de menselijke relaties het verandervermogen van een organisatie zowel positief als negatief
kan beïnvloeden.................................................................................................................................................10
4.3 Kunnen het Cultural Web Model van Johnson & Scholens met voorbeelden toepassen.............................10
4.5 Weten waarin de vier cultuurtypologieën van Cameron & Quinn van elkaar verschillen...........................11
Hoofdstuk 5................................................................................................................................................. 13
5.3 Weten waarin de vier veranderstrategieën van Mintzberg van elkaar verschillen.....................................13
5.4 Begrijpen de samenhang die MIntzberg ziet tussen veranderingstype, veranderstrategie en het soort
kernactiviteiten..................................................................................................................................................14
5.5 Begrijpen vanuit de Change Factory welke veranderstrategie bij welk type verandering en het soort
organisatie past..................................................................................................................................................14
5.6 Kunnen kenmerken benoemen van de vier veranderstrategieën uit het model van Change Factory.........14
5.7 Weten wat de vijf kleurdruk-veranderstrategieën van De Caluwe inhouden..............................................15
5.8 Weten welke veranderstrategieën passen bij de twee tegengestelde organisatietypologieën van
Mintzberg uit het IOV-Model.............................................................................................................................15
, 6.1 Weten wat de mate van zelfvertrouwen in Balogun en Hailey’s transitiecurve van emoties kan variëren.
............................................................................................................................................................................16
6.2 Weten wat de verschillende fasen in transitiecurve van Balogun en Hailey inhouden...............................16
6.4 Kennen vanuit de ontwikkelingsbenadering van verandering een alternatieve SMART-toepassing..........17
6.5 Kunnen de 8 fasen van Kotter plaatsen binnen het 3-fasenmodel van Lewin.............................................18
Hoofdstuk 7................................................................................................................................................. 18
7.2 Kennen verschillende participatievormen die de mate van betrokkenheid van stakeholders binnen een
verandertraject bepalen.....................................................................................................................................19
7.3 Weten wat de impact van een verandering en de macht van stakeholders invloed uit kunnen oefenen op
de mate van betrokkenheid in een verandertraject...........................................................................................19
7.4 Kennen de componenten van moeten, willen en kunnen veranderen in de theorie van veranderbereidheid
van Metselaar....................................................................................................................................................20
7.5 Weten welke sturingselementen en interventies uit de veranderbereidheidstheorie van Metselaar ingezet
kunnen worden in verandertrajecten.................................................................................................................20
7.6 Weten uit welke componenten de theorie van Mentale Kracht van Peter Clough bestaat........................21
Hoofdstuk 8................................................................................................................................................. 21
8.1 Kunnen conclusies trekken uit het Leiderschapsmodel van Ekvall en Arvonen over de gevolgen voor
organisatieverandering......................................................................................................................................21
8.2 Weten de verschillen te benoemen tussen dienend, authentiek en netwerkleiderschap............................22
8.3 Kunnen concrete voorbeelden benoemen voor de vijf machtsbronnen van French & Raven.....................22
8.4 Kennen de vijf niveaus van persoonlijk functioneren...................................................................................23
8.5 Kunnen uit concrete problemen op het gebied van Lean opmaken of er sprake is van Muda, Mura of
Muri....................................................................................................................................................................23
Hoofdstuk 9................................................................................................................................................. 24
9.1 Weten coördinatiemechanismen van Mintzberg toe te passen op twee verschillende bedrijfstypologieën.
............................................................................................................................................................................24
9.2 Weten in welke verandersituaties welke adviesrollen van toepassing zijn.................................................24
9.3 Herkennen de dilemma’s en rolconflicten in organisatie-adviestrajecten...................................................24
9.4 Kennen de verschillen tussen de aan Drukker & Verhaaren ontleende Arts-Patiëntrelatie en
Partnerrelatie.....................................................................................................................................................25
9.5 Weten twee paradoxale situaties te onderscheiden die Drukker & Verhaaren onderkennen in
adviestrajecten...................................................................................................................................................26
Hoofdstuk 10............................................................................................................................................... 26
10.1 Herkennen de gevolgen van een onjuiste toepassing van het IOV-model in een verandertraject............26
10.2 Weten de verschillen tussen de analysefase en implementatiefase in een organisatie-veranderplan.....27
Hoofdstuk 1
Studenten hebben kennis en inzicht in het IOV-model (Integraal Organisatie en
Veranderingsmodel).
,1.1 Weten dat de kern van het IOV-model uit 10 elementen bestaat
1.2 Weten dat het IOV-model verwijst naar 3 bestaansvoorwaarden
,1.3 Herkennen de samenhang in het IOV-model tussen de bestaansvoorwaarden, de
huidige en gewenste ‘fit’ en externe omgeving.
• Er is sprake van ‘Fit’, wanneer de 3 Bestaansvoorwaarden in de huidige situatie goed
op elkaar zijn afgestemd.
• Door ontwikkelingen in de externe omgeving kan de onderlinge afstemming in de
Huidige ‘Fit’ verstoord raken. Er ontstaat dan een verandernoodzaak.
• Diagnose van de huidige ‘Fit’ stelt de ernst van de verandernoodzaak vast en
achterhaalt wat de organisatiekundige problemen zijn in de huidige situatie die
ongewenst is geworden.
• Om de Bestaansvoorwaarden opnieuw op elkaar af stemmen, ontwerpt de
organisatie een veranderplan voor de Gewenste situatie in de toekomst.
• De Veranderingskloof verwijst naar de discrepantie (het omvangs-verschil qua
sterkte) tussen de Huidige ‘Fit’ en de Gewenste ‘Fit’.
• In het veranderplan staan weergegeven de maatregelen (interventies), die gefaseerd
uitgevoerd worden om de Gewenste situatie daadwerkelijk te realiseren.
• Het realiseren van de Gewenste ‘Fit’ is een veranderkundige uitdaging die plaatsvindt
op drie veranderniveaus.
1.4 Weten dat het IOV-model op 3 verschillende niveaus toegepast wordt.
, Hoofdstuk 2
Studenten hebben kennis van en inzicht in organisatieverandering vanuit de toepassing van
het IOV-model.
2.1 Herkennen in het 7S-model subsystemen en aspectsystemen
Subsystemen verwijzen naar afzonderlijke,
identificeerbare organisatiedelen met specifieke
functies en taken:
Structure (structuur)
Systems (Systemen)
Staff (Medewerkers)
Aspectsystemen zijn overkoepelende elementen
die de gehele organisatie beïnvloeden, maar niet
zelfstandig opereren als aparte eenheden:
Strategy (Strategie)
Skills (Vaardigheden)
Style (Leiderschap)
Shared Values (Cultuur)
2.2 Kunnen verschillende indelingen van organisatieverandering duiden.
• Spontane (onbewuste) versus gestuurde (bewuste) veranderingen
• Organisatieverbetering versus organisatievernieuwing
• Preventieve versus curatieve veranderingen
•
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yethropothof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.35. You're not tied to anything after your purchase.