Week 1: Bod
Introductie: Bod, Rens (1). ‘Introduction: The Quest for Principles and Patterns.’ In: A New
History of the Humanities. The Search for Principles and Patterns from Antiquity to the
Present. Oxford: Oxford UP, 2013: p. 1-12.
Bod, Rens (2). ‘The Study of All Media and Culture: From Film Studies to New Media.’
In: A New History of the Humanities. The Search for Principles and Patterns from Antiquity
to the Present.Oxford: Oxford UP, 2013: p. 339-345.
Conclusie: Bod, Rens (3). ‘Conclusion: Is there a Break in the Modern Humanities?’ In: A
New History of the Humanities. The Search for Principles and Patterns from Antiquity to the
Present. Oxford: Oxford UP, 2013: p. 346-351.
Rens Bod: hoofd mediastudies UvA. Heeft ook wiskunde gestudeerd.
Humanities (geesteswetenschappen) en natuurwetenschappen = verschillende faculteiten.
Andere methode en ander object.
Geesteswetenschappen: producten van de menselijke geest (talen, cultuur etc)
Sociale wetenschappen: menselijk handelen (sociologie, psychologie)
Vroeger was er geen onderscheid tussen natuur- en geesteswetenschappen.
Moderne wetenschappen: splitsing geestes- en natuurwetenschappen.
Hoofdargument: misschien zijn er wel gelijkenissen tussen de 2 (natuur- en
geesteswetenschappen) faculteiten. Bod gaat op zoek naar principes en patronen.
Methode natuurwetenschappen: erklaren. Progressief, kennis is cumulatief. Bouwt op elkaar
voort. Nomothetisch (houdt zich bezig met het vaststellen van universele wetten)
Methode geesteswetenschappen: verstehen. Ideografisch (concreet gevallen proberen te
begrijpen)
Functies:
- Memory function
- Educational
- Kritisch
- Research
Bod’s tekst is een verdediging van de geesteswetenschappen. Geesteswetenschappen zijn
belangrijk.
Conclusie (tekst 3): is there a break in the modern humanities? NO.
Patroonzoekende component en patroon verwerpende component. Anomalische component
(kijken naar het abnormale).
Bod is ook op zoek naar meta patronen (niet per se individueel maar meer algemeen in de
geschiedenis van de geesteswetenschappen.
1. Patronen geesteswetenschappen: elke tak van de geesteswetenschappen bevat een
historische component.
2. Prescriptief (hoe dingen voorgeschreven staan, zo moet het) naar descriptief
(filmanalyse, betekenis halen uit analyse) en weer terug.
, 3. Hiërarchie. Grammatica wordt belangrijk. Filmgrammatica, je hebt een shot, een
scene, een close-up etc. Universele patronen. Niet alleen kijken naar de regels maar
ook naar voorbeelden en anomalieën die de regel ontkracht.
4. Cross fertilization: interdisciplinair onderzoek. Geesteswetenschappen neemt dingen
van de natuurwetenschappen over en andersom.
Er is geen break in continuity.
P11 (tekst 1). Indekken. Problemen in zijn eigen methoden/eigen werk.
Demarcation: hoe leg je de scheiding tussen de natuur- en geesteswetenschappen?
Comparitivism: kan je verschillende disciplines wel vergelijken? Jawel, als je kijkt naar
patronen.
Presentism: met je ideeën van het nu terugkijken op kennis van vroeger. Term ‘humanities’
bestond vroeger nog niet maar hij gebruikt het toch.
Source selection: je moet wel een selectie maken in de voorbeelden, teksten, disciplines etc.
Essay: ten minste 2 auteurs uit de werkgroep vergelijken. Mag een derde auteur van buiten de
werkgroep bij betrekken.
Teksten van het essay zijn de teksten zelf als object, niet een theorie uit de tekst.
Inleiding, conclusie etc moeten aanwezig zijn. 2000 woorden.
Week 2: Bazin
Presentatie: Teksten gaan over verbeelden van de werkelijkheid. Relatie tussen film en
realiteit.
Bazin, André (1). ‘Ontology of the Photographic Image.’ In: What Is Cinema? Trans.
Timothy Barnard. Montreal: Caboose, 2009: p. 3-10. Oorspronkelijk verschenen in het Frans
in 1946.
- Media boven de schilderkunst.
- Ontology: philosophical study of being
- Mummificatie analogie: zoektocht naar het verslaan van de dood door het maken van
beelden.
- Mummie > standbeeld > schilderij > foto
- Mensen hebben een obsessie met de werkelijkheid zo realistisch mogelijk weer te
geven door kunst.
- Fotografie legt een moment vast. Onaangetast door de mens, no agent (Bazin) (MAAR
persoon kiest hoe de foto eruit komt te zien, dit kan ook een illusie zijn.)
- Door fotografie kreeg kunst meer vrijheid waardoor de schilderkunst zich ook kon
gaan focussen op andere dingen in plaats van de realiteit weer te geven.
Origineel in 1945 geschreven.
Wat hij wil gaan bewijzen: cinema verschilt niet heel veel van de middeleeuwse
schilderkunst.
Onderscheid in vorm en inhoud houden. Vorm wordt heel belangrijk.
Psychoanalyse van de beeldende kunst: waarom de mens een drang heeft om de werkelijkheid
te dupliceren. Die drang is psychologisch. Menselijke oerdrang: mummy complex. Vorm van
lichaam/vorm behouden waardoor het bestaan wordt gewaarborgd, waardoor nog een beetje
‘being’ gered kan worden.
Portretkunst past ook binnen deze traditie. Dit is om de koning te redden van zijn
tweede dood. Tegengaan van vergaan van tijd.
, Middeleeuwen > Renaissance (perspectief) > Barok > foto.
Bazin wilde bewijzen dat de middeleeuwse schilderkunst niet zo erg met fotografie
verschilde.
Lineair perspectief: illusie van diepte aan de hand van de grootte van de objecten. Bij
middeleeuwse schilderijen zit geen diepte in. Grotere personages zijn spiritueel belangrijker;
Jezus is groter dan een volwassen engel.
Barok: onderwerpen die zij kozen waren de belangrijkste momenten. Aan de hand van het
licht en het moment supreme doe je alsof er beweging inzit. Beweging uit de realiteit
proberen te suggereren; toppunt van de drive. Gaat verder dan alleen 3D afbeelden op 2D.
True realism: vorm en betekenis vallen samen; fotografie. Objectief. Het enige wat er tussen
zit is een camera, een mechanisme, geen menselijke hand.
Pseudo-realism: tevreden zijn met de illusie van vorm. Lineaire perspectief. Illusie van diepte.
Crisis van het beeld; schilderij probeert de hele tijd iets te doen wat niet kan. Camera komt het
idee redden van de obsessie met realisme afbeelden, waardoor schilderkunst weer andere
dingen kan gaan schilderen. Niet meer verplicht om nep inhoud te creëren. Voorbeeld:
Picasso. Vorm en inhoud gaan weer samen.
Bazin is tegen montagetheorie om in te gaan tegen hun prescriptieve theorie.
Bazin, André (2). ‘The Myth of Total Cinema.’ In: What Is Cinema? Trans. Timothy Barnard.
Montreal: Caboose, 2009: p. 13-20. Oorspronkelijk verschenen in het Frans in 1946.
- Boekreview, geschreven in 1946
- Obsessie van mens met kunst die realiteit weergeeft.
- Total cinema: audiovisuele inhoud schiet niet te kort in zijn productie van de
werkelijkheid. Motivatie achter cinema en niet technologie.
- Te vergelijken met de vogel en het vliegtuig.
- Drang om werkelijkheid te reproduceren.
- Niet tijdsgebonden, niet gaan vastleggen.
- ‘real cinema’ is een replica van de echte wereld.
- De mate van realisme is oneindig.
- Technologie constante staat van verandering > terug naar het oorspronkelijke idee.
Bazin is geboren in Frankrijk in 1918 en overleed in 1958. Hij is filosoof, filmcriticus en
filmtheoreticus en medeoprichter “Cahiers du Cinema” in 1951.
- Schrijft tijdens de opkomst van filmstudies aan universiteiten.
- Verdedigt filmcultuur tegen de hoogleraren die zelf zelfden naar de film gaan
- Nouvelle vague
- Hij heeft meer dan 3000 teksten geschreven maar heel veel werd niet gepubliceerd.
Schrijft descriptief, dus niet prescriptief.
Total cinema: wegstappen van technologie. Realisme is een eindpunt.
Technologie (3D film etc) > ‘realisme’
‘Cinema’ bestond al veel langer dan technologie, zegt Bazin. 3D film enzo zijn uitwerkingen
van iets wat al lang bestaat.
Technologisch determinisme: technologie bepaalt wat cinema is, Bazin draait dit om.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eva1589. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.71. You're not tied to anything after your purchase.