100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 3 breuklijnen van Hoofdstuk 1 chronologisch overlopen $6.59   Add to cart

Summary

Samenvatting 3 breuklijnen van Hoofdstuk 1 chronologisch overlopen

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Niet enkel de 3 breuklijnen worden besproken maar ook de verkiezingen en de positie van België in de wereld. Tijdlijn Verklarende woordenlijst Belangrijke personen

Preview 3 out of 23  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1
  • November 1, 2024
  • 23
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Sociaal-Economische Breuklijn:
De sociaal-economische breuklijn in België heeft diepe wortels die teruggaan tot de
periode na de Belgische Revolutie van 1830. De spanningen tussen verschillende
sociaal-economische groepen, met name de adel, de burgerij en de opkomende
arbeidersklasse, speelden een belangrijke rol in de vorming van het jonge België.:
1830-1839:
 Consolidatiefase: De onafhankelijkheid van België moest worden
geconsolideerd op militair, diplomatiek en financieel vlak.
 Dominantie van de adel en de kerk: Ondanks de revolutie behielden de
adel en de kerk aanzienlijke macht. Dit uitte zich in hoge pachtprijzen op het
platteland, waardoor de macht van de grootgrondbezitters (GGB)
gegarandeerd bleef.
 Opkomst van de industriële burgerij: De industrie, met name in Wallonië,
begon te groeien, gedreven door technologische vooruitgang en de
beschikbaarheid van kapitaal.
 Steun van de overheid aan de industrie: De overheid faciliteerde de export
door investeringen in wegen, spoorwegen en kanalen.
 Begin van de sociale onrust: De groeiende industriële arbeidersklasse leed
onder slechte werkomstandigheden en lage lonen. De eerste tekenen van
socialistische bewegingen verschenen, maar deze bleven beperkt in omvang
en invloed.
1840-1847:
 Unionistische regeringen: Leopold I bevorderde unionistische kabinetten
met zowel katholieke als liberale ministers. Dit weerspiegelde de fragiele
machtsbalans en de noodzaak om beide groepen tevreden te houden.
 Groeiende liberale oppositie: De liberale burgerij verzette zich steeds meer
tegen de dominantie van de kerk in het onderwijs en het politieke leven. Ze
pleitten voor een meer seculiere staat en de uitbreiding van het stemrecht.
 Verdere economische groei: De industriële expansie zette zich voort, wat
leidde tot de oprichting van naamloze vennootschappen (N.V.'s) en de
toenemende invloed van banken zoals de Société Générale en de Banque de
Belgique.
 Hongerwinter 1845-1847: De hongersnood in Vlaanderen legde de armoede
op het platteland bloot en versterkte de sociale onrust.
1847-1848:
 Liberale overwinning: In 1847 behaalden de liberalen een overwinning bij de
verkiezingen, wat het einde betekende van het unionisme.



1

,  Vrees voor revolutie: De revolutie van 1848 in Frankrijk veroorzaakte angst
voor een soortgelijke opstand in België.
 Reactie van de liberale regering: De liberale regering onder leiding van
Rogier en Frère-Orban voerde een reeks hervormingen door om de sociale
spanningen te verminderen. Ze verlaagden de kiescijns, schaften het
dagbladzegel af en hervormden de kieswetten.
Na 1848:
 Consolidatie van de liberale staat: De liberale hervormingen versterkten de
positie van de burgerij en legden de basis voor de verdere ontwikkeling van
de Belgische parlementaire democratie.
 Voortdurende sociaal-economische ongelijkheid: Ondanks de liberale
hervormingen bleven de sociaal-economische verschillen tussen de
verschillende bevolkingsgroepen bestaan. De arbeidersklasse bleef
achtergesteld en de sociale kwestie bleef een belangrijk punt op de politieke
agenda.
De sociaal-economische breuklijn in België was dus een complex en dynamisch
fenomeen. De belangenconflicten tussen de verschillende sociale groepen
waren verweven met ideologische en politieke strijdpunten. De rol van de staat,
de invloed van de kerk en de opkomst van nieuwe economische
machtsfactoren speelden allemaal een rol in de evolutie van deze breuklijn.




2

, Levensbeschouwelijke Breuklijn
De levensbeschouwelijke breuklijn in België, voornamelijk tussen katholieken en
liberalen, speelde een bepalende rol in de politieke en sociale ontwikkeling van het
land.
1830-1839:
 Grondwet van 1831: Hoewel de grondwet godsdienstvrijheid garandeerde,
was de katholieke kerk in de praktijk zeer machtig. De katholieke meerderheid
in het parlement zorgde ervoor dat de kerk weinig hinder ondervond van de
scheiding tussen kerk en staat. Deze invloed van de kerk was voordeliger dan
wat ze onder het Franse regime of het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
had gekend.
 Orangisme en Reünionisme: De orangistische beweging, die terugkeer naar
het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden nastreefde, en het reünionisme, dat
aansluiting bij Frankrijk voor ogen had, werden beide gedreven door
economische belangen. De katholieke kerk was echter vooral loyaal aan
Willem I, deels vanwege zijn antiklerikale standpunten.
 Rol van Leopold I: Koning Leopold I probeerde zijn macht te consolideren
door middel van unionistische regeringen, die zowel katholieken als liberalen
insloten. Dit weerspiegelde de fragiele machtsbalans in het jonge België.
1840-1847:
 Machtsstrijd in het onderwijs: De katholieke kerk streefde naar controle
over het onderwijs en verzette zich tegen liberale initiatieven zoals de
oprichting van de Université libre de Bruxelles in 1834. De wet-Nothomb van
1842 gaf echter overheidsgeld aan vrije scholen, wat in de praktijk vooral
katholieke scholen bevoordeelde.
 Kieswijkenwet 1842: Deze wet onderverdeelde steden in kiesdistricten, wat
de katholieken in staat stelde hun meerderheid op het platteland beter te
benutten en hun greep op de macht te verstevigen.
 Groeiende liberale oppositie: De liberale oppositie organiseerde zich steeds
beter en begon petitiebewegingen te starten om hun eisen kracht bij te zetten.
1847-1848:
 Liberale overwinning: De liberale partij behaalde een
verkiezingsoverwinning in 1847, wat het einde betekende van de
unionistische regeringen en een verschuiving van de macht inluidde.
 Vrees voor revolutie: De revolutie in Frankrijk in 1848 veroorzaakte angst bij
de Belgische elite, die vreesde voor een gelijkaardige opstand.
 Pragmatische liberale hervormingen: De liberale regering onder leiding van
Rogier en Frère-Orban reageerde op de dreiging door de kiescijns te verlagen



3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoniem177. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.59. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80467 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$6.59
  • (0)
  Add to cart