Inleiding verbintenissenrecht. Deze bundel bevat samenvattingen uit het boek praktisch verbintenissenrecht en aantekeningen uit de les. Voor het tentamen heb ik een 9,8 gekregen. Bij ons werd de nadruk vooral op het oplossen van casussen gelegd. In mijn aantekeningen vind je vele stappenplannen.
Verbintenissenrecht: onderdeel van het vermogensrecht
Vermogensrecht bestaat uit:
Verbintenissenrecht
Goederenrecht
Gaat over de relatie tussen rechtspersonen en rechtspersonen.
Bw boeken 3,6 en 7
Kenmerken van een verbintenis:
Rechtsrelatie
Tussen 2 of meer rechtspersonen
Waarbij de ene iets moet doen (plicht) en de ander iets krijgt (recht). Overeenkomst: 2
verbintenissen met een recht en een plicht kant.
Via de rechter af te dwingen
Bronnen van verbintenissen:
Overeenkomst
Wet: onrechtmatige daad, zaakwaarneming, overschuldige betaling en ongerechtvaardigde
verijking.
Stelsel van de wet
Zie verbintenisrechtelijke begrippen in de sheets.
Voorwaardelijke verbintenissen:
Ontbindende voorwaarden
Opschortende voorwaarden
Totstandkoming van een overeenkomst:
Een overeenkomst komt tot stand door aanbod en aanvaarding. 6:217 BW
3:33 bw: een rechtshandeling vereist een gerichte wil die zich door eend.
6:225 bw:
Tegenvoorstel = nieuw aanbod
Als een aanvaarding op ondergeschikte punten afwijkt is het gewoon een aanvaarding en
geen nieuw aanbod.
Advertentie is een oproep tot aanbod (hofland hennis arrest)
Uitnodiging tot doen van een aanbod aanbod (koper) aanvaarding (verkoper)
Verklaring heeft werking als:
Art 3:37 lid 3: moment van aankomen bij ontvanger is wanneer de verklaring werkt. Geldt voor
brieven en emails.
Afgelegde verklaring intrekken: zorgen dat aanbod niet aankomt
Art 3:37 lid 5
Rechtsvoorwaarden:
- Nieuwe verklaring: intrekkingsverklaring: bellen (bewijstechnisch niet handig), mailen,
brief
- Eerder of gelijktijdig met oorspronkelijke verklaring aankomen
Rechtsgevolg: intrekking geslaagd geen verklaring meer
Als intrekking niet meer kan, kun je de werking ervan ongedaan maken.
Art 6:219
Herroepen kan tenzij:
- Het aanbod een termijn voor aanvaarding bevat
- Het aanbod al aanvaard is
- De aanvaarding al is verzonden
- Onherroepelijkheid blijkt uit aanbod
, Rechtgevolg: aanbod vervalt
Wat bepaalt de rechtsgevolgen van een overeenkomst
6:248 bw:
Afspraken tussen partijen
Wet
Gewoonte
Redelijkheid en billijkheid
Hailtex arrest: niet alleen taalkundig kijken wat op papier staat, maar ook kijken naar de bedoeling
naar wat partijen bedoeld hebben en redelijkerwijs mochten verwachten.
Eerst kijken of je kunt intrekken termijn speelt bij intrekken geen rol. Als je niet meer kunt
intrekken dan pas kijken naar herroepen.
Samenvatting hoofdstuk 1
1.1 verbintenissenrecht
privaatrecht:
vermogensrecht: verbintenissenrecht & goederenrecht. Regelt de verhoudingen die op geld
waardeerbaar zijn tussen burgers onderling. Onderdeel van het privaatrecht.
- verbintenisrecht: rechtsrelatie tussen personen
- goederenrecht: rechtsrelatie tussen een persoon en een goed
personenrecht
1.1.1 personen
natuurlijke personen: mens van vlees en bloed
rechtspersonen: niet-natuurlijke personen die wel volgens het rechtssysteem de zelfde
rechtshandelingen als natuurlijke personen kunnen doen.
1.1.2 verbintenissen
verbintenis: rechtsrelatie tussen twee personen waarbij de ene partij verplicht is om een prestatie te
leveren, terwijl een andere partij hier recht op heeft.
- Prestatie: iets doen of iets geven.
- Schuldenaar: degene die moet presteren
- Schuldeiser: degene die recht heeft op de prestatie
1.2 Rechtsfeiten
1.2.1 rechtsfeiten en gewone feiten
rechtsfeit: feit dat een rechtsgevolg heeft, het heeft een gevolg volgens het geldende recht.
Gewone feiten: hebben geen rechtsgevolg
1.2.2 rechtens relevante handelingen en blote rechtsfeiten
blote rechtsfeiten: zijn geen handelingen maar hebben toch rechtsgevolg. Ze vinden plaats
zonder dat er een feitelijke handeling voorafgaand was. (bv geboorte, dood, meerderjarig
worden)
rechtens relevante handeling: handeling die een rechtsgevolg heeft (relevant voor het recht)
1.3.rechtens relevante handelingen
1.3.1 rechtshandelingen en feitelijke handelingen
Feitelijke handelingen: handelingen die een rechtsgevolg hebben, maar niet de bedoeling
had om een rechtsgevolg te creëren
Rechtshandeling: rechtspersoon wil bepaald rechtsgevolg tot stand brengen. Wilsuiting
(handelende persoon laat duidelijk blijken dat hij een rechtshandeling tot stand wilt brengen)
van de handelende persoon is noodzakelijk.
Oogmerk: de bedoeling achter een rechtshandeling: art. 3:33 BW
1.3.2. een- en meerzijdige rechtshandelingen
, Eenzijdige rechtshandeling: rechtsgevolg wordt tot stand gebracht door een persoon, zonder
dat er nog iemand anders nodig is. Wilsuiting van een persoon.
Meerzijdige rechtshandeling: wilsuiting van meerdere partijen is nodig en ze moeten
hetzelfde rechtsgevolg willen.
1.3.3 (niet-)persoonsgerichte rechtshandelingen
Eenzijdige rechtshandelingen kunnen wel of niet persoonsgericht zijn.
Persoonsgerichte rechtshandelingen: wordt verricht door een van de partijen en zijn gericht
tot de andere partij. (bv huuropzeggen)
Niet-persoonsgerichte rechtshandeling: ongerichte rechtshandeling, uitgevoerd door een
persoon, maar is niet tot specifiek iemand gericht. (niet van belang tot wie de handeling is
gericht)
1.4.Meerzijdige rechtshandelingen
Andere meerzijdige rechtshandelingen
Overeenkomsten: 6:213 lid 1 BW
Overeenkomsten:
Andere overeenkomsten: bv het huwelijk
Verbintenis scheppende overeenkomsten: (obligatoire overeenkomst)
- Eenzijdige overeenkomst: schept verplichtingen voor een van de partijen
- Meerzijdige overeenkomst: beide partijen hebben verplichtingen tegen elkaar. (wederkerige
overeenkomst) 6:261 lid 1
Hoofdstuk 2 rechtshandelingen en overeenkomsten
2.1.3 wilsverklaring
Wilsverklaring: verklaring dat iemand een rechtshandeling wilt verrichten.
3:37 lid 1 BW verklaring kan mondeling, schriftelijk of stilzwijgend worden gedaan.
Stilzwijgende wilsverklaring: wanneer wilsverklaring uit een bepaalde gedraging bestaat.
3:37 lid 3 BW wilsverklaring heeft pas effect als de verklaring de persoon tot wie zij gericht is heeft
bereikt.
3:37 lid 5 BW verklaring die tot een persoons is gericht kan worden ingetrokken tot het moment dat
deze de betreffende persoon heeft bereikt.
2.1.5 vertrouwensbeginsel
3:35 BW vertrouwensbeginsel: wanneer iemand er redelijker wijs op mocht vertrouwen dat de
andere partij iets bedoelde, dan kan de handelende partij zich niet beroepen dat hij de verklaring
zonder overeenstemmende wil heeft gedaan.
3:11 BW iemand is ter goeder trouw is wanneer hij niet wist en niet hoefde te weten dat feiten of
het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft niet juist waren: diegene weet niet beter dan dat
de verklaring op die manier was bedoeld.
2.3. overeenkomsten
Verbintenis scheppende overeenkomst:
6:217 lid 1 BW een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan.
Aanbod: een rechtshandeling, het is een handeling die gericht is op een rechtsgevolg, te weten het
tot stand komen van een overeenkomst
Handelende persoon moet handelingsbekwaam zijn.
Om een aanbod te doen is de wilsverklaring van de handelende persoon noodzakelijk.
Aanbod kan mondeling en schriftelijk worden gedaan.
Aanvaarding: accepteren van het aanbod. Kan in iedere vorm worden gedaan 3:37 lid 1 BW
Aanbod kan herroepen worden tenzij er een termijn aan is opgenomen 6:219 lid 1 BW
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller okboomer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.
