100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Methoden en technieken van kwalitatief criminologisch onderzoek (2019/2020): samenvatting literatuur en hoorcolleges $5.94   Add to cart

Summary

Methoden en technieken van kwalitatief criminologisch onderzoek (2019/2020): samenvatting literatuur en hoorcolleges

16 reviews
 814 views  79 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Een complete samenvatting voor het vak 'Methoden en technieken van kwalitatief criminologisch onderzoek', dit jaar gegeven in Bachelor 2 en 3. Deze samenvatting bevat alle voorgeschreven hoofdstukken van het boek 'Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie' en de twee voorgeschreven art...

[Show more]
Last document update: 4 year ago

Preview 4 out of 34  pages

  • No
  • H1, 2, 3, 5, 7, 9 en 12. verder de twee artikelen van van gemert.
  • February 12, 2020
  • March 15, 2020
  • 34
  • 2019/2020
  • Summary

16  reviews

review-writer-avatar

By: bjrnvangorkom • 3 year ago

review-writer-avatar

By: larissavanvlodorp • 3 year ago

review-writer-avatar

By: Ozore • 3 year ago

review-writer-avatar

By: tamaravlajic1 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: judit35sg • 4 year ago

review-writer-avatar

By: annahirschfeldt • 4 year ago

review-writer-avatar

By: abcrimi • 4 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Samenvatting: Kwalitatieve methoden van criminologisch onderzoek

Hoorcollege 1: Introductie kwalitatieve methoden

Kwalitatief onderzoek biedt een manier om een verschijnsel te onderzoeken vanuit het perspectief
van de betrokkenen. Je kan de werkelijkheid zien en begrijpen zoals zij dat doen; belangrijk daarbij is
Verstehen; iets echt vanuit het actorperspectief begrijpen (van binnenuit).

Zonder het vormen van een theorie, blijven de uitkomsten van empirisch onderzoek slechts
begrijpend; daarmee ben je dus nog niet in staat tot verklaren. Je hebt dan eigenlijk alleen maar
weetjes. Een theorie geeft richting bij het interpreteren van resultaten. Vanuit de criminologie geldt
dat verschillende delicten om verschillende verklaringen vragen; je kan niet elk verschijnsel vanuit
één algemene theorie onderzoeken. Twee perspectieven:

- Consensus: regels in de samenleving zijn tot stand gekomen in een democratisch proces
- Conflict: regels in de samenleving zijn vastgesteld door degenen die macht hebben

Bij kwantitatief onderzoek kan je verbanden aantonen en de kracht daarvan kan je uitdrukken in een
statistische maat. Een verband kan dan bijv. significant zijn, maar desondanks is het onduidelijk,
onbegrijpelijk en a-theoretisch. Kwalitatief onderzoek kan dan iets toevoegen; daarmee kan je het
verband daadwerkelijk begrijpen.

Kwantitatief Kwalitatief
Waar en hoe vaak komt iets voor? Hoe zit dat, begrijpen (Verstehen)
Breedte Diepte
Grote bestanden Begrensd veld
Cijfers Tekst, verhaal
Van buitenaf Van binnenuit
Onderzoeker verzamelt zelf data, gaat het veld in.
 Kwalitatief onderzoek is bruikbaar bij het demystificeren/ontrafelen van verschijnselen, bij
groepen die verborgen of lastig te bereiken zijn, en bij bijv. gevoelige onderwerpen.

Sterke punten kwalitatief onderzoek (zie ook de hoofdstukken);

- Thick description
- Verstehen
- Emic perspectief
- Mensen van vlees en bloed zichtbaar gemaakt
- Structuur en cultuur als context van handelen
- Inzichtelijk maken van
betekenisgeving

Lineair kwantitatief onderzoek bestaat uit:
literatuur/theorie, probleemstelling +
onderzoeksvragen, hypothesen vormen,
instrument maken, toestemming krijgen, data
verzamelen, analyse en rapportage. Je ziet
een duidelijk, opeenvolgende volgorde.

Kwalitatief onderzoek is cyclus, er is continu
afstemming (dit heb ik overgenomen uit slide
43 HC 1 van Gemert, 2020):

,Het is een iteratief proces, met steeds vallen en opstaan, waarbij je steeds dingen blijft herhalen, tot
het punt dat je niks meer kan toevoegen en het optimale resultaat bereikt hebt.

Kwalitatief onderzoek is niet makkelijk: je moet persoonlijk contact maken, achter je bureau vandaan
komen, je bent niet de baas en kan niet zomaar zelf sturen, je moet flexibel zijn, en ‘binnen’ komen
bij het verschijnsel dat je wilt bestuderen kan erg lastig zijn. Je moet ook blijven herhalen,
trianguleren, reflecteren, aanpassen/bijslijpen.



1. Kwalitatief onderzoek en criminologische theorie. Over de relatie tussen theorie,
onderzoeksvragen en methode
1. Inleiding

In het ideale geval kan de onderzoek kritisch denken en onderzoeksresultaten binnen bredere
wetenschappelijke en maatschappelijke ontwikkelingen plaatsen. Veel criminologen voegen weinig
van dergelijke betekenis toe aan hun data. Ze gaan vaak mee in de beheersingscultuur: ze zijn vaak
een schoothondje van het handhavingsbeleid; grote maatschappelijke vraagstukken worden
daardoor uit het oog verloren. Nils Christie stelt dat criminologen doen aan a-theoretisch empirisme:
we baseren ons vaak op gegevens over criminaliteit en rechtshandhaving die vergaard zijn door
overheden, en niet bedoeld waren voor onderzoek (maar voor bijv. de opsporing). Door zelf data te
verzamelen zou je eerder tot nieuwe inzichten komen.
M.b.t. tot dataverzameling geldt dat etnografisch onderzoek, een vorm van kwalitatief onderzoek,
verborgen fenomenen zichtbaar kan maken. Opdrachtgevers stellen vaak een vraag, die beperkend
is, omdat de werkelijkheid daarmee geweld wordt aangedaan.
Bij kwalitatief onderzoek is Verstehen belangrijk; niet alleen een fenomeen schetsen, maar ook het
handelen vanuit actorperspectief begrijpen. Je moet de werkelijkheid kunnen begrijpen vanuit een
emic perspectief: welke betekenis de actor zelf aan zijn handelen geeft. Kwantitatief onderzoek kan
correlaties en patronen blootleggen, maar kwalitatief onderzoek legt uit hoe bepaalde zaken
samenhangen en wat de verklaring daarvoor is. Er is vaak een stammenstrijd tussen beide vormen
van onderzoek; kwalitatieve onderzoekers zijn sceptisch jegens ‘objectieve’ waarnemingen waarop
evidence-based voorspellingen worden gedaan. De criminologie moet theorie serieuzer nemen en
inbedden in criminologisch onderzoek. Ook moeten er betere en bredere vragen gesteld worden.

2. Waarom er theorie in onze ‘gereedschapskist’ zit
Een theorie is een systematische en consistente redernering die volgt uit een generalisering en
abstrahering van onderzoeksgegevens, die een mogelijke verklaring aandraagt en die in zo veel
mogelijk toetsbare termen is gevat. Een theorie moet problemen kunnen verklaren. Zonder theorie,
is onderzoek slechts beschrijvend. Een theorie helpt je om bijv. maatregelen te ontwikkelen om
criminaliteit te beheersen. Theoretische noties bepalen waar we naar kijken en hoe we ernaar
kijken, het bepaalt welke zaken scherp gesteld moeten worden. De onderzoeksvraag is bepalen voor
de onderzoeksmethode n het theoretisch kader. Voor onderzoek heb je dus altijd theorie nodig.

3. Het gebruik van kwalitatieve methoden in de criminologie
De verstehende of interpretatieve benadering is kenmerkend voor kwalitatief onderzoek. Vooral
cultureel criminologen hechten veel waarde aan etnografische methoden, vooral participerende
observatie. Ze doen vaak aan exploratief onderzoek; onderzoek naar verborgen werelden;
netwerken en subculturen die zijn ingebed in de samenleving maar veel verbergen naar de
buitenwereld.
Met directe observatie en directe interactie kan de werkelijkheid waarin criminaliteit ontstaat in
kaart worden gebracht. Daartoe moet de onderzoeken langdurig ‘participeren’ in de onmiddellijke
nabijheid van criminaliteit. Vanuit de historische criminologie zien we dat rechtbankverslagen,

,reisverslagen en volksverhalen vaak belangrijke kennisbronnen over criminaliteit in het verleden zijn.
Ook in de feministische en postmoderne criminologie neemt de narratieve methode, waarbij uit
verschillende persoonlijke verhalen een groter verhaal wordt geconstrueerd, een belangrijke plaats
in. Vaak worden daarbij levensgeschiedenissen gebruikt.
In alle gevallen is een kritische blik en reflectie op de totstandkoming en het gebruik van data van
belang. Beperkingen van data moet je in acht nemen. Door fraude in de academische wereld is er
een roep om meer transparantie van methoden en data. Deze druk is er ook voor kwalitatief
onderzoekers; dat is soms lastig vanwege vertrouwensrelaties en het empirisme.

4. Criminologische epistemologie in een notendop
Theorieën die zich richten op de oorzaken van criminaliteit zijn etiologisch (diagnose en advies
karakter). Theorieën gericht op de functie van criminaliteitsbestrijding en effect zijn sociale
reactiebenaderingen. Beide vormen kunnen kwali- en kwantitatief worden onderzocht.
Een ander onderscheid is macro (maatschappelijk niveau) en micro (individu). Op microniveau wordt
er bij kwantitatief onderzoek over een individu gesproken (buitenstaanderperspectief), in kwalitatief
onderzoek gaat het eerder over beweegredenen en betekenisgeving van de actor zelf.
De meeste theorieën gaan uit van het consensusmodel; criminaliteit is iets wat haaks staat op wat wij
als goed gedrag beschouwen. Andere theorieën gaan uit van conflictmodel; de regels in de
maatschappij zijn opgelegd door een dominante groep. De overheid is dan niet neutraal, maar een
partij in een maatschappelijk conflict.
Ook verschillende delictsvormen vragen om verschillende verklaring. Kwalitatieve methoden worden
vooral gebruikt in meso- en macroniveau, omdat ze vooral oog hebben voor de context. Op
microniveau (individu) zullen kwalitatieve onderzoekers geneigd zijn het individu te bekijken in
samenhangen met of in relatie tot zijn inbedding in de sociale of economische omgeving. Maar
uiteindelijk hangt de methode af van de onderzoeksvraag. Niveaus (van micro naar macro):
1. Genen, hormonen, neurotransmitters
2. Antisociale persoonlijkheidsstoornissen
3. Rationele keuze en gelegenheid
4. Opvoeding en sociaal leren
5. Informele sociale controle
6. Cultuur en subcultuur
7. Buurtinvloeden
8. Interactie met sociale reacties
9. Armoede, relatieve deprivatie en ‘spanning’
10. Machtsverhoudingen en maatschappijstructuur


5. De Chicago School
Kwalitatieve methoden zijn begin twintigste eeuw geïntroduceerd in de criminologie door Robert
Park. De universiteit van Chicago verzorgde bijv. rondleidingen naar achterbuurten. Park stimuleerde
onderzoek in de leefomgeving in de eigen stad, naar aspecten die voor de nette mensen vaak
verborgen blijft. Hij bepleitte de methode participerende observatie, dat vond hij onmisbaar om de
stedelijke samenleving te bestuderen.
In de jaren vijftig ontstond vanuit de Chicago School de subculturele strain benadering. Daarbij werd
een verklaring voor delinquent gedrag gezocht in groepen jonge mannen in achterstandsbuurten.
Een belangrijk broek hieromtrent is Delinquent Boys van Cohen.
In NL kwam dit onderzoek pas veel later. Van Gemert schreef bijv. in 1998 ‘het levensverhaal van
jongeren van Turkse en Marokkaanse origine met een instellingsverleden’.

6. Labelling
Begin jaren ’60 ontstond de labelingbenaderingen (mensen die delinquenten een etiket opplakten).
Deze benadering komt voort uit het symbolisch interactionisme (Mead): idee is dat handelingen pas

, betekenis krijgen in de interactie door mensen; handelingen hebben geen natuurlijke betekenis. De
belangrijkste beoordeling komt van signifcant others. Criminaliteit zou in deze benadering komen
door effectieve etikettering. Goffman kwam in dit kader met de term stigma. Iemand raakt dan zijn
oorspronkelijke identiteit kwijt en hij ziet zichzelf als de crimineel. Daardoor wordt het moeilijker om
wel goed te handelen. Het verblijven in een totale institutie (volledig afhankelijk binnen een
instelling) kan volgens Goffman tevens leiden tot mortificatie; afsterven van het ‘ik’.
De gevolgen van stigmatisering zijn uitgewerkt door Lemert; de secundaire deviantie. Door sociale
uitsluiting en hardnekkigheid van stigma’s kan overtredend gedrag een structureel karakter krijgen.
Hier is in NL weinig kwalitatief onderzoek naar gedaan. Wel is er onder meer door participerende
observatie veel kwalitatief onderzoek gedaan naar de strafrechtspleging.

7. Kritische criminologie
Vanaf eind jaren ’60: Becker: stelt dat de stem van ‘gelabelden’ in de criminaliteit onvoldoende
wordt gehoord. De onderzoeker zou helemaal niet neutraal zijn. In de kritische criminologie staat de
dynamiek tussen gedraging en sociale reactie centraal. Kritisch, wat; wetenschap is er om de wereld
te veranderen, reflexieve benadering van de criminologie en maatschappelijke ongelijkheid ter
discussie stellen.
Taylor, Walton en Young schrijven in dat kader een boek waren zij stellen dat de oorzaken van
criminaliteit in sociale (politiek-economisch, sociaalecologisch, demografisch en
sociaalpsychologisch) omstandigheden liggen. De kapitalistische samenleving zou socialisering in de
weg staan. Deviantie is een poging om aan disciplinering te ontsnappen (The New criminology).
Ook aanhangers van de Birmingham school zeiden dat we door strakke onderscheiden tussen
cultuur en economie, politie en ideologie of vorm in inhoud niet in staat zijn om complexe relaties
tussen macht, sociale controle en criminaliteit te begrijpen. Maatschappelijke verhoudingen zouden
bestudeerd moeten worden vanuit het perspectief van degenen die zich daartegen verzetten. Dat is
vaak gebaseerd op casestudies, groepsgesprekken, interviews en participerende observatie. Deze
school had ook veel aandacht voor subculturen.
Merton met de straintheorie kwam hier ook om de hoek kijken; van origine richtte zijn verklaring
zich op de state of society (en niet op het individu). Anderen werkten zijn theorie uit op individueel
niveau (onder meer Young).

8. Kritische analyses van social control en toezicht
Social control vertaalt zich het beste naar maatschappelijke beheersing (voor, tijdens en na een
handeling) en niet naar het veel gebruikte sociale controle. In de sociale controle theorieën van bijv.
Hirschi gaat het om mechanismen waarmee het sociale systeem in evenwicht wordt gehouden en
waarmee afwijkingen van het gangbare patroon worden gecorrigeerd.
Volgens Lemert (secundaire deviantie) leidt sociale controle juist tot afwijkend gedrag. Cohen
bestudeert de spreiding van de sociale controle vanuit totale instituties (Goffman) naar de
maatschappij als geheel. De maatschappij zou zelf trekjes van de gevangenis kunnen krijgen. Er is
veel onderscheid bij sociale controle (formeel vs. informeel, publiek vs. particulier, reactie vs.
proactief, etc.)
Het meeste kritisch onderzoek naar veiligheid is kwantitatief van aard (survey-onderzoek naar
veiligheidsbeleving). Daaruit kan echter niet opgemaakt worden waarom mensen zich onveilig voelen
of wat zij onder onveiligheid verstaan.
Ook evaluatieonderzoek kan met kwalitatief onderzoek worden onderzocht; bijv. bij What works kan
je daarmee onderzoeken hoe iets werkt. Zo kan je bijvoorbeeld interne dynamiek begrijpen.

9. Cultureel criminologische perspectieven
De culturele criminologie lijkt sterk op een hedendaagse versie van de kritische criminologie. Een
maatschappijkritische insteek is van belang. Het symbolisch interactionisme ligt hieraan ten
grondslag. Voor de toekomst van deze stroming is het van belang dat zij zich met belangrijke

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannahvu. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.94. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.94  79x  sold
  • (16)
  Add to cart