Hoofdstukken nodig voor tentamen (1,3,4,5,7,8,9,11,13,15,17,18,19)
November 4, 2024
41
2024/2025
Summary
Subjects
wetenschapsfilosofie
colleges
hoorcolleges
literatuur
koster
wat is wetenschap
overzicht
samenvatting
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Radboud Universiteit Nijmegen (RU)
Pedagogische Wetenschappen
Wetenschapsfilosofie (SOWPWB3220)
All documents for this subject (26)
Seller
Follow
sophievanmeeteren
Content preview
Overzichten wetenschapsfilosofie
Empirisch-analytische Geesteswetenschappelijke Kritische Postacademische
wetenschapsopvatting opvatting wetenschapsopvatting wetenschapsopvatting
UITLEG: P.34
Ontstaan Vanuit mechanisering wereldbeeld
17e eeuw; precies
beschrijven/rekenen
Methode Experimenteren/observeren Hermeneutiek (zie C4 p.8)
Empirisch; observeer maar Fenomenologie
structuur/kwanti. Zoek wetmatigheid
Analytisch; macro uit elkaar in micro;
begrijp wereld in variabelen (in
gedrag lastig)
Waarden en Waarden geen rol in wetenschap Waarden rol in wetenschap; Waarden rol in wetenschap; Waarden rol in wetenschap;
wetenschap (HC2) schrijver is subjectief juist gebruiken! Wetenschap in nou eenmaal in contact,
mag niet neutraal blijven theoriekeuze bepaald door
waarden
Activiteit Erklaren Duiden Bekritiseren
(causaal/natuurwetenschappen,
Weber)
Doel Voorspellen/beheersen Verstehen (begrijpen maar Veranderen
luisteren/inleven)
Onderzoeker Observator Mede-subject Politiek actor
Onderzoeksobject Gedrag Cultuur, uitingen Sociale praktijken
Onderzoekspersoon Object/participant Subject Mede-actor
Interesse Oorzaken, correlaties, wetmatigheden Betekenis, beleving Sociale belangen,
machtsrelaties
Mens- en In elkaars verlengde Gescheiden werelden Door elkaar heen
natuurwetenschap
Attitude Waardeneutraal Normatief Geëngageerd
Epistemologie Empirisme/realisme Cultuurrelativisme Sociaal-constructivisme
Folk psychology? Nee Ja Ja
Uit HC 10; overzicht hoofdstuk 4/12/14/15/16/17
- Koster
1
, o Koster 13/17; (lichaam en geest; waarnemen is duiden; gelaagde wereld)
Dualisme versus monisme
In medische wereld: lichaam los gezien van psychische verschijnselen (dualistische visie), tot uiting bij onverklaarde
lichamelijke klachten (‘help waar hoort het bij’)
Van Gijn: Reguliere geneeskunde:
o Biomedische dimensie (lichamelijk onderzoek naar oorzaak klacht); materieel uitgangspunt
o Onderzoekende dimensie (patiëntgebonden wetenschappelijk onderzoek); materieel uitgangspunt
o Psychologische dimensie (kennis psychische verschijnselen); ondergewaardeerd
Entiteitsmodel van ziekte dominant: lichaam als object dat lijdt aan ziekte vanwege onderliggend substraat (afwijking bv.).
Materiele kader geneeskunde:
o Niet alleen behandeling op lichamelijke zorg, ook GGZ
o Niet direct reductie subjectieve beleving
o Vruchtbaar gebleken, als het niet reductionistisch is.
Renckens: onverklaarbare lichamelijke klachten zijn modeziektes
o Klachten tijdelijk en lokaal karakter, geen anatomisch substraat of past niet bij klachten, is uitvergroting.
o Maar patiënten bedenken klachten niet uit eigenbelang; maar suggestibiliteit
o Echter, herleiding klachten tot organische afwijking is noodzakelijk, bij ontbreken is medicalisering overbodig;
monisme (slechts werkelijkheid van lichaam)
o Geen wisselwerking lichaam–geest (1 of ander); dualisme
Van Doornen; fysiologische is niet meer echt dan iets psychologisch, gaat over de taal. Matige relatie lichaam-geest.
Functionalisme: subjectieve beleving identificeren met rol in wereld en functie voor ons gedrag, niet dualisme/
reductionisme
Vingerhoets: BPS-model; inzicht ontstaan en behouden/genezen onverklaarbare lichamelijke klachten door integratie 3
componenten (bio-psycho-sociaal) in;
o Voorbeschikkende factoren
o Uitlokkende factoren, aanleiding
o Klachtbestendige factoren, in stand houden
o Therapie belemmerende factoren
Model heeft alleen geen methode voor interactie odnerzoeken, meerduidig en geen voorspelling of directe
invloed tonen
Van dualisme naar holisme
o Bullington: mind/body continuüm.
o O.b.v. Merleau-Ponty: lichamelijkheid
Wereld waarnemen via lichamelijkheid (via zintuigen); lichaam als:
Object: fysiologisch organisme
Subject: perspectief van waaruit wereld waarnemen
2
, Realisme versus de rest (sociaal-constructivisme, relativisme, solipsisme)
Cognitivisme versus belichaamde cognitie
Reductionisme, materialisme, emergentie, holisme, zelforganisatie
o Koster 4/14/15/16/17
Wat is een stoornis/pathologie
Biopsychosociaal model versus medisch model
Fysiologisch model vaak overhand en ‘objectiveerbaar maken subjectieve beleving’, probleem: matige samenhang
subjectieve beleving en fysiologische maat, vanwege 4 factoren:
o Reactiviteit fysiologische maten verschilt p.p.
o Personen verschillen in fysiologische reactievormen op symptoom
o Index moeilijk te interpreteren
o In de praktijk vooral perifere metingen aan lichaam; uitkomst is vage afspiegeling subjectieve beleving.
Voordelen fysiologische metingen: voor stappen tussen fenomeen en gevolgen begrijpen en snappen mate/type
ontregeling aan iemands systeem bij ene fenomeen.
Medisch onverklaarbare klachten vaak toegekend aan psychologie
Bij veel functionele klachten wordt stress als een ontstaansfactor gezien
Psychotherapie verandert iemands appraisal->situatie minder bedreigend gezien->verandering functioneren in
prefrontaakwab. DUS psychologische: fysiologische basis (functionele klachten te modificeren/aanvullen door fysiologische
kennis)
o De meetresultaten van psychologische en fysiologische stressmaten correleren slechts zwak.
o Veel medisch onverklaarbare klachten hebben overlappende symptomen
o Het fysiologische domein is niet echter dan het psychologische
HOOFDVRAAG VAK; Hoe kunnen we zo objectief mogelijk zijn t.o.v. alle aspecten van wetenschappelijke kennis [in de sociale wetenschappen]?
HC1 positivisme: Overzicht ontstaan mainstream gedragswetenschap (HC1/Koster 1); volgens allemaal=wetenschap oordeelvrij; allemaal samen geleid
tot E-A
Traditionele visie (Dyson); Wereld verschillende vormen kennis, ook wetenschap. Onverklaarbaar kan reëel zijn
Scientistische visie: Enige vorm kennis, moet verklaarbaar zijn
Koster: wetenschap heeft neutrale visie; alleen over feiten.
Common- Epistemologie Fundering Rationalisme Empirisme Logisch positivisme Positivisme (strenge
sense/ sdenken (radicale vorm vorm E-A)
standaard empirisme)
beeld
Over Strikt Kenleer, waar Kennis is a priori; Kennis a posteriori; eerst Rigoreuze Naivie houding; wereld
3
, wetensc feitelijk, kom kennis Eerst axioma (zekerheid via observatie – dan inductief afbakening is zoals ik het zie en
hap/ken neutraal, vandaan, hoe intuitie) – deductief kennis uit kennis afleiden: algemene wetenschap en niet- ervaar en dit is
nis waardevri mogelijk/rechtv afleiden: premisse conclusie uit beperkt aantal w. kennisfundament objectief, blind eigen
jautonoo aardigen waar=conclusie waar waarnemingen. Conclusie is data (stimuli van bril (anders onzeker)
mniet- Aanname; logische structuur alleen waarschijnlijker door zintuigen), dus MAAR opponent
normatief geest en feitelijke structuur premissen alleen sense data, benadrukt.
. Logische wereld overeen. Aanname; natuurlijke theoretisch neutraal Gemiddelde/evidence-
gevolgtre Modus ponens (raven: zwart, regelmaat/wetmatigheid geformuleerd. based/kwanti/genen
kking, x zwart=x raaf/als x raaf is x bestaat Van fundament naar In
empirisch zwart, x raaf=x raaf) NIET theorie vis formele gedragswetenschap?
e feiten bevestiging consequens logica en inductie Wetenschap in
(alle raven: zwart, x zwart dus x interactie wederzijds
raaf) met omgeving, dus
Modus tollens (alle raven: WEL door externe
zwart, x niet zwart=x geen raaf invloeden beïnvloedt
of als x raaf is x zwart, x niet en doet dit zelf ook:
zwart=x geen raaf) NIET Bronfenbrenner
ontkenning antecedent (alle extern, Gottlieb intern
raven zwart, x geen raaf=x niet
zwart)
Wetensc Waarden spelen geen rol in Wetenschap moet
hap en de wetenschap. oordeelvrij, objectief.
waarde Externe factoren weg,
n bril neutraliseren.
Alleen over feiten en
waarden maken
wetenschapper
subjectief/bevooroorde
eld
Hume’s guillotine:
scherpe grens feiten
en normen, geen
waarden/normatieve
uitspraak uit feitelijke
observatie.
Voorsta Hume; inductie levert geen Voor vormen
nder zekerheid. Veroorzaking hypothese;
neem je niet waar, alleen verificatieprincipe
regular succession (Carnap); Voor
(zelfgemaakte causaliteit) waarneming moet
Kant; Dus kennis= het verschil maken
waarneming (zintuigen) en of hypothese waar
constructie (geest), binnen is, anders
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophievanmeeteren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.82. You're not tied to anything after your purchase.