Samenvatting van hoofdstuk 1 t/m 13 van het vak Financieel management.
Samengevat uit het boek van KOB: ondernemen, financieel management.
Dit boek is o.a. ook de theorie voor het aannemersvakdiploma.
Aanvullend recht: wanneer iets niet is afgesproken gelden de regels van het aanvullend recht
Dwingend recht: mag niet van worden afgeweken
Publiekrecht: rechts tussen overheid en burgers. Alle rechtsregels die de overheid voorschrijft aan de burgers.
Bijvoorbeeld belastingrecht. Als je deze regels niet nakomt ben je in overtreding en loop je de kans op een
gevangenisstraf of boete.
Privaatrecht: regelt het recht tussen burgers onderling of tussen de burgers en overheid als deze zich als burger
gedraagt. Voorbeelden: arbeidsovereenkomst, huurovereenkomst en koopovereenkomst, zoals die zijn opgenomen
in het burgerlijk wetboek. Wetboek van koophandel; privaatrecht, bijv. handelsrecht.
Dualisering van bestuur = gemeenteraad en B&W werken samen. Gemeenteraad is hoogste beslisorgaan.
Eerste afspraak met ambtenaar, tweede afspraak met wethouder (hoogste die je spreekt).
Jurisprudentie: alle rechtszaken uit het verleden. Ter vergelijking. Beschrijving van vonissen.
Trias Politicas: macht in Nederland is verdeeld in wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht. Bewaken elkaar
functioneren.
Alle weten vallen onder de grondwet.
H2 Inleiding rechtsvormen
Keuze voor een rechtsvorm:
- Fiscaal
- Aansprakelijkheid
- Leidingen en zeggenschap
- Mogelijkheden om vermogen aan te trekken
- Voortbestaan
- Verzekerings- en pensioenaspecten
Overdrachtsbelasting: 2% voor particulieren en 6% voor bedrijven.
Eenmanszaak wordt geregistreerd bij de KvK met het BSN-nummer
Alle andere rechtsvormen krijgt van de KvK een RSIN (Rechtspersonen en Samenwerkingsverbanden
Informatienummer)
Met het BSN of RSIN bepaalt de Belastingdienst vervolgens het BTW-nummer en eventuele andere nummers, zoals
het loonheffingnummer.
Handelsregister: ondernemingen, rechtspersonen, vrije beroepsuitoefenaars, kerkgenootschappen en verenigingen
van eigenaar moeten zich hier inschrijven. Is één van de 11 basisregisters. Andere zijn: kadaster en BRP
(Basisregistratie Personen). Doel van de basisregisters = gegevens hoeven maar 1 keer te worden verstrekt, daarna
worden ze verwerkt in de overige basisregisters (dus overal actueel).
Startende ondernemers moeten hun bedrijf inschrijven bij de Kamer van Koophandel (KvK). Daarna moet je je
persoonlijk inschrijven i.v.m. legitimatiecontrole. Bij inschrijving ontvang je van de KvK een registratienummer. Dit
moeten ondernemingen op elke correspondentie vermelden.
Belastingdienst krijgt van de KvK van elke inschrijving in het handelsregister bericht.
Er worden in het handelsregister twee soorten gegevens bijgehouden:
- Authentieke gegevens: van wie de onderneming is, adres, woonplaats en persoonsgegevens. Gelden voor alle
basisregisters, o.a. voor de BRP.
- Niet-authentieke gegevens: bijv. wie tekenbevoegdheid heeft in een onderneming. Doel = rechtszekerheid in het
economisch verkeer en bevorderen economische belangen.
,H3 Eenmanszaak
3.1 Algemeen:
Vanaf 1-1-18 is de standaard: trouwen in beperkte gemeenschap van goederen i.v.m. risico’s voor het gezin. Het
vermogen dat wordt opgebouwd vanaf het huwelijk valt wel in de huwelijksgemeenschap en wordt bij een
eventuele scheiding 50/50 verdeeld.
3.2 Financiering:
3.3 Fiscaal:
BV vennootschapsbelasting/directeur van de BV valt met zijn salaris en winstuitkering onder inkomstenbelasting
Bij hogere winsten valt de combinatie vennootschapsbelasting/inkomstenbelasting voordeliger uit dan het hoogste
tarief inkomstenbelasting
3.4 Voortbestaan:
Continuïteit is het minst gewaarborgd bij een eenmanszaak
3.5 Verzekeringen:
Eigenaar valt buiten de werknemersverzekeringen (WIA werk en inkomen naar arbeidsvermogen, ZW ziektewet en
WW werkloosheidswet)
Zelf regelen: arbeidsongeschiktheidsverzekering, ongevallenverzekering en aanvullend pensioen
Net zoals iedereen verplicht een zorgverzekering af te sluiten (Zvw zorgverzekeringswet)
Als je na je werk voor jezelf aan de slag gaat (zzp’er) kan bij UWV een vrijwillige ZW- en WIA-verzekering afsluiten.
(premie is gelijk aan de verplichte verzekering)
ZZP pensioenfonds: zelf kiezen of en hoeveel pensioen je opbouwt;
- Vrijwillige bijdrage
- Flexibele inleg
- Geen winstoogmerk
- Lage beheerskosten
- Inleg blijft behouden en verdwijnt niet in een gezamenlijke pot
- Zelf bepalen wanneer deze ingaat en voor hoe lang je een uitkering wil ontvangen (afhankelijk van eigen
inleg)
3.6 Bedrijfseconomische winst:
Eenmanszaak + VOF + CV hierbij moet de persoon belasting betalen en niet het bedrijf dus bij deze vormen
heb je geen winst voor of na belasting
BV is wel zelfstandig belastingplichtig; BV wordt aangeslagen voor vennootschapsbelasting winst na belasting =
winst
Bedrijfseconomische winst/economisch resultaat = winst – ondernemersloon – rente over eigen vermogen
Ondernemersloon = berekende vergoeding (niet uitbetaald) voor de werkzaamheden die de eigenaar van de
onderneming, zonder rechtspersoonlijkheid, heeft verricht. Wordt bepaald door een gelijkwaardige functie te
bekijken
, H4 VOF; vennootschap onder firma
4.1 Algemeen:
Twee of meer personen, vaak natuurlijk. Kan ook dat meerdere BV’s samen een VOF vormen.
Het is raadzaam de schriftelijke vastlegging, firma contract, te laten opstellen door een notaris of fiscalist;
- Naam van de VOF
- Doelstelling
- Inbreng per persoon
- Deelname van ieder in het eigen vermogen
- Winstverdeling
- Toe- en uittreding van vennoten
- Bij welke beslissingen overleg vereist is (om te voorkomen dat een vennoot zijn vermogen verliest door een
verkeerde beslissing van de mede-vennoot)
Notariële/authentieke akte: opgesteld door een notaris
Onderhandse/niet-authentiek akte: opgesteld door de vennoten zelf
Beperkingen in de bevoegdheden van de vennoten moeten worden opgenomen in het handelsregister. Gaat de ene
vennoot zijn bevoegdheden te buiten dan vervalt voor de andere vennoot de hoofdelijke aansprakelijkheid en is
alleen de ‘foute’ vennoot nog aansprakelijk.
4.2 Aansprakelijkheid:
Iedere vennoot is volledig aansprakelijk voor schulden van de VOF; een schuldeiser kan van iedere vennoot de volle
voldoening van een schuld opeisen hoofdelijke aansprakelijkheid.
Ook privé vermogen is aansprakelijk voor schuldeisers. Privé schuldeiser kunnen zich niet verhalen op het vermogen
van de VOF.
Faillietverklaring van de VOF ≠ faillietverklaring van de vennoot
Faillietverklaring van de vennoot = faillietverklaring van de VOF
Wanneer failliet: iedere afzonderlijke vennoot heeft opgehouden met betalen en meerdere schuldeiser worden
onbetaald achtergelaten. In de faillissementsaanvraag moet dit per vennoot worden onderbouwd. Dus
4.3 Financiering:
4.4 Fiscaal:
Alle vennoten komen in aanmerking voor aftrekposten die de wet van inkomstenbelasting kent;
ondernemersfaciliteiten. Je moet dan wel voldoen aan het urencriterium; minimaal 1225 uur per jaar besteden.
4.5 Voortbestaan:
Moeilijkheden kunnen ontstaan wanneer de erfgenamen van de overleden vennoot zijn inbreng gaan opeisen.
Oplossing is een compagnonsverzekering: de ene vennoot sluit een levensverzekering af op het leven van de andere
vennoot dure verzekering!
Andere mogelijkheid is in het firmacontract bepalingen opnemen over het terug betalen van de inbreng van de
overleden vennoot aan de erfgenamen.
In veel firmacontracten is een overnemingsbeding opgenomen; de overblijvende vennoot heeft het recht om het
aandeel van de overleden vennoot over te nemen.
4.6 Verzekeringen:
4.7 Bedrijfseconomische winst:
Er moet voor iedere vennoot een ondernemersloon en rente over eigen vermogen berekend worden.
4.8 Man-vrouwvennootschap
Vorm van een VOF; twee partners richten samen een onderneming op. Zelfde regels als een VOF. Urencriterium
moet behaald worden met voornamelijk hoofdactiviteiten; ondersteunde werkzaamheden die niet gebruikelijk zijn
mogen niet worden meegerekend geen recht op ondernemersfaciliteiten. Partner moet op hetzelfde niveau
meewerken. Beide aansprakelijk in hun eigen vermogen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Br99L. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.62. You're not tied to anything after your purchase.