PROBLEEM 1
Leerdoelen 1A:
1. Wat is een bestuursorgaan?
Leerdoelen 1B:
2. Wat is de ratio achter het begrip belanghebbende?
3. Wanneer is iemand belanghebbende?
Bronnen:
- H.E. Bröring e.a., Bestuursrecht Deel I: H2
- Webcast ‘Bestuursorgaan’
- VNG
- Schipholregio
- Afgeleid belang verhuurder
- Koningin & kabinet van de Koningin
- Greenpeace
- Haaksbergse kapvergunning
- Occupy
- Mestbassin
LEERDOEL 1 WAT IS EEN BESTUURSORGAAN?
Inleiding
Zonder bestuursorgaan is er geen sprake van bestuursrecht want publiekrechtelijke bevoegdheden
worden altijd door bestuursorganen uitgeoefend, en in geschillen daarover bij de bestuursrechter is een
bestuursorgaan altijd een van de partijen.
→ Daarom is het begrip ‘bestuursorgaan’ het meest centrale begrip van het bestuursrecht. Dat zie je
aan de definitie van bestuursorgaan in art. 1:1 Awb en de definitie van ‘besluit’ in art. 1:3 lid 1 Awb. De
definitie in art. 1:1 Awb geldt voor het hele bestuursrecht.
Er zijn in de loop van de tijd naast de ‘vanzelfsprekende’ bestuursorganen met algemene taken en
bevoegdheden (zoals het college B&W op gemeentelijk niveau en de minister op rijksniveau) steeds
meer bestuursorganen gekomen met specifieke bevoegdheden (bijv. Commissariaat voor de Media
belast met de bestuursrechtelijke handhaving van de Mediawet).
Publiekrechtelijke bevoegdheden komen soms ook toe aan privaatrechtelijke entiteiten zoals
stichtingen of Bv’s (bijv. garage die APK uitvoert. Voor zover het om de APK van auto’s gaat, is dan ook
sprake van de uitoefening van openbaar gezag).
Art. 1:1 Awb maakt onderscheid tussen:
• A-bestuursorganen: organen die altijd bestuursorgaan zijn en daarom voor hun hele doen en
laten (ook als ze privaatrechtelijk of feitelijk handelen) onder de werking van de Awb vallen.
o Voor deze organen is niet vereist dat openbaar gezag wordt uitgeoefend
o = Bestuur als organisatie
• B-bestuursorganen: organen die slechts voor een beperkt deel bestuursorgaan zijn en onder de
Awb vallen (voor zover ze met ‘enig openbaar gezag’ zijn bekleed).
o VB: een erkend garagebedrijf is een bestuursorgaan op het moment dat het de APK
uitvoert en als zodanig onderworpen is aan de regels van het bestuursrecht, maar
houdt op bestuursorgaan te zijn als het vervolgens reparatiewerkzaamheden aan de
auto verricht.
o = Bestuur als activiteit
1
, Gelet op de systematiek van art. 1:1 lid 1 Awb moet eerst worden vastgesteld of een persoon of college
een a-bestuursorgaan is. Pas als dit niet het geval is, kan worden gekeken of een persoon of college
met openbaar gezag bekleed is en b-bestuursorgaan is.
Organen van rechtspersonen, ingesteld krachtens publiekrecht: art. 1:1 lid 1 sub a Awb
Krachten publiekrecht ingesteld
Houdt in: dat een rechtspersoon op een andere wijze ontstaat dan en vereniging, stichting, nv of bv.
• Het ontstaan van een rechtspersoon ingesteld krachtens publiekrecht, moet gezocht worden in
de wet.
Het is dus niet in het leven geroepen door de in het BW voorziene oprichtingshandelingen die gelden
voor de in art. 2:3 BW bedoelde rechtspersonen, die ingevolge art. 2:86 BW bij notariële akte wordt
opgericht.
In art. 2:1 lid 1 BW worden enkele lichamen opgesomd die rechtspersonen zijn: de Staat, provincies,
gemeenten en waterschappen.
• De expliciete plaatsing van deze lichamen in art. 2:1 lid 1 BW is niet meer dan de wettelijke
erkenning van hun bestaan. Hun bestaan wordt als vanzelfsprekend gezien omdat ze historisch
gegroeid zijn en een fundamentele plaats innemen in de Nederlandse rechtsorde.
Uit art. 2:1 lid 2 BW volgt dat ook andere lichamen waaraan een deel van de overheidstaak is
opgedragen, een rechtspersoon ingesteld krachtens publiekrecht (RIKP) kunnen zijn, mits daarvoor een
basis in een formele wet is te vinden.
• Als het gaat om personen of colleges die geen deel uitmaken van de Staat, provincie,
gemeente of een waterschap, moet in de desbetreffende bijzondere wet worden gekeken of
ze deel uitmaken van een ‘andere’ rechtspersoon, ingesteld krachtens publiekrecht.
• In de desbetreffende wet zal dan staan dat een entiteit ‘rechtspersoonlijkheid bezit’ of
‘rechtspersoon is’.
o Zo is in art. 7.1 lid 2 Mediawet bepaald dat het Commissariaat voor de Media
‘rechtspersoonlijkheid bezit’.
Organen van RIKP
Rechtspersonen kunnen alleen via hun organen handelen; organen zijn de handen en voeten van de
rechtspersoon.
In de Awb is geen definitie te vinden van het begrip ‘orgaan’, en ook bij de parlementaire behandeling
is weinig over gezegd. Er moet daarom aansluiting worden gezocht bij de organisatiestructuur van de in
art. 2:3 BW bedoelde rechtspersonen.
• Voor zover het om deze rechtspersonen gaat, vloeit uit de statuten en reglementen van de
desbetreffende rechtspersoon voort welke organen namens hem kunnen handelen.
• Meestal zijn dit de personen of colleges die leidinggeven aan de rechtspersoon.
• In ieder geval zullen ze met een zodanige taak zijn belast, dat ze een zelfstandige plaats
binnen de rechtspersoon innemen, dat ze als orgaan daarvan zijn aan te merken.
• Bij gebrek aan statuten moet de organisatiestructuur worden afgeleid uit de desbetreffende
organisatiewet (zoals de Gemw voor de gemeente) of instellingswet (zoals de Politiewet voor
de politie).
1. Een persoon of college kan als orgaan van een RIKP worden aangemerkt indien de persoon of het
college in de wet gepresenteerd wordt als het bestuur van de rechtspersoon.
Het enkel genoemd worden in de organisatie- of instellingswet is niet voldoende om als orgaan
aangemerkt te worden. Waar het om gaat, is of een persoon/college op een zodanige wijze in
de wet wordt neergezet dat deze persoon of dit college een zelfstandige plaats of functie
heeft gekregen binnen de desbetreffende rechtspersoon.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aylinmali. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.