Deze samenvatting heb ik zelf geschreven, met wat hulp van het boek Malmberg. Ik raad je aan om naast deze samenvatting ook de opdrachten te maken om te zien of je de stof goed onder de knie hebt. Ik behandel eigenlijk alle stof die je moet kennen over Zuid-Amerika, en alle geografische, sociale, p...
Hoofdstuk 3 Zuid-Amerika
Paragraaf 3.1: Beeldvorming over Zuid-Amerika
Mexico, Guatemala of El Salvador worden vaak tot Zuid-Amerika gerekend, terwijl ze op het Noord-
Amerikaanse continent liggen. Wel behoren deze landen tot de cultuurregio Latijns-Amerika, die
bestaat uit alle Spaans- en Portugeestalige landen in Amerika.
Zuid-Amerika kent veel positieve en negatieve stereotypen:
Cultuur positief: tango, lama, samba, voetbal
Cultuur negatief: Colombia wordt geassocieerd met drugsbaronnen en veel criminaliteit
Natuur: Veel biodiversiteit, Amazonegebied. Ook onophoudelijke vernietiging en exploitatie.
Steden: Bekend om hun grote tegenstellingen. De inwoners wonen ofwel in krottenwijk of hebben
zich met al hun geld opgesloten in gated communities. (soms zelfs naast elkaar)
Politiek: Twijfelachtige reputatie, de president of de regering blijkt bijna altijd heel corrupt te zijn.
Onze perceptie is ten aanzien van Zuid-Amerika flink veranderd. Zuid-Amerika is veranderd naar een
samenwerkend continent met landen die zowel politiek als economisch stabieler zijn geworden. De
omvang van buitenlandse investeringen is hierdoor enorm toegenomen sinds de jaren 90.
Uit de perceptie die je van een gebied hebt volgt de mental map. Hoe dichter een mental map de
werkelijkheid benadert, hoe correcter jouw geografische beeld van een gebied is.
De mental map van Colombia
- ‘Het is er gevaarlijk’, Het imago van een gevaarlijk land probeert Colombia al tientallen jaren
van zich af te schudden door een beter bestuur en economische groei. Hoewel het geweld
voor een groot deel weg is, komen er in sommige afgelegen gebieden nog steeds gewapende
conflicten voor.
- ‘Iedereen is er arm’, Er is een grote inkomensongelijk in Colombia. De mensen op het
platteland zijn arm en in de steden bevindt zich een grote economische middenklasse.
- ‘Het is toeristisch onontgonnen gebied’, Colombianen gaan graag in hun eigen land op
vakantie. Massatoerisme kennen ze nog niet, maar de inkomsten uit buitenlands toerisme
groeien.
- ‘Alle Colombianen zijn Katholiek’, Doordat Colombia een Spaanse kolonie was, speelt de
katholieke kerk een grote rol. Maar het aandeel
katholieken neemt af.
Paragraaf 3.2: Geologie
Zuid-Amerika omvat meerdere tektonische platen. Deze platen
zorgen voor bewegingen in de aardkorst en de hoogteverschillen
op het continent zijn een gevolg daarvan. Aan de westkant van
Zuid-Amerika bevind zich veel subductie (oceanische Nazcaplaat
onder de Zuid-Amerikaanse plaat). Hier is een diepzeetrog: een
langwerpige diepte in de oceaanbodem. Vlaak naast de
diepzeetrog bevindt zich de langste aangesloten bergketen van de
wereld, de Andes. In de Andes komen vier zones met vulkanisme
voor, die worden afgewisseld met volcanic gaps.
, Bij volcanic gasps is de oceanische korst niet de diepte in gegaan maar
beweegt hij horizontaal landinwaarts. Dit zorgt voor zware
aardbevingen. Ook word de Zuid-Amerikaanse plaat geplooid door
oostwaarts gerichte krachten. Dit leidt tot hoge bergketens.
Bij het vulkanisme gedeelte zijn er veel stratovulkanen omdat de
Nazcaplaat in de diepte smelt. Het magma in Zuid-Amerika is
vloeibaar en bevat weinig gassen waardoor de stratovulkanen
minder vaak en explosief uitbarsten. De gestolde lava vormt
het gesteente andesiet. Ook komen er hotspots voor bij de
kust van Zuid-Amerika.
Zuid-Amerika heeft verschillende hoogtezones. Van hoog naar laag:
1. Andes, dit is een hoogvlakte/land in Peru, Bolivia en Chili.
2. De Hooglanden van Guyana en Brazilië en het Plateau van Patagonia.
Dit zijn schilden. Schilden zijn zeer oude opgeheven delen van het
Zuid-Amerikaanse continent die bestaan uit oude gesteenten. Die van ZA bestaan uit diepte-
en metamorfe gesteenten, die door erosie van bovenliggende platen aan de oppervlakte zijn
gekomen.
3. De tropische laaglanden waar de rivieren Orinoco, de Amazone en de Paraná door stromen.
De laaglanden bestaan vooral uit sedimenten.
De bodem van Zuid-Amerika is vol met delfstoffen: ertsen (nuttig en economisch) + fossiele
energiebronnen. De ertsvorming kan op drie manier plaatsvinden:
1. Ertsvorming door sedimentatie. In samengedrukt marien sediment in de oude schilden
komen veel hoeveelheden ijzererts voor.
2. Ertsvorming door uitspoeling. Door hoge neerslag ontstaat er chemische verwering waardoor
alle oplosbare mineralen uitspoelen en er een bodem achterblijft met ijzer- en
aluminiummineralen. Dit heet een lateriet.
3. Ertsvorming als gevolg van afkoeling in magmahaarden. Bij het afkoelen ontstaan allerlei
horizontale lagen van elementen. Dit zijn vooral edelmetalen. Deze ertsen kunnen door hoge
gasdruk in breuken terechtkomen en daar stollen. Zo ontstaan ertsaders, hier zijn vaak
mijnbouwen.
In Zuid-Amerika bevinden zich grote olie- en gasvoorraden. Het enorme gewicht van de Andes
gebergte drukte de lithosfeer een stuk naar beneden, waardoor ruimte ontstond voor een ondiepe
zee. Hierin is een dikke laag sediment terechtgekomen. De lagen dood plankton en ander organisch
materiaal werden aan hoge druk en temperatuur blootgesteld, wat heeft gezorgd voor de vorming
van aardolie en aardgas. Ook is Zuid-Amerika rijk aan steenkool. In het Carboon vormden
plantenresten op grote schaal veenpakketten, die in de ondergrond zijn samengeperst tot koolstofrijk
gesteente.
Paragraaf 3.3: Klimaten en landschappen
Zuid-Amerika kent verschillende klimaten. Vijf factoren die de ligging van de klimaatgebieden
verklaren:
1. Breedteligging; het noorden van Zuid-Amerika ligt dichter bij de evenaar, bij de evenaar is de
hoek van de zon het grootst, dus in Noord-Amerika is het warmer dan in het zuiden van Zuid-
Amerika.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophieee2005. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.