100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Taak 4B Hechtingsmateriaal - GGZ2021: Kinder- en Jeugdpsychopathologie $3.23   Add to cart

Summary

Samenvatting Taak 4B Hechtingsmateriaal - GGZ2021: Kinder- en Jeugdpsychopathologie

2 reviews
 31 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Taak 4B. Alle artikelen uitgewerkt aan de hand van de leerdoelen.

Preview 2 out of 11  pages

  • Unknown
  • February 17, 2020
  • 11
  • 2019/2020
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: Pattivdbroek • 3 year ago

review-writer-avatar

By: Froukeclaessen • 4 year ago

avatar-seller
Taak 4B: Hechtingsmateriaal
Emotionele hechting (emotional attachment) (= de sterke affectieve banden die we voelen met de
speciale mensen in ons leven)
- Wederzijdse relaties (reciprocal relationships) (= baby’s raken gehecht aan ouders, en
ouders raken gehecht aan baby’s)
- Gesynchroniseerde routines (synchronized routines) (= over het algemeen harmonieuze
interacties tussen twee personen waarbij deelnemers hun gedrag aanpassen als reactie op
de gevoelens en gedragingen van de partner)
o Belangrijke bijdrager aan de groei van hechting

Verschillende fasen van hechting
- Asociale fase (van hechting) (ongeveer de eerste 6 weken van het leven) (= waarin baby’s op
dezelfde manier reageren op interessante sociale en niet-sociale stimuli)
- Fase van willekeurige hechting (de periode tussen 6 weken en 6-7 maanden oud) (= waarin
baby’s de voorkeur geven aan sociale stimuli en niet aan niet-sociale stimuli en waarschijnlijk
zullen protesteren wanneer een volwassene ze neerlegt of met rust laat)
- Fase van specifieke hechting (de periode tussen 7-9 maanden oud) (= wanneer baby’s
gehecht zijn aan een naaste persoon (meestal de moeder))
o Veilige basis (secure base) (= het gebruik van een verzorger als basis om de
omgeving te verkennen en naar terug te keren voor emotionele ondersteuning)
- Fase van meerdere hechtingen (de periode tussen 9-18 maanden oud) (= waarin baby’s
hechting met andere personen vormen dan hun primaire hechtingsobject)

Theorieën over hechting
- Vroege hechtingstheorieën
o Psychoanalytische theorie: ik hou van je omdat je me te eten geeft – Freud
 Jonge baby’s zijn ‘orale’ wezens die voldoening halen uit het zuigen en in de
mond stoppen van objecten en ze zouden moeten worden aangetrokken tot
iedereen die oraal plezier biedt. Omdat het meestal moeders waren die ze te
eten gaven, leek het logisch dat de moeder het primaire object van veiligheid
en affectie van de baby zou worden, vooral als ze ontspannen en vrijgevig
was in haar voedingspraktijken
 Kortom:
 Basis van hechtingsvorming: voeden en reageren op de behoeften
van baby’s
 Hechtings-gerelateerd gedrag: het reactievermogen van de verzorger
op de honger van kinderen en andere basisbehoeften
o Leertheorie: ik hou van je omdat je me beloont
 Baby’s raken gehecht aan personen die hen voeden en hun behoeften
bevredigen. Voeding werd om twee redenen bijzonder belangrijk geacht. Ten
eerste roept het positieve reacties op van een tevreden baby die de affectie
van een verzorger voor de baby vergroot. Ten tweede is voeding een
gelegenheid waarbij moeders een baby veel comfort bieden (bijvoorbeeld
voedsel, warmte, zachte aanrakingen, zachte geruststellende stemgeluiden,
veranderingen in omgeving en een droge luier). Na verloop van tijd zou een
baby zijn/haar moeder gaan associëren met aangename of plezierige
gewaarwordingen, zodat de moeder zelf een waardevol object wordt. Als de
moeder (of een andere verzorger) deze status als secundaire versterker heeft
bereikt, is de baby gehecht en zal hij/zij nu doen wat nodig is (bijvoorbeeld
glimlachen, huilen, koeren, brabbelen of volgen) om de aandacht van de

, verzorger of om in de buurt van dit waardevolle en lonende individu te
blijven
 Kortom:
 Basis van hechtingsvorming: verzorger wordt secundaire versteviger
volgens basisleerprincipes
 Hechtings-gerelateerd gedrag: voeden en reageren op de behoeften
van baby’s, zorgen voor een aangename en lonende ervaring van
baby’s
o Cognitieve ontwikkelingstheorie: om van je te houden, moet ik weten dat je er
altijd zult zijn
 Deze theorie herinnert ons aan het holistische karakter van ontwikkeling
door te suggereren dat het vermogen om hechtingen te vormen, gedeeltelijk
afhangt van het niveau van cognitieve ontwikkeling van het kind. Voordat
een hechting kan optreden, moet het kind bekende personen van vreemden
kunnen onderscheiden. Hij/zij moet ook erkennen dat vertrouwde personen
een ‘duurzaamheid’ over hen hebben (objectpermanentie), want het zou
moeilijk zijn om een stabiele relatie te vormen met een persoon die ophoudt
te bestaan wanneer hij of zij uit het zicht verdwijnt
 Kortom:
 Basis van hechtingsvorming: niveau van cognitieve ontwikkeling
 Hechtings-gerelateerd gedrag: baby onderscheidt verzorgenden en
vreemden. Baby bereikt objectpermanentie (= het besef dat
verzorgenden blijven bestaan, zelfs wanneer ze niet te zien zijn)
o Elk van deze theorieën is afgewezen, omdat ze onvolledig zijn in termen van begrip
over hoe hechting wordt gevormd. Ze hebben wel allemaal iets toegevoegd
- Hedendaagse hechtingstheorieën
o De ethologische theorie
 Een belangrijke veronderstelling van de ethologische benadering is dat alle
soorten, inclusief mensen, worden geboren met een aantal aangeboren
gedragstendensen die op een of andere manier hebben bijgedragen aan het
overleven van de soort in de loop van de evolutie. Bowlby geloofde dat veel
van deze ingebouwde gedragingen specifiek zijn ontworpen om hechtingen
tussen baby’s en hun verzorgers te bevorderen. Ethologen beweren dat het
lange termijn doel van de primaire hechting is om leden van elke
opeenvolgende generatie lang genoeg te laten leven om zich voort te
planten, waardoor de soort kan overleven
 Oorsprong van het etiologische perspectief
 De ethologische hechtingstheorie werd ingegeven door onderzoek
met dieren
o Inprenting (imprinting) (= een aangeboren of instinctieve
vorm van leren waarin de jongen van bepaalde soorten
volgen en gehecht raken aan bewegende objecten (meestal
hun moeders))
 Het gebeurt automatisch
 Het vindt alleen plaats binnen een nauw begrensde
kritieke periode
 Het is onomkeerbaar (hechting blijft bestaan)
o Vooraf ingestelde karakteristiek (preadapted characteristic)
(= een kenmerk dat een product van evolutie is en een
functie vervult die de overlevingskansen voor het individu en
de soort vergroot)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 963. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23  1x  sold
  • (2)
  Add to cart