Samenvatting met boek - Inleiding tot de rechtswetenschap
5 views 0 purchase
Course
Inleiding tot de rechtswetenschap
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Zeer duidelijke en overzichtelijke samenvatting volledig aangevuld met boek. Duidelijke kleur aanduiding voor verwijzingen naar codex artikels.
Geslaagd in eerste zit !!
I. Wat is recht?
1 objectief een subjectief recht
Recht wordt geassocieerd met overheidsgezag. juristen hanteren 2 definities afhankelijk van de
objectief of de subjectieve invulling
Objectief recht= recht als maatschappelijk fenomeen (the law)
geheel van algemene (on)geschreven regels voor uiterlijke gedragingen (niet gedachten) van in
maatschappelijk verband levende mensen (niet dieren) waarvan respect kan worden afgedwongen
door de overheid
het is een geheel van gedragsregels voor het maatschappelijk leven waar respect wordt afgedwongen
door de overheid. De regels hebben als doel de mensen te beschermen en te ordenen in hun
onderling verkeer
subjectief recht = recht bekeken vanuit het individu ( a right)
aanspraak die een persoon aan rechtsnorm ontleent
Dus => subjectieve rechten zijn een toepassing van het objectieve recht. Het objectieve recht regelt
niet alleen het subjectieve recht maar beschermt dat ook.
Rechtsplichten: zijn verbintenissen om “iets te doen”( positieve daad) of om “iets niet te doen”
( onthouding)
Rechtsregels : omschrijven wat men onder eigendomsrecht verstaat en hoe men eigendom verkrijgt
en verliest => maakt deel uit van het objectieve recht
Spreken over iemands eigendomsrecht => woord in subjectieve zin gebruiken
Subjectief contentieux (gewone rechtbanken), maar inmiddels RvS slide 18 les 2
,$2 objectief en subjectief recht: onrechtmatige daad
= het foutief veroorzaken van schade in een buitencontractuele context verplicht degene doorwiens
schuld de schade is ontstaan deze te vergoeden
objectieve recht = artikel 1382 => voorwaarden waaronder iemand recht heeft op schadevergoeding
subjectieve recht = recht op schade vergoeding voor het slachtoffer
3 voorwaarden
1) Fout
= wanneer je een rechtsregel niet naleeft. De fout heeft een objectieve en subjectie component
Objectief : verwijst naar de daad. Als je een fout maakt die schade veroorzaakt dan zal de
feitenrechter jouw gedrag vergelijken met het gedrag van een voorzichtig en redelijk persoon
Subjectief: je handelt pas foutief wanneer je in staat bent om bewust te handelen wat betekend
wanneer men schuld bekwaam is
= een fout is slechts foutief als er geen sprake is van een vreemde oorzaak waardoor de handeling
niet toerekenbaar is aan de persoon in kwestie
( bv door onvoorzienbare plotselinge weersomstandigheden)
2) Schade
= schade die er zonder jou fout niet had geweest. Zowel materiële al morele schade
3) Oorzakelijk verband
=wanneer jij aan een nader schade hebt veroorzaakt moet je die schade vergoeden. Als de
schade zonder jou fout zich ook had voorgedaan moet je ze niet vergoeden, anders wel (bv bloed
met hiv)
Oordelen of er een fout is in 1832
1ste voorwaarden FOUT :
- Schending van een wettelijke of reglementaire norm
- Heeft de persoon gehandeld zoals een normaal zorgvuldig en vooruitziend persoon
=> algemene zorgvuldigheid norm
Bv sneeuw op de parking van je winkel
2de voorwaarde SCHADE :
Breed op te vatten, gaat zowel over uw eigendom, fysieken en emotionele schade
,3de voorwaarde OORZAKELIJKVERBAND :
Equivalentieleer= = Elke oorzaak is equivalent aan de andere. Als we de fout wegdenken , en we
reconstrueren alle feiten dan: zou het feit zich hebben voorgedaan?
! 1382 en 1383 pas je alleen toe in buitencontractuele context !
Les 2
2. De klassieke definitie van het objectieve recht
Het geheel van imperatieve door de overheid afdwingbare regels, voor de uiterlijke gedragingen van
de rechtssubjecten.
§1 imperatief karakter
Er zijn twee soorten regels
- Indicatieve regel: drukken uit wat iets is
- Imperatieve regel: drukken uit wat anders kan, maar niet anders mag
= rechtsregels behoren hierbij
Deductieve methode bij rechtsregels
= Vertrekken van een algemene regel die zegt hoe iets zou moeten zijn en daar dan individuele
conclusies uit afleiden voor een concreet geval
Rechtsregels gebieden of verbieden iets.
Ze zeggen niet hoe iets is maar hoe iets moet!
• Principe: rechtsregels gebieden of verbieden
• Vb. art. 203 oud BW; art. 422bis Sw.
• Permissieve regel houdt ook verbod in
• Vb. art. 3.50 BW
• Rechtsregels zijn nooit declaratief: cfr. art. 159 Gw.
• Regels die helpen andere rechtsregels te formuleren
, • Bv. definities, zoals boek I WER; art. 394 Sw.
Verschillende graden in het verbindend karakter van een rechtsregel:
(verbintenis : is een juridisch afdwingbare afspraak in relatie tussen een schuldenaar en een
schuldeiser om van de andere te bekomen dat zij iets doet , niet doet of iets geeft)
- Inspanningsverbintenis/ middelenverbintenis
= je verbind je om je te gedragen zoals een normaal vooruitziend zorgvuldig persoon. We
gaan dit gedrag vergelijken met eenzelfde persoon die op de zelfde manier gedrag zou
vertonen
= is een verbintenis die de schuldenaar ervan verplicht om alle zorg te verstrekken die eigen
is aan een voorzichtig en redelijk persoon
- Resultaatverbintenis
= : je verbindt zich ertoe om een bepaald resultaat te bereiken, tenzij overmacht wordt
aangetoond
= het is aan de schuldenaren op te bewijzen dat ze het resultaat effectief hebben bereikt
*zowel bij een inspanning als een resultaatverbintenis kan je je bevrijden van de verbintenis als je
kan aantonen dat er sprake is van overmacht
- Garantieverbintenis
=resultaatverbintenis zonder uitzondering voor overmacht
(overmacht: is een externe omstandigheid die gebeurd en die maakt uw verbintenis volledig
onmogelijk maakt/ kunt nakomen bv een oorlog)
*hier geldt het niet want je garandeert dat je het in alle omstandigheden zal nakomen
Aleatoir karakter= als je het niet volldig zelf in de hand hebt ( bv domme rechter
Betrokkenheid=
Gebonden of discretionaire verbintenis
Principe : overheid gebonden door de wet
Bij gebonden bevoegdheid : kunnen de burgers gedrag afdwingen, ze kunnen eisen dat de overheid
zich op een bepaalde manier gedraagt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zoedelobelsuper. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.76. You're not tied to anything after your purchase.