Perfect studiemateriaal voor het tentamen (9.0 behaald). Een uitgebreide samenvatting voor HBO-Rechten studenten voor het vak inleiding recht (Basisboek Recht - Van der Roest). Daarnaast bevat deze samenvatting concrete voorbeelden en relevante wetsartikelen. Het betreft de volgende hoofdstukken: H...
Samenvatting
Inleiding Recht
“Basisboek Recht ”
Mr. O.A.P. Van der Roest
Zestiende druk
Anniek Ent HBO-Rechten NHL Stenden Hogeschool te Leeuwarden april 2020
,Hoofdstuk 1. Inleiding recht
Het recht regelt verhoudingen tussen mensen onderling en tussen mensen en de overheid. Het
ordenen van de samenleving en het geven van regels zorgt ervoor dat conflicten worden opgelost en
dat de orde kan terugkeren. Het recht zorgt er dus voor dat conflicten worden opgelost. Burgers
mogen namelijk niet zelf conflicten oplossen door middel van eigenrichting.
Wat is eigenrichting
Eigenrichting betekent dat je in een geschil je gelijk wil halen door zelf geweld te gebruiken.
§ Burgers zijn niet geoorloofd voor het uitoefenen van eigenrichting.
§ Alleen de overheid is geoorloofd voor het uitoefenen van eigenrichting. De overheid heeft het
monopolie op de rechtshandhaving met behulp van dwangmiddelen.
Het privaatrecht en het publiekrecht
Het recht wordt onderscheiden in het privaatrecht en het publiekrecht. Er zijn namelijk ook twee
wettenbundels.
1. Privaatrecht:
Het privaatrecht regelt de rechtsverhouding van burgers onderling. Onder burgers onderling
worden natuurlijke personen en rechtspersonen bedoeld. Dit wordt objectief recht genoemd.
§ Natuurlijk persoon: mensen van vlees en bloed.
§ Rechtspersoon: een organisatievorm die voor veel handelingen als natuurlijk persoon aan het
rechtsverkeer mag deelnemen (stichting, nv en bv).
2. Publiekrecht:
Het publiekrecht regelt de rechtsverhouding tussen de overheid en de burgers.
Belangrijk:
De overheid kan ook als rechtspersoon aan het verkeer deelnemen. Als er een geschil is met
betrekking tot een privaatrechtelijke rechtshandeling met een burger, dan is het privaatrecht van
toepassing. Bijvoorbeeld: de gemeente sluit met een leverancier een koopovereenkomst voor het
leveren van kantoorartikelen. Dan neemt de gemeente als gelijke wijze als een burger aan het
privaatrecht deel.
Onderscheiding in het recht
§ Materieel recht (inhoud):
Het deel van het recht waarin de rechten en verplichtingen zijn geregeld.
§ Formeel recht (procedure):
Regels omtrent de wijze waarop het materiele recht kan worden afgedwongen (handhaving).
De formele regels geven bijvoorbeeld aan welke rechter bevoegd, hoe procederen, termijnen?
Organisatie rechterlijke macht:
1. Rechtbank à enkelvoudige kamers (1 rechter) en meervoudige kamers (3 rechters) à
uitspraak vonnis.
2. Hoger beroep bij het gerechtshof à enkelvoudige kamers (1 raadsheer) en meervoudige
kamers (3 raadsheren) à uitspraak arrest.
3. In cassatie gaan bij de Hoge Raad à meervoudige kamers (5 raadsheren) à er wordt alleen
gekeken of het recht juist is toegepast.
,De rechterlijke macht bestaat uit de zittende magistratuur en de staande magistratuur.
§ Zittende magistratuur: de rechters.
§ Staande magistratuur: OM (openbaar ministerie, zoals OvJ).
Waar staat het recht voor
Het recht staat voor alle rechtsregels in Nederland. Deze rechtsregels kunnen geschreven en
ongeschreven zijn.
§ Geschreven rechtsregels worden veelal aangeduid met ‘wet’.
§ Ongeschreven rechtsregels zijn regels die niet gecodificeerd zijn.
Objectief en subjectief recht:
§ Objectief recht (positief recht of geldend recht):
Omvat alle rechtsregels die gelden in de maatschappij.
Deze zijn door de maatschappij vastgesteld of erkend met het doel de samenleving te
ordenen.
§ Subjectief recht:
De bevoegdheid die door het objectieve recht aan een rechtssubject wordt verleend
(rechtssubject: drager van de rechten en plichten).
- Het geldt specifiek voor jou.
Het objectieve recht verleent subjectieve rechten. Het is het subjectieve recht dat een ander
mishandelen verbiedt omdat het objectieve recht dit bepaalt.
Voorbeeld objectief en subjectief recht
Ik heb het vruchtgebruik van de appelboom van mijn buurman. Ik mag de appels plukken die aan de
boom hangen (subjectief recht). De rechten en plichten voor wat betreft het vruchtgebruik zijn
geregeld in het BW (objectief recht).
Dwingend en aanvullend recht:
§ Dwingend recht:
Rechtsregels waarvan partijen niet mogen afwijken. Wanneer er toch van wordt afgeweken,
dan ontstaat er geen rechtsgevolg. Er is dan sprake van nietigheid. Het wordt geacht nooit te
hebben bestaan.
§ Aanvullend recht (regelend recht):
Rechtsregels waarvan partijen mogen afwijken. Wanneer er van de rechtsregel wordt
afgeweken, geldt de afwijkende rechtsregel. Wanneer er niet van de rechtsregel wordt
afgeweken, geldt de standaard rechtsregel. Kortom: wanneer er niets wordt geregeld, geldt
de regel van het aanvullend recht.
§ Semidwingend recht:
Partijen zijn toegestaan om hiervan af te wijken binnen de door de wet gestelde grenzen.
- Bijvoorbeeld: proeftijd. Partijen mogen afspreken dat de proeftijd korter wordt dan twee
maanden, maar de partijen mogen niet afspreken dat de proeftijd langer wordt dan twee
maanden.
, Rechtsbronnen:
1. De wet
§ Wet in formele zin:
Wetten gemaakt door regering en Staten-Generaal tezamen.
- De regering bestaat uit de koning en de ministers tezamen.
- De Staten-Generaal bestaat uit de Eerste en Tweede kamer (wordt ook wel parlement
genoemd).
- Er is sprake van een wet in formele zin als in de benaming gesproken wordt van ‘wet’ of
‘wetboek’. De wetten in bijvoorbeeld het wetboek van strafvordering zijn wetten in formele
zin. Dit geldt eveneens voor de Grondwet en Burgerlijk Wetboek.
§ Wet in materiele zin:
- Wetten die alle burgers binden. Het is gemaakt voor een onbepaalde situatie en voor
onbepaalde personen.
- Bijvoorbeeld: de regel dat het verboden is een ander te mishandelen geldt voor iedereen in
Nederland en is bij elke mishandeling weer van toepassing.
2. Verdragen
Een verdrag is een internationale overeenkomst tussen twee of meer staten.
§ Monistische opvatting: volkenrechtelijke verdragen binnen de nationale rechtsorder hebben
automatisch werking. Dit betekent dat wanneer Nederland met een ander land een verdrag
sluit, deze verdrag automatisch werking heeft in Nederland.
§ Zie voorbeeld kippenpremie.
§ Staten-Generaal moet de gesloten verdragen goedkeuren. Dan volgt de ratificatie. Ratificatie
staat voor bekrachtiging: aan de verdragsluitende partij wordt medegedeeld dat Nederland
zich aan het verdrag gebonden acht.
3. Jurisprudentie
Als er sprake is van een vaste lijn in de uitspraken van de hogere rechters wordt gesproken
van vaste jurisprudentie.
§ Grammaticale interpretatie
Valt een parkiet onder pluimvee? Grammaticaal uitleggen. Viel dus niet onder pluimvee.
§ Historische interpretatie
Hoe is de wet tot stand gekomen, wat was de bedoeling van tot stand komen.
§ Teleologische interpretatie
Het doel van de wet. Met welk doel is de wet gemaakt.
§ Anticiperende interpretatie
Je loopt vooruit op nieuwe wetgeving.
§ Systematisch interpretatie (samenhang andere wetsbepaling)
Waar is iets geregeld in de wet? Hoe is de wet opgebouwd
4. Gewoonte
Vaste gedragslijn en moreel verplicht de regel te volgen.
Functies van het recht
§ Normatief (diefstal en mishandeling).
§ Geschil oplossend (burgers onderling en burgers en de overheid).
§ Additioneel (het recht biedt een oplossing).
§ Instrumenteel (het recht geeft regels, bijvoorbeeld dat je in Nederland rechts moet rijden).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnniekEnt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.