100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Economie - Geldzaken (HAVO 4) $5.41   Add to cart

Summary

Samenvatting Economie - Geldzaken (HAVO 4)

 24 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Samenvatting van Geldzaken Economie HAVO 4

Preview 2 out of 5  pages

  • November 7, 2024
  • 5
  • 2024/2025
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Hoofdstuk 1 – Procenten en indexcijfers
Van absolute getallen naar procenten
Een procentueel aandeel berekenen (deel / geheel) x 100%
Een procentuele verandering berekenen ((nieuw – oud) / oud) x 100%
Het onderscheid tussen procenten en Een procent is een honderdste deel. Een
procentpunt procentpunt is het absolute verschil tussen
twee percentages.
Het verschil tussen procent en promille 1‰ = 0,1%

Van procenten naar absolute getallen
Een bedrag berekenen als het procentuele  Tabel maken
aandeel van een ander bedrag gegeven is.  Gegevens invullen in € en %
Een bedrag berekenen als het procentuele  Basis (het startpunt) gelijkstellen aan
verschil met een ander bedrag gegeven is. 100
 Oplossen
 Rekenvoorbeeld 1:
In 2019 was de gemiddelde verkoopprijs van een auto gelijk aan €27.000. In 2023 was de
gemiddelde verkoopprijs 10% hoger dan in 2019. Bereken de gemiddelde verkoopprijs van
een auto in 2023.
€ %
2019 27.000 100%
2023 …?... 110%
Uitwerking: (27.) x 110 = €29.700 (of: 27.000 x 1,10 = €29.700)
 Rekenvoorbeeld 2:
Op 1 januari 2010 bedroeg de gemiddelde prijs van een bestaande koopwoning in
Maastricht €222.775. Gedurende een periode van 10 jaar stegen de prijzen met
gemiddeld 3,5% per jaar. Bereken de gemiddelde prijs van een bestaande koopwoning in
Maastricht op 1 januari 2020.
Uitwerking: 222.775 x 1,03510 = €314.246,14

Van procenten naar procenten
Een procentuele verandering berekenen met  Stel basis = 100
behulp van procentuele veranderingen.  Bereken eindwaarde
 Vergelijk met 100
 Rekenvoorbeeld:
In de periode 2010 – 2020 stegen de prijzen van bestaande koopwoningen in Haarlem met
gemiddeld 5,3% per jaar. Bereken met hoeveel procent de gemiddelde prijzen van
bestaande koopwoningen in Haarlem zijn gestegen tussen 1 januari 2010 en 1 januari
2020.
Uitwerking: Stel dat de gemiddelde prijs op 1 januari 2010 gelijk was aan 100 (basis). Op
1 januari 2020 was de gemiddelde prijs dan gelijk aan 100 x 1,053 10 = 167,60. De prijzen
zijn dus met 67,60% gestegen.

Indexcijfers
Absolute getallen als indexcijfers schrijven Indexcijfer = (waarde / basiswaarde) x 100
Procentuele veranderingen als indexcijfers Stel basis = 100
schrijven Bereken eindwaarde
Vergelijk met 100
Een procentuele verandering berekenen met ((nieuw – oud) / oud) x 100%
behulp van indexcijfers
Het basisjaar verleggen van een reeks Indexcijfer = (waarde / basiswaarde) x 100
indexcijfers

Reken met een groeifactor
Voorbeeld procentuele verandering Bijbehorende groeifactor

, Iets verandert niet 1,00
Iets stijgt met 1% 1,01
Iets stijgt met 1,5% 1,015
Iets daalt met 15,5% 0,845
Hoofdstuk 2 – Inkomen en inflatie
Twee soorten inkomen:
Primair inkomen (met een tegenprestatie)
 Inkomen uit arbeid: als je werkt, krijg je loon
 Inkomen uit vermogen: rente, huur, pacht, winst
Bij primair inkomen komt ook secundair inkomen ten sprake:
Primair inkomen – Belastingen en premies+Sociale uitkeringen en toeslagen(overdrachtsinkomen)=Secundair inkomen

Overdrachtsinkomen (zonder tegenprestatie)
 Uitkeringen: van de sociale verzekeringen
 Toeslagen: huur-, zorg-, kinderopvangtoeslag

Inflatie is de gemiddelde prijsstijging van goederen en diensten die consument kopen.
 Geldontwaarding = het gevolg van inflatie is dat je met hetzelfde geld minder kunt
kopen (afname van de koopkracht).
Hyperinflatie is extreme (dagelijkse) prijsstijging. Dit ontstaat doordat de centrale bank van een
land grote hoeveelheden geld creëert die niet in verhouding staan tot de economische groei.
 Gevolg: verlies van koopkracht en verlies van vertrouwen in het geld.
Deflatie is de gemiddelde prijsdaling van goederen en diensten die consumenten kopen. Dit
brengt vele gevolgen met zich mee:
- Bestedingen bij bedrijven nemen af.
- Er hoeft minder te worden geproduceerd.
- Er zijn minder mensen nodig om te produceren.
- De werkeloosheid neemt toe.

Inflatie wordt door het CBS gemeten met het consumentenprijsindexcijfer (CPI). Het CPI wordt
berekend in drie stappen:
1. Eerst wordt voor elk product een enkelvoudig of partieel prijsindexcijfer berekend.
2. Vervolgens krijgt ieder product een gewicht (wegingsfactor) dat aangeeft hoe belangrijk
dit product is in het consumptiepatroon van de gemiddelde Nederlander.
3. Tot slot worden de enkelvoudige prijsindexcijfers met behulp van de wegingsfactoren
samengevoegd tot een samengesteld gewogen prijsindexcijfer.
 Samengesteld = de partiële of enkelvoudige indexcijfers van de verschillende
productgroepen worden samengevoegd tot één indexcijfer.
 Gewogen = het CBS bepaalt voor ieder product een wegingsfactor. De wegingsfactor
van een product geeft aan welk deel van het inkomen aan het product wordt besteed.
Hoe groter het aandeel, hoe zwaarder de productgroep meetelt in de berekening van
het CPI.

Reëel inkomen is de koopkracht.
 De hoeveelheid goederen en diensten die je met je inkomen kunt kopen.
Nominaal inkomen is het inkomen in euro’s.
 Primair inkomen en overdrachtsinkomen.
Inflatie is een stijging van de prijzen.
 Vaak gemeten met het consumentenprijsindexcijfer (CPI).
Prijscompensatie is een loonsverhoging om de gestegen prijzen te compenseren (de koopkracht
blijft gelijk). Er is sprake van prijscompensatie als de lonen in procenten evenveel stijgen als de
prijzen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bovanruitenburg. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73216 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.41
  • (0)
  Add to cart