Dit oefententamen is een goede voorbereiding voor tentamens die gaan over hoofdstuk 5 t/m hoofdstuk 10 van de uitgever van het boek Basisboek bedrijfseconomie. Dit oefententamen bevat de kerninformatie van de benoemde hoofdstukken en is gebaseerd uit vragen die ik had gekregen op mijn tentamen.
Dit oefententamen bestaat uit 35 meerkeuze vragen over de hoofdstukken 5 tot en
met 10. Bij dit oefententamen kun je 56 punten behalen.
Je cijfer = aantal behaalde punten / 5,6
De uitwerkingen bevinden zich op de laatste pagina.
1. Welke investeringsselectiemethoden houden rekening met de tijdvoorkeur?
Meerdere antwoorden zijn goed. 2pt
a. gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit
b. interne rentabiliteit
c. vrije kasstroommethode
d. nettocontantewaardemethode
e. terugverdienperiode
2. Welke bewering is juist? 1pt
a. Bij operational lease berust het risico voor de leasemaatschappij.
b. Bij financial lease is het juridische eigendom van de lessee.
c. Operational lease wordt toegepast, omdat er af toe sprake is van
economische veroudering van vlottende activa.
d. Bij financial lease worden de toekomstige verplichtingen niet geactiveerd op
de balans.
3. Welke stelling gaat op als men geen rekening houdt met de tijdvoorkeur van
het geld en met de vermogenskostenvoet van het bedrijf? 1pt
a. De som van de vrije kasstromen minus het investeringsbedrag is groter dan
de som van de winsten van een investeringsproject.
b. De som van de vrije kasstromen minus het investeringsbedrag is gelijk aan de
som van de winsten van een investeringsproject.
c. De som van de vrije kasstromen minus het investeringsbedrag is kleiner dan
de som van de winsten van een investeringsproject.
d. Er kan geen uitspraak worden gedaan over de relatieve omvang van de som
van de vrije kasstromen minus het investeringsbedrag en de som van de
winsten van een investeringsproject.
Een ICT-bedrijf moet de wenselijkheid van een investeringsproject in een nieuwe
productielijn communicatiemiddelen met een looptijd van drie jaar beoordelen. De
investering in vaste activa bedraagt € 500.000, met een restwaarde van € 80.000 en
gelijke jaarlijkse afschrijvingen. Voor uitvoering van het project dient vóór het begin
van het eerste jaar € 125.000 brutowerkkapitaal aanwezig te zijn en vóór het begin
van het tweede en derde jaar is dit € 100.000. Dit valt weer vrij aan het eind van het
derde jaar. De winst na belasting is aan het eind van het eerste, tweede en derde
jaar respectievelijk € 200.000, € 175.000 en € 180.000.
4. Wat is de vrije kasstroom aan het eind van het derde jaar? 3pt
a. € 320.000
b. € 400.000
c. € 420.000
d. € 500.000
1
, Oefententamen 2 Financieel Management
5. Stelling: De terugverdienperiode houdt rekening met de liquiditeit. 1pt
a. Juist
b. Onjuist
Voor het project Flits is berekend dat de interne rentevoet 15% bedraagt. De
vermogenskostenvoet is ook op 15% gesteld. 2pt
6. Welke bewering is juist?
a. De netto contante waarde van het project Flits is gelijk aan 0.
b. De netto contante waarde van het project Flits is negatief.
c. De netto contante waarde is niet te bepalen, omdat de vrije kasstromen niet
gegeven zijn.
d. De netto contante waarde van het project Flits is positief.
7. Stelling: Doordat de leverancier gebruikmaakt van een kortingstermijn moet de
afnemer sneller tot betaling overgaan. 1pt
a. Juist
b. Onjuist
In het algemeen zijn er 3 motieven voor het aanhouden van liquide middelen.
8. Welke motieven zijn dat? 2pt
a. Speculatiemotief
b. Liquiditeitsmotief
c. Voorzorgsmotief
d. Rekening-courantmotief
e. Transactiemotief
9. Welke kosten worden door de aanwezigheid van de veiligheidsvoorraad
beïnvloed? 1pt
a. Zowel de bestelkosten als opslagkosten
b. Opslagkosten
c. Bestelkosten
d. Geen van beide
Een handelsonderneming verkoopt een product met een jaarlijkse afzet van 10.000
stuks. De dagelijkse afzet varieert tussen 0 en 60 stuks. Per product zijn de
opslagkosten € 20 per jaar. Elke order gaat gepaard met een bedrag van € 60 aan
bestelkosten. De levertijd van een order is 10 dagen.
10. Welke van de onderstaande beweringen is juist? 3pt
a. De optimale ordergrootte van dit product is 19 stuks.
b. De optimale ordergrootte van dit product is 245 stuks.
c. Het bestelniveau waarbij geen neen-verkopen kunnen optreden is 400 stuks.
d. De veiligheidsvoorraad waarbij geen neen-verkopen kunnen optreden is 100
stuks.
2
, Oefententamen 2 Financieel Management
Van de balans van een onderneming Kees, groothandel in hamburgers, zijn de
gegevens in de bron bekend.
De debiteuren betalen gemiddeld na vier maanden. De toegestane krediettermijn
bedraagt één maand. Men overweegt het afsluiten van een factorovereenkomst. De
overeenkomst houdt in dat de factor betaalt op de factuurvervaldatum, dat wil zeggen
na afloop van de toegestane krediettermijn. De factor is – na onderzoek – bereid de
overeenkomst voor 90% van het bedrag van de vorderingen aan te gaan.
Kantoorkosten worden jaarlijks achteraf betaald.
11. Wat is het bedrag dat voor de onderneming bij sluiting van het contract
beschikbaar komt? 3pt
a. € 2.475.000
b. € 7.425.000
c. € 8.250.000
d. € 9.900.000
12. Welke motieven kunnen er worden gebruikt om een onderneming naar de
beurs te brengen? 2pt
a. Speculatiemotief
b. Managementmotief
c. Transactiemotief
d. PR-motief
Twee vennoten hebben op 1 januari een handel in sportartikelen opgericht. Het in te
brengen vermogen van vennoot A bedraagt € 30.000, waarvan € 12.000 gestort is.
Vennoot B moet van zijn vermogensinbreng van € 15.000 nog € 7.000 storten.
Vennoot A heeft sinds de oprichting € 2.000 aan het bedrijf onttrokken, vennoot B
€ 1.000. Het is nu 31 december. Over het afgelopen jaar is een winst ontstaan van
€ 24.000.
13. Wat is het eigen vermogen per 31 december? 2pt
a. € 20.000
b. € 40.000
c. € 41.000
d. € 44.000
Volgens de statuten van Kamerbeek nv, een producent van sanitair, kunnen er
maximaal 50.000 aandelen worden uitgegeven tegen een nominale prijs van € 100.
Van dit aandelenkapitaal is 40% in handen van de aandeelhouders. De aandelen zijn
voor 25% betaald.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper henkkees. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor $3.77. Je zit daarna nergens aan vast.