Aantekeningen
Kosten: de geldswaarden van de doelmatig opgeofferde productie middelen
Uitgaven is wat er nu meteen wordt betaald
Opbrengsten: Is wat het totaal bedrag is
Ontvangsten: Wat je daadwerkelijk ontvangt
Dekkingsbijdrage = verkoopprijs per stuk – variabelen kosten per stuk
Break even afzet =
C/(p-v)
C= totale vaste kosten
P = verkoopprijs per stuk
V = variabelen kosten per stuk
Kostprijs bereken:
Absorption costing: variabelen en vaste productie kosten
Direct costing: alleen variabelen kosten (dus geen vaste kosten alleen grondstof kosten bijvoorbeeld)
Integrale kostprijs:
Totale kosten per eenheid bij normale bezetting
Totale vaste kosten + totale variabelen kosten
Integrale kostprijs = ----------------------------------------------------------------------------
Normale bezetting
Werkelijke productie = Kostprijs pas achteraf te bepalen en verandert bij toe- of afname
productieomvang
Begrote productie = Kostprijs verandert bij toe- of afname productieomvang
Normale productie = Kostprijs onafhankelijk van werkelijke/begrote productieomvang
C V Constante kosten Variabelen kosten
---- + ------ = ----------------------- + ------------------------- = IP (kost prijs)
N W Normale productie Werkelijke productie
Bezettingsresultaat:
(werkelijke bezetting – normale bezetting) × in de kostprijs opgenomen tarief voor de vaste kosten
(W – N) x C/N = bezettingsresultaat
Kan positief en negatief zijn. Bij negatief gaat dit van de begrote winst af bij positief komt dit er
boven op.
Period cost vaste kosten
Product costs Variabelen kosten
Economische levensduur
Gebruiksduur waarbij de gemiddelde kosten per eenheid output het laagst zijn.
Differentiële kostprijs:
Aparte kostprijs voor specifieke situaties zoals in overuren produceren waarin 50% meer loon wordt
betaald of er moet een extra pand voor worden gehuurd.
, Verkoop resultaat:
Afzet x (verkoopprijs – kostprijs)
Bedrijfsresultaat:
Bruto winst
Directe kosten: rechtstreeks toewijsbaar aan het product. Bijv. de groente die in een groente pakket
zitten
Indirecte kosten: niet rechtstreeks toewijsbaar aan het product. bijv. personeelskosten van een
proces voor het product (schoonmaakkosten)
Methode kosten toewijzingen:
Situatie Methode
Eén soort product - Deelcalculatiemethode
Eén soort product in verschillende afmetingen - Equivalentiecijfermethode
Deelcalculatiemethode:
bij homogene productie
Kostprijs: totale kosten bij normale bezetting/normale bezetting
Equivalentiecijfermethode:
toepasbaar bij de zelfde producten die verschillen van grootte of gewicht
Kostprijs: per gewicht berekenen dus 10 zakken suiker van 1 KG = 10x de prijs van 1 KG zak
Opslag percentage: totale indirecte kosten/totale directe kosten x 100%
Afdelingen verdelen over primaire en secundaire afdelingen. De kosten van secundaire afdelingen
zoals directie doorrekenen in de verkoopprijs.
- Enkelvoudig: altijd dezelfde formule
- Meervoudig: altijd dezelfde formule
Kostenplaatsen methode:
Hoofdkosten zijn vaak de directe kosten (primair)
Hulp kosten zijn vaak de indirecte kosten (secundaire)
Hulpkosten koppel je vaak aan hoofdkosten
Verdelen naar verhouding (bijv. verhouding: 300:600:300/1:2:1)
Fabricage resultaat is het verschil in flexibele budget en werkelijke cijfers (Budgetresultaat en
calculatie resultaat zijn het zelfde)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller milanleliveld. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.