[Wil je gratis een samenvatting van hoofdstuk 4 en 5 ontvangen? Stuur mij dan scherpe foto's van de bladzijden van hoofdstuk 4 en 5. Ik wil deze hoofdstukken graag toevoegen aan de samenvatting, maar omdat ik vorig jaar geslaagd ben heb ik het boek niet meer en kan ik de samenvatting niet maken!]
...
Inhoud
1. Zuid-Amerika: continent van extremen..............................................................................................2
1.1 Ligging.......................................................................................................................................2
1.2 Ongekende natuur....................................................................................................................3
1.3 Een geologisch ‘paradijs’...........................................................................................................7
1.4 Rijkdom in de bodem................................................................................................................8
1.5 Steden in Zuid-Amerika............................................................................................................9
1. Bevolking in beweging......................................................................................................................10
2.1 Migranten in een nieuw continent.........................................................................................10
2.2 Armoede en welvaart.............................................................................................................11
2.3 Wie trekt er aan de touwtjes?................................................................................................13
2.4 Cultuur en etniciteit................................................................................................................15
3. Zuid-Amerika: wereldspeler?............................................................................................................16
3.1 Relaties binnen Zuid-Amerika.................................................................................................16
3.2 Zuid-Amerika in de wereld......................................................................................................18
1
,1. Zuid-Amerika: continent van extremen
1.1 Ligging
Kennismaking
De Galápagoseilanden zijn van Ecuador.
De Juan Fernándezeilanden zijn van Chili.
De Falklandeilanden, Zuid-Georgië en Zuid-Sandwicheilanden
zijn van Engeland.
Zuid-Amerika in delen
Zuid-Amerika is te verdelen in gebieden door hoogtezones.
Westzijde: van noord naar Zuid het Andesgebergte. Tot 6.000 meter hoog. Er ligt een groot
aantal werkende vulkanen.
Oosten van Andesgebergte: tropisch laagland. Hier stromen de Orinoco, Amazone en de
Paraguay/Paraná (verder genoemd als Paraná).
Noorden en oosten: Hoogland van Guyana en Hoogland van Brazilië. Gescheiden door
laagland met de Amazone.
In het Andesgebergte: Altiplano. Dit is Spaans voor hoogvlakte/hoogland. Ligt op het
grensgebied van Chili, Bolivia en Peru.
Zuidoosten: plateau van Patagonia. Langgerekte hoogvlakte.
Beeldvorming
Veel West-Europeanen hebben een stereotiep beeld van Zuid-Amerika: een vastliggend, algemeen
beeld over een groep mensen, een gebied of een groep verschijnselen of gebeurtenissen. Het beeld
dat een individu ergens bij heeft, is de perceptie. Vanuit hier vormt er een mental map in je hoofd.
Dit kan veranderen door nieuwe indrukken.
,1.2 Ongekende natuur
Klimaat in de tropen
Grote invalshoek van de zon op grote delen van het continent. Hierdoor stijgt lucht en ontstaat er
een lagedrukgebied. Afgekoelde lucht condenseert en vormt neerslag. De ITCZ verschuift met de
seizoenen mee. Hierdoor één of twee droge perioden per jaar.
Invloed van passaten en oceanen
Boven de Grote- en Atlantische Oceaan liggen bij de keerkringen
hogedrukgebieden. Vanaf hier waaien winden richting de ITCZ.
Aan de oostkant van Zuid-Amerika is de passaat een aanlandige
vochtige wind. Zorgt voor stuwingsregen aan de loefzijde van
het kustgebergte van Brazilië. Zuidelijker ligt geen gebergte,
waardoor de vochtige lucht hier wel landinwaarts neerslag
veroorzaakt.
Daarnaast is er aan de oostkant de Zuid-Equatoriale Stroom.
Door de punt van Brazilië wordt deze warme zeestroom gesplitst
in de Brazilië Stroom en het restant van de Zuid-Equatoriale
Stroom. Door Kaap Frio wordt de Brazilië Stroom naar het
zuidoosten afgebogen. Hier mengt het met de koude
Falklandstroom.
Aan de westkant ligt het Andesgebergte en zijn er aflandige passaatwinden. Langs de kust stroomt
de koude Humboldtstroom. De koude lucht boven de Grote Oceaan bevat weinig waterdamp
weinig neerslag. Hierdoor is er de Atacamawoestijn.
Klimaat en weer in het zuiden
De zuidpunt van Zuid-Amerika heeft een Cf klimaat: er zijn aanlandige westelijke winden die neerslag
meevoeren. Ook stuwingsneerslag aan de loefzijde van de bergen. Iets noordelijker wordt het
continent breder lijzijde heeft een woestijn- en steppeklimaat.
Het zuiden van Patagonia heeft een klimaat vergelijkbaar met Zuid-Scandinavië. Wel kan het er in de
winter door poolwind van Antarctica 30 graden vriezen en kunnen er sneeuwstormen zijn. De koude
winden heten pamperos. De pamperos kunnen doordringen tot São Paulo. Hierdoor kan de
koffieoogst vernietigd worden in dat gebied.
Koud, opwellend water
Normale situatie
Op de Grote Oceaan bij Zuid-Amerika waaien aflandige zuidoostpassaten.
De passaten stuwen oppervlaktewater naar het westen.
Koud water welt op weinig waterdamp in de lucht nauwelijks neerslag.
o Het koude water bevat veel voedingstoffen en daardoor veel plankton en vis goed
voor vissers.
Onderweg warmt het weg gestuwde oppervlaktewater op en zorgt voor veel neerslag bij
Australië en Indonesië.
El Niño
El Niño situatie
Verandering van luchtdruk en zeestromen zorgt voor afwijkend weertype.
3
, Rond jaarwisseling nemen hogedrukgebieden boven de oceaan bij Zuid-Amerika af
passaatwinden nemen af.
Zuidoostpassaat is te zwak om oppervlaktewater weg te blazen.
Geen koud opwellend water.
o Weinig vis slecht voor visserij en economie
Warm oppervlaktewater wordt aangevoerd.
Regengebied van Zuidoost-Azië trekt naar Zuid-Amerika.
Wateroverlast: overstromingen, aardverschuivingen en modderstromen.
Geen neerslag in Indonesië droogte.
Grote rivieren
In Zuid-Amerika liggen stroomgebieden van de Orinoco, de Amazone en de Paraná. De rivieren
stromen richting de Atlantische oceaan.
Oricono: zeer breed en diep. Hoge waterafvoer.
Amazone: zeer breed en diep. Hoge waterafvoer.
Paraná: minder afvoer omdat hij door een droger gebied stroomt.
Het regiem van de rivieren wordt beïnvloed door de beweging van de ITCZ, wel of geen smeltwater
vanuit de Andes en wel of niet opslag van water in de ondergrond of in overstromingsvlakte.
Bij de Paraná wordt veel water tegengehouden in wetlands van de Pantanal. Pas na vier maanden
stroomt het water weer verder.
De Orinoco en de Amazone vervoeren veel zand en klei. De Amazone bouwt hierdoor een delta op.
Een deel van het sediment wordt meegenomen tot de kust van Venezuela door de Zuid-Equatoriale
Stroom.
De mens heeft ook invloed op het regiem. Door stuwdammen te bouwen (vooral Amazone), wordt
met elektriciteitscentrales elektriciteit opgewekt en kan water gebruikt worden als drinkwater en
irrigatiewater.
4
,Tropische plantengroei, Van savanne tot woestijn
Waar Wat Temperatuur Neerslag Vruchtbaar Lagen Extra
Amazoneregenwoud. Tropisch Altijd warm Veel (min. Nee Dunne humuslaag. Veel bacteriën Door ontbreken van
regenwoud / (min. 18 2000 mm door vochtige klimaat zetten humuszuren lossen ijzer- en
selva. graden per jaar). dode bladafval om in mineralen aluminiumverbindingen niet
Celsius) die gedeeltelijk meteen worden op rode grond (latasol).
opgenomen door planten. Door
neerslag ook veel uitspoeling.
Vulkanische gebieden Vulkanische ^ ^ Ja Slib wordt afgezet tijdens Geschikt voor landbouw.
van Brazilië. bodem. overstromingen.
Gebieden met brak Mangrove. ^ ^ Niet voor Brak water. Door getijdenwerking zout
water in rivierdelta’s landbouw. water. Wortels van
langs de kust. Alleen mangroven steken boven het
bepaalde water uit en nemen zuurstof
bomen. op. Veel erosie en
stormschade aan de kust.
Overgang van tropisch Gebied met Warm Korte droge X X X
regenwoud naar licht bossen, tijd.
tropische bossen. beïnvloed door
een korte
droge tijd: licht
tropische
bossen.
5
, Savanne: cerrado. Tropisch X Lange droge X Gras wordt tijdens droge tijd X
grasland met tijd. geel.
groepen
bomen.
Savanne: Illanos. Grassavanne X Lange droge X X X
met soms wat tijd.
bomen.
Savanne: caatinga. In Savanne met X Lange droge X X X
noordoosten van Brazilië. doornachtige tijd.
struiken.
Oosten van Argentinië. Pampa. X Aardig wat Ja. Tarwe, soja X X
neerslag. en
zonnebloemen
verbouwd.
Zuiden van Patagonia Steppen X Minder Grassen met lange wortels om te Uitgestrekte
neerslag overleven in lange, droge zomers. rundveehouderijen.
(200-400
mm per
jaar).
Het landschap van de Andes verandert door hoogteverschil.
6
, 1.3 Een geologisch ‘paradijs’
Bij Zuid-Amerika komen alle soorten plaatbewegingen voor. Hierdoor is er reliëf ontstaan: bergen,
plateaus, rivierbekkens, heuvels en vulkanen.
Schilden en rift
Hoogland van Guyana (noorden) en Hoogland van Brazilië (oosten) zijn schilden (zeer oude korst).
Het zijn dieptegesteenten (graniet) en metamorf gesteente. Door erosie aan het oppervlak gekomen.
De schilden worden van elkaar gescheiden door het bekken van de Amazone.
De Atlantische Oceaan is tijdens het uiteenschuiven van Pangea ontstaan. Er vormde zich een
riftzone. Uit de Mid-Atlantische rug komt basalt. Dit kwam aan de zijkanten van de nieuwe
continentranden. Hoe verder van de rug, hoe ouder het basalt. De oostelijke rand van Zuid-Amerika
is nu een passieve continentrand.
Transforme breukzones
Door het uiteenvallen van Pangea botste de Zuid-Amerikaanse plaat tegen de Caribische plaat. Er
ontstond een transforme breukzone en een convergente breukzone. Hierdoor wordt Zuid-Amerika
langs elkaar geschoven én ontstaat er een gebergte (noorden). De Scotiaplaat en de Zuid-
Amerikaanse plaat vormen een transforme breuklijn (zuiden)
Subductie en vulkanisme
De Zuid-Amerikaanse plaat schuift richting het westen, de Nazcaplaat naar het oosten. Bij deze
convergente breukzone is er subductie. De zwaardere Nazcaplaat duikt onder de continentale plaat.
De Atacamatrog wordt zo gevormd.
Door smeltende aardkorst, het opstijgen van het magma en het magma dat door de aardkorst
heenbreekt, zijn er parallel aan de westkust stratovulkanen. Het bestaat uit andesiet. Dit is een
ganggesteente en is iets taaier dan basalt, maar minder taai dan graniet. Hierdoor zijn de vulkanen
iets minder explosief dan andere stratovulkanen.
In drie zones vindt geen vulkanisme plaats (vulcanic gaps): bij het Perugat, het Pampagat/Norte
Chicogat en bij het Patagoniagat. Hier is de plaat te jong, waardoor hij minder de diepte in duikt en er
dus te weinig korst smelt om vulkanen te vormen. Er is alleen vlakke subductie.
Galápagoseilanden (hotspot)
De Galápagoseilanden liggen op een hotspot. Magma komt door de mantel omhoog en breekt door
de lithosfeer. Het magma vormt een schildvulkaan. De magmahaard ligt op een vaste plek, maar de
Nazcaplaat beweegt. De schildvulkaan schuift langzaam weg van de hotspot en dooft uit. De
uitbarstingen zijn effusief.
Andes en voorlandbekkens
De Andes bestaat uit meerdere gebergteketens parallel aan elkaar. Tussen de ketens liggen
hoogvlakten. De bergen zijn ontstaan bij subductie. Door de convergentie werden de aardlagen
geplooid (cordilleravorming). In de westelijke bergketens is nu actief vulkanisme.
Het laagland ten oosten van de eerste cordillera lag vol met sedimenten van bergen. Door
plaatbeweging vanuit het westen en oosten is het gebied in elkaar gedrukt. Het sedimentbekken
kwam omhoog en vormt nu het plateau de Altiplano. De Altiplano wordt aan de oostkant begrensd
door de Oostelijke Cordillera.
Door het gewicht van de Andes boog de korst van het aangrenzende gebied in het oosten wat door
en kwam lager te liggen. Zo ontstonden voorlandbekkens. Dit zijn komvormige gebieden opgevuld
7
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Sietske02. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.