Geneeskundige ziekteleer van de grote huisdieren (G000873)
Summary
Samenvatting Geneeskundige ziekteleer van de grote huisdieren
2 views 0 purchase
Course
Geneeskundige ziekteleer van de grote huisdieren (G000873)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Met deze samenvatting kan je makkelijk het examen behalen. Indien er dingen zouden ontbreken mag je me altijd sturen. Ook voor een gratis essentiesamenvatting (na bewijs van aankoop) en een examenvragenbundel
Geneeskundige ziekteleer van de grote huisdieren (G000873)
All documents for this subject (1)
Seller
Follow
meribanvanrenterghem
Reviews received
Content preview
2022 - 2023 Geneeskundige ziektenleer
van de grote huisdieren
Prof. Dr. Gunther van Loon
Prof. Dr. Bart Pardon
Dr. Sophie Vandenabeele
Nicolas De Meulemeester
2E MASTER DIERGENEESKUNDE
,
, Inleiding
− Gedoceerd door 3 proffen:
▪ Prof. Dr. Gunther van Loon
▪ Prof. Dr. Bart Pardon
▪ Dr. Sophie Vandenabeele
− Voor de inwendige ziekten van grote huisdieren moet je altijd op volgende zaken terugkomen:
▪ Etiologie
▪ Pathogenese
▪ Symptomen
▪ Diagnose
▪ Differentiaal diagnose
▪ Behandeling/preventie
− Doel:
▪ Afhankelijk van de anamnese van de patiënt kunnen terugdenken/redeneren naar de oorzaak
→ Dus niet meer de symptomen van een ziekte geven, maar de mogelijke oorzakelijke
ziekten/aandoeningen kunnen geven bij het zien van bepaalde symptomen
▪ Je moet dus de symptomen kunnen linken met mogelijke aandoeningen
→ “Ik heb deze symptomen, bij welke aandoeningen past dit nu allemaal?”
▪ Zo moet je de meest waarschijnlijke diagnose proberen stellen door de differentiaaldiagnoses
te schrappen en dan gericht bijkomende testen te doen
− Het vak bestaat uit 2 onderdelen:
▪ In het 1e semester zien we alles algemeen
(de meest voorkomende aandoeningen per orgaanstelsel)
(ook voor de afstudeerrichting ‘gezelschapsdieren’ te kennen)
→ Zal vooral ‘feitenkennis’ zijn en moet je echt feiten op een rij kunnen zetten
→ Dus van elke ziekten moet je de symptomen kunnen opsommen
→ Afhankelijk van de symptomen moet je dan dus redeneren bij welk ziektebeeld dit het
beste past en zo linken met diagnose, etiologie, behandeling…
(bij een ziekte is er heel veel variatie en zullen niet perse alle symptomen aanwezig zijn, het is dus
belangrijk om te blijven redeneren)
▪ In het 2e semester zien we meer diersoort specifieke aanvullingen (paard vs nutsdier)
→ Eerder probleem gebaseerd en nog meer verdiepend
− Examen:
▪ 40 multiple choice vragen (4 opties waarvan 1 juist)
▪ Kunnen interpreteren van symptomen, stellen van (meest waarschijnlijke) diagnose, DDx,
behandeling
▪ Feitenkennis belangrijk! Je moet onderscheid kunnen maken tussen verschillen in etiologie,
pathogenese, symptomen, diagnose, ...
1
,2
,2022 - 2023 Geneeskundige ziektenleer
van de grote huisdieren
Deel 1: Urinaire aandoeningen
Nicolas De Meulemeester
2E MASTER DIERGENEESKUNDE
,
, H1: Aandoeningen van de nier
Belangrijk bij inwendige ziekten: altijd logisch nadenken!
− Logica van de organen goed snappen
− Als er iets mis gaat wat gaan dan de gevolgen en symptomen zijn?
1 Congenitale afwijkingen
→ Is meestal al duidelijk bij de geboorte
− Agenesie – hypoplasie:
▪ Bepaalde stukken van de nier zijn niet of fout aangelegd
▪ Unilateraal – bilateraal
→ Bij bilaterale problemen zal het dier snel in de problemen komen na de geboorte
▪ Bij dergelijke afwijkingen bij jonge dieren zien we groeivertraging tot neonatale sterfte
▪ Vaak gecombineerd met andere afwijkingen thv het urogenitaal aparaat
− Enzymdefecten (oxalosis):
▪ Kan voorkomen, maar zien we minder frequent
− Niercysten:
▪ Kan verworven zijn, maar kan ook aangeboren zijn!
▪ Zien we vooral bij rund en schaap (bij paarden bijna nooit)
▪ Symptoomloos
▪ Groot of polycysteus:
→ Eventueel nierinsufficiëntie
Nier van veulen dat neonataal sterk achteruit ging:
− Grote anechogene zwarte structuren op
echografisch beeld geven de indruk van niercysten
Cortex maar wat we eigenlijk zien is cortex en medulla
− Bij jonge grote huisdieren is dit zeer opvallend,
Medulla maar bij volwassen dieren is dit minder opvallend
− Bij jonge dieren is de medulla dus altijd erg
hypo-echogeen (zwart)
Nier van hetzelfde veulen:
− Op echografie zag men dat de ureter afwijkend was
(plots zag men geen ureter-lumen meer op echografie)
− Er was dus bilaterale ureterhypoplasie waarbij het lumen
van de ureter vanaf een bepaald punt niet meer was
aangelegd (zie rode haakjes)
3
,2 Acute nierinsufficiëntie
− Bij acute nierinsufficiëntie wordt altijd onderscheid gemaakt tussen:
▪ Pre-renaal
→ Belangrijkste hierbij is de bloedvoorziening naar de nier
→ Als er al onvoldoende bloedvoorziening is kan de nier vanzelfsprekend niet goed filteren
en krijg je nierinsufficiëntie
▪ Renaal
→ Hier ligt het echt wel aan de nier zelf
(aan het parenchym en heel de functionaliteit van de nier)
▪ Post-renaal
→ Problemen liggen thv. de afvoer van de urine (ureter, blaas en urethra)
→ Een obstructie of afwijking hier zorgt dus voor een post renale insufficiëntie
2.1 Vormen van renale acute nierinsufficiëntie
2.1.1 Acute tubulaire necrose
Is een renaal probleem dat in belangrijke mate veroorzaakt kan worden door de bloedvoorziening
− Een slechte bloedvoorziening kan er langs de ene kant voor zorgen dat de nier onvoldoende bloed
filtert en dus onvoldoende werkt waardoor zo een pre-renale uremie ontstaat
− Maar het kan ook zijn dat als er te weinig bloed in de nier terecht komt er zo necrose ontstaat van
de tubuli door gebrek aan zuurstof/voedingsstoffen en we zo een renale nierinsufficiëntie krijgen!
− Vasomotor nefropathie:
We zien vaak dat dit veroorzaakt wordt door endotoxemische toestanden en erge dehydratatie
▪ Veroorzaakt door hypoperfusie – hypotensie:
→ Er is dus een probleem met de bloedvoorziening (hypovolemie)
→ Hypotensie/hypoperfusie vormt een gevaar om de nier (irreversiebel) te beschadigen
→ (CHF mens – KHD) (CHF = Chronisch Hart Falen??)
▪ Vaak gecombineerd met thrombi / Diffuse Intravasale Coagulatie (DIC) tgv toxemie:
→ Zien we bv. bij een Samonella infectie
→ Geeft heel gemakkelijk stollingsproblemen
(er is hypercoagulatie in heel het lichaam)
→ De (micro)thrombi gaan tromboses induceren thv
de nier en dus lokaal voor tubulusnecrose zorgen
Veulen met waterige diarree:
− Veulens zijn heel gevoelig aan te weinig melk drinken
(Ze hebben weinig reserve en moeten eigenlijk om de 30 min. melk drinken)
− De veulens drinken niet omdat ze ziekjes zijn EN verliezen ook nog eens veel
vocht via diarree
− Ze raken op deze manier snel gedehydrateerd en kunnen zo nierinsufficiëntie
ontwikkelen!
− Het is dus belangrijk (en zeker bij jonge dieren) om snel te reageren en snel
de circulatie terug op gang te brengen
4
,2.1.2 Toxische nefropathie
De nefropathie wordt hier veroorzaakt door toxische producten
Is heel typisch bij bepaalde medicatie die wij geven! (Belangrijk dus!)
− Aminoglycosiden (antibiotica) zijn hier heel belangrijk:
▪ Neomycine >> gentamycine, amikacine...
▪ Bij dehydratatie en/of langdurige toediening:
→ Urine opvolgen (er mag nooit eiwit in de urine zitten)
→ Ureum en creatinine waarden in het bloed opvolgen (pas later)
− NSAID:
▪ Gaan bij overdosering en/of dehydratatie veel gemakkelijker schade kunnen aanrichten
▪ Je kan hiermee medullaire en papillaire necrose veroorzaken
Belangrijk bij aminoglycosiden en NSAID’s:
− Dit zijn altijd producten waarbij we moeten oppassen als er dehydratatie is!
− Deze producten zijn sowieso toxisch voor de nier
− Dus als de nier het al moeilijk heeft door een slechte circulatie ga je met het toedienen van deze
medicatie veel gemakkelijker een nefropathie induceren
− Pigment nefropathie:
▪ Wordt veroorzaakt door een lichaamseigen product!
▪ Myoglobine > hemoglobine gaan de nier schade toebrengen
→ Deze moleculen zijn gepigmenteerd (vandaar de naam ‘pigment nefropathie’)
→ Deze moleculen zitten respectievelijk normaal in spiercellen en rode bloedcellen, maar
komen vrij in de bloedbaan bij massale destructie van deze cellen (bv. myositis/ hemolyse)
− Andere oorzaken van toxische nefropathie:
▪ Eikel intoxicatie (vooral de groene eikels zijn gevaarlijk)
▪ Teveel vit D
▪ Bietenkoppen (oxalaat – nitraat)
▪ Zware metalen (lood,...) → ook andere symptomen
− Diagnose:
▪ Anamnese + symptomen van acute nierinsufficiëntie
▪ Is niet gemakkelijk om op te sporen
→ Op de anamnese heb je een dier dat het niet goed doet (stil, apathisch, voedsel weigeren)
en symptomen van acute nierinsufficiëntie
→ Het is niet zo duidelijk van waar dat nu allemaal komt
(Heeft het dier iets fout gegeten? Is het afkomstig van een toxisch product?)
5
, 2.1.3 Acute interstitiële nefritis
− Zien we minder frequent (omdat we de diagnose niet goed kunnen stellen)
− Immuunreacties (vb. beta-lactam, sulfamiden, ...)
− We zien oedeem en infiltratie van cellen in het interstitium
− Bij kleine huisdieren zien we op echografie dat de nier groter en zwarter wordt (hypo-echogeen),
maar bij grote huisdieren is dat minder duidelijk omdat alles veel groter is. Hierdoor is de
beeldkwaliteit minder goed en kunnen we dat allemaal minder duidelijk differentiëren.
2.1.4 Acute bacteriële nefritis
− Is wel belangrijk
− Over het algemeen ben je in zo’n geval zeer ziek (door de sepsis)
− Oorzaken:
▪ We zien dit vaak als onderdeel/gevolg van sepsis bij veulens
→ Bv. Actinobacillus die in de bloedbaan circuleert
▪ Kan ook door een opklimmende infectie zijn vanuit blaas
→ Meestal omdat er bepaalde problemen zijn (stenose, sediment, stenen, cystitis)
→ Er zijn dus afwijkingen van de lagere urinewegen waar bacteriën kunnen nestelen en
opklimmen naar de nieren en nefritis geven
▪ Leptospirose:
→ = De rattenziekte (wordt vaak door ratten gedragen en komt zo in slootwater terecht → dieren
drinken hiervan en lopen zo leptospirose op)
→ Geeft typisch nierafwijkingen
→ Specifiek bij jonge dieren zien we bloedingen in diverse organen: de lever, nier maar heel
typisch in de longen!
• Veel dierenartsen denken hier niet aan maar Leptospirose kan dus longbloedingen
geven met erge ademhalingsproblemen!
2.2 Pathogenese/symptomen
− Heel vaak vage symptomen: suf, anorexie, lichte koliek, opgetrokken buik, voedsel weigeren,…
− Symptomen van de onderliggende oorzaak
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meribanvanrenterghem. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $18.23. You're not tied to anything after your purchase.