100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 11 Overdracht $5.16   Add to cart

Summary

Samenvatting 11 Overdracht

 25 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting hoofdstuk uit de reader Inleiding Privaatrecht OU

Preview 3 out of 19  pages

  • February 29, 2020
  • 19
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Inhoud tekst 11
Overdracht

1 Verkrijging van goederen algemeen

Artikel 3:80, eerste lid bepaalt:
‘Men kan goederen onder algemene en onder bijzondere titel verkrijgen.’

Het tweede lid van dat artikel bepaalt
‘Men verkrijgt goederen onder algemene titel door erfopvolging, door
boedelmenging en door opvolging in het vermogen van een
rechtspersoon die heeft opgehouden te bestaan.’

In het geval van een verkrijging onder algemene titel zet de verkrijger de rechtspositie van zijn
voorganger voort. Hij volgt deze op in diens gehele vermogen of een evenredig deel daarvan.

Deze opvolging voltrekt zich krachtens een wettelijk voorschrift zonder dat daarvoor nog een
bijzondere rechtshandeling nodig is.

De wet noemt limitatief een drietal gevallen van verkrijging onder algemene titel (artikel 3:80,
tweede lid).

Het derde lid van hetzelfde artikel bepaalt:
‘Men verkrijgt goederen onder bijzondere titel door overdracht, door
verjaring en door onteigening, en voorts op de overige in de wet voor
iedere soort aangegeven wijzen van rechtsverkrijging.’

Iedere verkrijging die niet onder algemene titel plaatsvindt, is een verkrijging onder bijzondere
titel. De verkrijger treedt ten aanzien van een of meer bepaalde goederen in een nieuwe, eigen
rechtspositie (en dus niet in de rechtspositie van een eventuele voorganger).

De verkrijging onder bijzondere titel is originair of derivatief.

Bij originaire (of oorspronkelijke) verkrijging verkrijgt men een goed niet als opvolger van een
eerdere rechthebbende. Het recht ontstaat (nieuw) bij de verkrijger en is geen afgeleid recht. Dit
wil echter niet zeggen dat er geen eerdere rechthebbende is aan te wijzen. Veelal is wel een
eerdere

rechthebbende aan te wijzen, maar deze heeft dan geen toestemming gegeven aan de
verkrijger om het goed als rechthebbende te verkrijgen. Voorbeeld van een originaire wijze van
verkrijging is de verkrijging door verjaring.

Joop heeft al een tijdje een kampeerwagen in bezit. Hij is te goeder trouw. Na een bepaalde
periode wordt hij, als aan bepaalde vereisten is voldaan, rechthebbende op de kampeerwagen.
Hij ontleent zijn recht niet aan een rechtsvoorganger. Bij hem ontstaat een nieuw recht, dat niet
is afgeleid van een rechtsvoorganger.

Bij derivatieve rechtsverkrijging verkrijgt men het goed als opvolger van een eerdere
rechthebbende, zodat de rechtsverkrijging hierbij wel als een afgeleid recht kan worden
aangemerkt.

Voorbeeld van een derivatieve wijze van verkrijging is de verkrijging door overdracht.

Annie koopt van Karel een fiets. De fiets wordt aan haar overgedragen. Annie verkrijgt een recht
op de fiets dat zij ontleent aan Karel, haar rechtsvoorganger (deze was eerst rechthebbende
van de fiets).

, 11.2 De overdraagbaarheid

Overdraagbaarheid van rechten: de rechten die tot dit vermogen behoren moeten overdraagbaar
zijn; de rechten moeten namelijk vanuit het vermogen van de een in het vermogen van de ander
kunnen vloeien.

Zijn alle vermogensrechten nu ook overdraagbaar?
Kan ik elk goederenrechtelijk recht dat ik op een goed heb en elk persoonlijk recht dat ik op een
andere persoon heb, overdragen aan een ander?

In artikel 3:83, eerste lid wordt bepaald: ‘Eigendom, beperkte rechten en vorderingsrechten zijn over-
draagbaar, tenzij de wet of de aard van het recht zich tegen een overdracht verzet.’

In het tweede lid van hetzelfde artikel wordt vervolgens bepaald: ‘De
overdraagbaarheid van vorderingsrechten kan ook door een beding tussen
schuldeiser en schuldenaar worden uitgesloten.’

Uit het eerste lid van artikel 3:83 blijkt dat de goederenrechtelijke rechten in het
algemeen alle overdraagbaar zijn. De wet kan echter de overdraagbaarheid van een
bepaald goederenrechtelijk recht uitsluiten.

De overdraagbaarheid van bepaalde goederenrechtelijke rechten kan echter ook
worden beperkt in die zin, dat de absoluut gerechtigde toestemming nodig heeft van
de rechthebbende van het object waarop zijn goederenrechtelijk recht rust om zijn
goederenrechtelijk recht te vervreemden.
Bij elk goederenrechtelijk recht zal men apart moeten kijken wat de regeling omtrent
het betreffende absolute recht zegt over de overdraag-baarheid.


Ook de aard van een goederenrechtelijk recht kan zich tegen overdraagbaarheid verzetten.
Zie voorbeelden.

Wim is eigenaar van een surfplank (eigendom, artikel 5:1). Wim verkoopt en levert deze surfplank aan Paula. De surfplank wordt door Wim
in eigendom overgedragen aan Paula.


Marc heeft voor de duur van vijf jaar een recht van erfpacht op een stuk grond van Marjo (erfpacht, artikel 5:85). Na twee jaar vervreemdt
Marc zijn recht van erfpacht aan Nico. In het algemeen is overdracht van het erfpachtrecht mogelijk. Gesteld echter dat in de akte van
vestiging is opgenomen dat de erfpachter voor overdracht van het erfpachtrecht toestemming nodig heeft van de eigenaar, dan kan Marc
zijn erfpachtrecht slechts met toestemming van Marjo vervreemden (zie artikel 5:91).

Willem heeft een recht van vruchtgebruik op de zeilboot van Carine (vruchtgebruik, artikel 3:201). Willem draagt zijn recht van
vruchtgebruik over aan Maya. Het recht van vruchtgebruik is zonder beperkingen overdraagbaar (artikel 3:223).

Vera heeft een recht van bewoning op de boot van Isaac (recht van bewoning, artikel 3:226). Vera kan haar recht van bewoning niet
overdragen aan een ander.


Ook de persoonlijke rechten zijn in het algemeen overdraagbaar, zoals we in artikel 3:83 kunnen
lezen.

Tegen deze overdraagbaarheid kan zich echter, evenals bij de goederenrechtelijke rechten, de wet of
de aard van het recht verzetten. Daarnaast kan in het geval van een vorderingsrecht de
overdraagbaarheid ook worden uitgesloten door een afspraak gemaakt tussen schuldeiser en
schuldenaar, aldus het tweede lid van artikel 3:83.

Mandy heeft haar kinderwagen in bruikleen gegeven aan haar vriendin Noor, die een baby verwacht (bruikleen, artikel 7A:1777). Mandy heeft
een persoonlijk recht op Noor tot teruggave van de kinderwagen. Mandy kan het relatieve recht dat zij heeft op Noor overdragen aan haar zus,
Floor. Het is dan Floor die een recht op Noor heeft tot teruggave van de kinderwagen.

Xaviera, een bejaarde dame, is met studente Martha, een kleindochter van een oude kennis van haar, overeengekomen dat deze gedurende
een jaar een kamer in haar huis mag bewonen en dat zij tegen vergoeding de warme maaltijden en de was van en voor Martha zal verzorgen.
Martha besluit al na twee maanden met haar studie te stoppen. Martha kan nu het recht dat zij op Xaviera heeft, niet aan een ander
overdragen. De persoon van Martha heeft een belangrijke rol gespeeld voor Xaviera bij het sluiten van de betreffende overeenkomst met
Martha. Zou Martha haar recht op Xaviera wel aan een ander kunnen overdragen, dan zou Xaviera met iemand opge-scheept zitten die haar
wellicht niet ligt.

Kortom: de aard van het recht verzet zich tegen overdracht van Martha’s recht.

, 11.3 Vereisten voor een geldige overdracht

Artikel 3:84, eerste lid bepaalt:
‘Voor overdracht van een goed wordt vereist een levering krachtens
geldige titel, verricht door hem die bevoegd is over het goed te
beschikken.’

In deze bepaling komen we het begrip ‘overdracht’ tegen. Dit is een
begrip dat meer betekenissen heeft. Wij zullen hier alleen de betekenis
aangeven die het begrip in artikel 3:84 heeft.

In dit artikel duidt overdracht op een rechtsgevolg en niet op een
handeling.

Het begrip verwijst naar een positief resultaat, dat hierin bestaat dat
een goed een nieuwe rechthebbende heeft verkregen nadat aan een
aantal vereisten is voldaan.
Men spreekt in dit verband ook wel van een ‘bewerkstelligde
rechtsovergang’

11.4 Titel van overdracht

Eén van de vereisten die artikel 3:84 aan een geldige overdracht stelt, is een geldige titel.
Allereerst stellen we ons de vraag wat we onder een titel moeten verstaan.

‘titel’ = de rechtsgrond die aan de overdracht ten grondslag ligt.

Wanneer iemand een bepaald goed verkrijgt van een eerdere rechthebbende
dan zal daarvoor een reden zijn. Niemand draagt immers zomaar een goed
over; hij zal dat pas doen indien hij daartoe op grond van een rechtsbetrekking
verplicht is. Zo kan als titel voor de overdracht fungeren een overeenkomst.

Voorbeelden van overeenkomsten die tot overdracht verplichten, zijn de koopovereenkomst (artikel 7:1)
en de ruilovereenkomst (artikel 7:49). De titel van overdracht hoeft echter niet altijd een overeenkomst
te zijn.


Ook een onrechtmatige daad (artikel 6:162) of een eenzijdige rechtshandeling (zoals het maken van
een legaat) kunnen een titel opleveren voor overdracht.

Jan die zijn stereo-installatie verkoopt aan Piet, is op grond van deze koopovereenkomst verplicht de stereo over te dragen aan Piet.

Karel is met zijn vrienden aan het voetballen. Op een gegeven moment schiet Karel de bal zo hard weg dat deze door de voorruit van het
huis van Joosten gaat. Schade € 400. Daar Karel aansprakelijk is voor de door zijn onrechtmatig handelen aan Joosten toegebrachte schade,
is Karel verplicht tot het betalen van schadevergoeding. Karel dient daarom € 400 te betalen aan Joosten.

Sjeng legateert aan zijn trouwe huishoudster Claartje, die al veertig jaar bij hem inwoont, zijn vakantiehuisje in Valkenburg (artikel 4:117: ‘Een
legaat is een uiterste wilsbeschikking waarin de erflater aan een of meer daarbij aangewezen personen een vorderingsrecht toekent.’) Na zijn
overlijden zijn de erfgenamen van Sjeng, op grond van het legaat, verplicht het vakantiehuisje aan Claartje in eigendom over te dragen.


In deze voorbeelden is de titel van overdracht, respectievelijk de koopovereenkomst, de onrechtmatige
daad en het legaat.

Wat als er geen titel is, als er iets mis is met de titel of, juridisch vertaald, wat als de titel
ongeldig is?

De wet geeft expliciet aan in artikel 3:84, eerste lid dat een geldige titel is vereist.
Hieruit kunnen we afleiden dat zonder een geldige titel de overdracht ook niet
geldig is geschied.

Hiermee aanvaarden we de causale leer: de leer die voor de geldigheid van
de overdracht een geldige titel vereist.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stukajay. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.16. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76462 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.16
  • (0)
  Add to cart