De geo / Havo Leefomgeving Wonen in Nederland / deel Studieboek
Alle stof uit het boek: Wonen in Nederland. De methode is van 'De Geo' en kan gebruikt worden voor Het CE Centraal Examen en het SE School Examen. Ruime samenvatting van alle 4 de hoofdstukken met goede afbeeldingen en alle nodige informatie.
Hoofdstuk 1 Ruimte voor water
Paragraaf 1 Leven met water
Het klimaat verandert
- Als gevolg van klimaatveranderingen zullen er warmere en drogere zomers en
zachtere nattere winters. Er zullen grote schommelingen plaatsvinden in neerslag →
Neerslagregiem. Grotere schommelingen zorgen voor een onregelmatig
neerslagregiem.
- Een toenemende neerslaghoeveelheid in de winters betekent dat rivieren en sloten
meer water moeten verwerken→ meer water moet worden weggepompt om
overstromingen te voorkomen. Bij vorst is de bodem bevroren en blijft de sneeuw
liggen. Als het vervolgens gaat dooien komt er in korte tijd veel water vrij maar dit
kan niet in de bodem zakken.
3 Oorzaken waarom natuurgebieden en landbouwgronden vaker last hebben van
droogte:
1. Door de verwachte stijging van de gemiddelde zomertemperatuur zal de verdamping
toenemen.
2. Gedurende het drogere zomerseizoen zal de nuttige neerslag daarom afnemen. Dat
betekent dat er minder water in de bodem kan zakken om de grondwaterspiegel aan
te vullen.
3. Door de snellere waterafvoer, bijvoorbeeld door kanalisatie, wordt de
grondwatervoorraad minder aangevuld en zal de grondwaterspiegel dalen. De
bovenste laag van de bodem droogt daardoor uit.
Nederland verandert
- Door verstedelijking is er veel meer verstening van het oppervlak in nederland.
Hierbij kan het riool snel veel water opnemen, maar omdat de bodem niks opneemt
kan het rioolstelsel bij hevige buien al dit water niet aan.
Drietrapsstrategie (er voor zorgen dat er nooit te veel noch te weinig water is.)
1. Vasthouden→Water blijft op de plaats waar het valt (geen tegels maat grind, geen
betonblokken maar grasbetonblokken)
2. Bergen→ Als het water niet voldoende ter plaatse kan worden vastgehouden, moet
het worden geborgen in plassen, meren of kanalen.
3. Afvoeren→ Wanneer er een lange periode achtereen veel neerslag valt, zal de
bodem verzadigd raken en zullen ook de bergingsgebieden overstromen. Dat is het
moment waarop het teveel aan water mag worden afgevoerd. Afvoeren wil zeggen
dat water naar een ander gebied wordt gebracht. Via rivieren en kanalen wordt zo
veel mogelijk water in de zee geloosd. Wateroverlast→ wanneer het overtollige water
niet kan worden afgevoerd.
,Waterbeheer wordt vaak gecombineerd met andere functies:
- Om een wijk afwisselender en aantrekkelijker te maken
- Het dient om de historische identiteit van de steden te versterken
Wadi’s → Brede greppels of laag liggende grasveldjes waar regenwater naartoe wordt
geleid voordat het in de bodem zakt of naar het oppervlaktewater stroomt. → Vasthouden
Groene berging→ (Groen vanwege het gras dat erin groeit wanneer het bassin niet
gebruikt wordt voor wateropvang) Zo’n bergingsgebied is speciaal ingericht om overtollig
water op te vangen.
Watertoets
Om ervoor te zorgen dat er bij de aanleg van woonwijken, industrieterreinen en
infrastructuur voldoende rekening wordt gehouden met het water, heeft de overheid de
watertoets ingesteld. → er wordt beschreven wat de gevolgen van de bouw zijn voor de
veiligheid, de wateroverlast, de waterkwaliteit en de verdroging.
Waterschap→ Regionale overheidsinstantie die tot taak heeft om de waterhuishouding te
regelen. Nederland telt 22 waterschappen. Ze zijn verantwoordelijk voor het beheer, de
bescherming en het onderhoud van duinen en dijken, beheersing van het grondwaterpeil en
voor de waterkwaliteit.
Bij de watertoets van een ruimtelijk plan wordt gelet op twee criteria →
1. Er mag geen belemmering zijn voor vasthouden, bergen en afvoeren van water in
dat gebied (drietrapsstrategie).
2. Er mag geen afwenteling van waterproblemen plaatsvinden.
1.2 Water: vriend of vijand?
NAP → onder de zeespiegel
Het water stijgt!
● Na de laatste ijstijd smolt het landijs door temperatuurstijging en steeg de zeespiegel
behoorlijk (120 tot 140 meter) en die is, met uitzondering van de Kleine ijstijd, blijven
stijgen.
● Wat gaat er verder met het klimaat gebeuren? → Voorspellingen van het KNMI (vier
klimaatscenario’s) voor Nederland, waarbij de wel of niet verder toenemende
temperatuur en het wel of niet veranderen van de overheersende windrichting een
belangrijke rol spelen.
Wat zijn de 2 oorzaken van het stijgen van de zeespiegel?
● Het opwarmen van het water waardoor het uitzet.
● Het afsmelten van gletsjers en landijs. (Veel landijs op: Groenland, Zuid-Pool)
, Bodemdaling
Verlaging van de hoogte van het maaiveld of een rivierbodem ten opzichte van het Normaal
Amsterdams Peil (NAP) = Bodemdaling
Het dalen van de Nederlandse bodem heeft verschillende oorzaken:
- Scandinavië daalde in de ijstijd door landijs. Hierdoor steeg Nederland. (wipwap
effect) Het evenwicht, ook wel isostasie, werd verstoord door het landijs. Nu het ijs
aan het smelten is, stijgt Scandinavië weer en daalt NL.
- Gewicht van afzettingen/sediment zorgde voor een daling in een deel van NL.
- Grondwater in de aanwezige polders wordt weggepompt om landbouw en
verstedelijking mogelijk te maken. Door verlaging van de waterstand zakt het klei- en
veengebied in.
- Aardgaswinning zorgt dat de druk in het gasveld.
Verschil absolute en relatieve zeespiegelstijging?
Absolute zeespiegelstijging = als het zeewater hoger komt te staan
Relatief zeespiegelstijging = stijging van de zeespiegel ten opzichte van het land
Tijdens de vroegere overstromingen werden zand en klei afgezet naast de rivier. Deze
sedimentatie compenseerde de bodemdaling, Tegenwoordig alleen nog sedimentatie in de
uiterwaarden → waterbergend vermogen van het gebied tussen de winterdijken neemt af.
● Het grondwater wordt uit veen en zeeklei weggepompt (om de grond voor landbouw
en verstedelijking te kunnen gebruiken)
● Gevolg: verlaging weerstand → bodemdeeltjes komen dichter bij elkaar te liggen
(inklinking) → de bodem zakt in (krimpt)
● Veenoxidatie
Veen (Grote delen van West Nederland bestaan uit veen)→ als veen boven het
grondwater uitkomt, vergaat het door blootstelling aan de lucht.
Aardgaswinning, vooral in Noord-Groningen.
Het risico bij overstroming in Den Haag groter dan in Groningen → in Den Haag veel
inwoners, dus meer schade en slachtoffers.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 112580. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.