7.1 gaat over de verlichting. Er wordt in verteld wat de verschillende ideeën van filosofen of andere
geleerde zijn. In deze paragraaf komen deze belangrijke denkers voor;
Voltaire: Sociale verhoudingen, godsdienst
Rousseau: politiek, sociale verhoudingen
John Locke: politiek
Montesquieu: politiek
Adem Smith: economie
Door de verlichting gingen mensen rationeel denken, met als resultaat algemene vooruitgang, vooral
in de Westerse wereld was de verlichting in de mode. Er ontstond verzamelde kennis in boeken,
Encyclopedieën.
Fredrik de Grote: alle religies zouden dezelfde rechten moeten hebben. Er is namelijk geen
bewijs wat wel en niet klopt
Voltaire: god heeft de wereld gemaakt maar bemoeit zich er nu niet meer mee ~ Deïst
o Slechts 10% van de bevolking wil zelf nadenken en de rest verdient geen verlichting. Zei
kunnen zich beter laten leiden door hun adellijke heer of de kerk.
Rousseau: alle mensen zijn van nature gelijk; iedereen heeft gelijke rechten
o Volkssoevereiniteit; de algemene wil
John Locke: in een rechtsstaat staat de overheid niet boven de wet, maar moesten ze zich er
net als iedere burger aan houden.
Montesquieu: hoe kun je corruptie en onderdrukking voorkomen?; driemachtenleer (trias
politica),
o Wetgevende macht ~ parlement
o Uitvoerende macht ~ regering
o Rechterlijke macht ~onafhankelijke rechters
Adam Smith: wet van vraag en aanbod
o Tegen het mercantilisme
, 7.2 gaat over het Ancien régime, over hoe Voltaire zijn boek verboden werd en hoe de Franse
samenleving door middel van de standenmaatschappij in elkaar zit. In deze paragraaf wordt ook
verteld over hoe sommige absolute vorsten probeerden verlichte hervormingen door te voeren. De
succes volste vertegenwoordiger van dit verlichte absolutisme was:
Fredrik de grote (ook bevriend met Voltaire)
o Koning van de Pruisen (1740-1786) ‘eerste dienaar van de staat’
Franse standenmaatschappij:
Eerste stand: geestelijke
Tweede stand: adel (krijgen belasting!)
Derde stand: boeren & burgers (betalen veel belasting!)
Nederlandse standenmaatschappij:
Eerste stand: stadhouder
Tweede stand: regenten
Derde stand: boeren & burgers
(1702-1747): 2de stadhouderloze tijdperk in Nederland
De Republiek had veel schulden en de regenten werden rijker omdat ze geld uitleende met hoge
rente aan de republiek
1747 Frankrijk valt binnen bij Nederland, Nederland roept naar Oranje
1751 Willem V wordt stadhouder; eind stadhouderloos tijdperk
Hij gedraagt zich als een koning en heeft meer bevoegdheden als zijn voorgangers. Nederland
lijkt op een monarchie.
Regenten blijven verreiken en de schulden van de republiek blijven groeien
Pogingen om het verval te keren lopen tijdens het ancien régime op niets uit
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisannelof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.81. You're not tied to anything after your purchase.