100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting leerdoelen trimester 1.4 $9.98   Add to cart

Summary

Samenvatting leerdoelen trimester 1.4

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

ik heb in dit document correct alle leerdoelen uitgewerkt die besproken zijn in periode 1.4. hierbij ben in ingegaan om het boek, de stof in de les, betrouwbare informatie op het internet en de hoorcolleges.

Preview 3 out of 18  pages

  • November 19, 2024
  • 18
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Leerdoelen trimester 1.4:
Week 1
1. Wat is bestuursrecht?
het juridisch functioneren van het openbaar bestuur en zijn relatie tot de
burger. Het openbaar bestuur is een abstract begrip. Het handelen van
het openbaar bestuur gebeurt namelijk door een persoon of een groep
personen in de hoedanigheid van een bestuursorgaan. Wat dit is, wordt
verderop in dit boek toegelicht. Voor nu is het voldoende om te weten dat
bestuursorganen bij de taken die zij uitvoeren, optreden als openbaar
bestuur en daarbij het algemeen belang behartigen.

Het bestuursrecht bevat regels, ook wel rechtsnormen genoemd, met
betrekking tot:
- de organisatie van het openbaar bestuur;
- het verlenen van bestuursbevoegdheden aan bestuursorganen;
- de rechtsnormen waaraan het openbaar bestuur zich moet houden bij
de uitoefening van die bestuursbevoegdheden;
- rechtsnormen die gelden voor de burger en regels voor de handhaving
ervan;
- de juridische bescherming van de burger tegen het optreden van het
openbaar bestuur

1. Wat wordt er geregeld in de Awb?
In de Awb zijn algemene regels opgenomen die van toepassing zijn op
het hele bestuursrecht en in beginsel op elke bestuurstaak.

De basis voor de Awb is gelegen in art. 107 lid 2 Gw, dat aan de
wetgever de opdracht geeft om een wet te maken met algemene regels
van het bestuursrecht, met als doel:
- het bevorderen van eenheid binnen de bestuursrechtelijke wetgeving;
- de vereenvoudiging van bestuursrechtelijke wetgeving;
- het opnemen in de wet van ontwikkelingen in de bestuursrechtelijke
rechtspraak;
- het treffen van algemene voorzieningen voor onderwerpen die zich niet
lenen voor regeling in een bijzondere wet.

1. Wat is een openbaar lichaam?
Een openbaar lichaam is een overheidsorgaan met rechtspersoonlijkheid
dat bijzondere bevoegdheden heeft. en vastomlijnde taken uitvoert op
een bepaald grondgebied of inhoudelijk terrein.
De regering, de ministerraad, de ministers en de staatssecretarissen zijn
bestuursorganen die behoren tot het openbaar lichaam ‘staat’. (Staat,
provincies en gemeenten)

Als bestuursorgaan staat de ambtenaar in hiërarchische verhouding tot
een ander orgaan van het openbaar lichaam waarbinnen hij is benoemd.
Feitelijk is het beter om te spreken van ambten, want het is niet de
persoon zelf die bestuursorgaan is, maar de functie oftewel het ambt dat
hij bekleedt. Het spreiden van overheidstaken binnen hetzelfde

, overheidsniveau over verschillende diensten, inspecties en ambten van
de overheid wordt deconcentratie genoemd

2. Wat zijn de bevoegdheden van een openbaar lichaam?
Het kan contracten sluiten, personeel in dienst nemen, fondsen beheren
en zelfs publieke of private samenwerkingsverbanden oprichten1.
Gemeenten die deelnemen aan een openbaar lichaam kunnen taken en
bevoegdheden delegeren aan het openbaar lichaam, zowel raadstaken
als collegetaken

3. Wat zijn de bevoegdheden van een bestuursorgaan?
Ze kunnen besluiten nemen en handelingen verrichten met betrekking
tot personen, met uitzondering van een voor het leven benoemde
ambtenaar werkzaam bij de Raad van State en de Algemene Rekenkamer

4. Hoe verkrijg je bevoegdheid als bestuursorgaan en wat houden
ze in?
In het bestuursrecht zijn er drie manieren waarop een bestuursorgaan
een publiekrechtelijke bevoegdheid kan verkrijgen: attributie, delegatie
en mandaat.

- Attributie: Dit is de oorspronkelijke toekenning van een bevoegdheid
aan een bestuursorgaan door de wetgever. Het bestuursorgaan heeft
deze bevoegdheid van nature en kan deze zelfstandig uitoefenen. Art.
2:1 Awb
- Delegatie: Als een bestuursorgaan zijn bevoegdheid om bepaalde
besluiten te nemen overdraagt aan een ander bestuursorgaan, spreken
we van delegatie. De wet moet delegatie toestaan. Het bestuursorgaan
dat de bevoegdheid delegeert, kan deze zelf niet meer uitoefenen. Het
ontvangende bestuursorgaan oefent de bevoegdheid uit op eigen naam
en verantwoordelijkheid. Art. 10:1 Awb, specifieke wetten
bevatten vaak bepalingen over delegatie, zoals art. 160 van de
gemeentewet.
- Mandaat: Bij mandaat neemt een bestuursorgaan namens een ander
bestuursorgaan een besluit. Het mandaatgevende orgaan behoudt
echter de verantwoordelijkheid en zeggenschap. Het besluit dat onder
mandaat wordt genomen, geldt als een besluit van het
mandaatgevende bestuursorgaan. Art. 10:3 Awb
Kortom, attributie is de oorspronkelijke toekenning, delegatie is overdracht van
bevoegdheid en mandaat is besluiten namens een ander orgaan1. Volmacht en
machtiging zijn ook relevante concepten in dit verband, waarbij privaatrechtelijke
handelingen namens een orgaan worden verricht
1. Wat is het verschil tussen BAS en Beschikking?
het verschil tussen beide zit in de reikwijdte: beschikkingen zijn
individueel art. 1:3 lid 2 Awb (gericht naar 1 persoon of een groep
personen. Bijvoorbeeld: het afwijzen van een vergunning voor het
bouwen van een tuinhuis.), terwijl BAS algemeen van toepassing is art.
1:3 lid 1 Awb (deze geldt voor iedereen. Bijvoorbeeld: verordeningen of
bestemmingsplannen.)

, 2. Wat is het legaliteitsbeginsel?
houdt in dat het handelen van bevoegd gezag gebaseerd moet zijn op
een vooraf aanwezige bepaling. Dit voorkomt dat de wetgever met
terugwerkende kracht regels kan opleggen.




Week 2
1. Wat is een aanvraag?
Een aanvraag moet schriftelijk (art. 4:1 Awb) worden ingediend, soms op
een speciaal formulier (art. 4.4 Awb). De aanvraag moet relevante
gegevens bevatten (art. 4.2 en 4.3 Awb) en moet ondertekend (art. 2:16
Awb) worden. Het bestuursorgaan moet gelegenheid geven tot herstel als
een aanvraag niet voldoet aan de wettelijke vereisten en kan alsnog
weigeren om de incomplete aanvraag te behandelen.
als het bestuursorgaan zijn aanvraag geheel of gedeeltelijk afwijst, maar
de aanvrager moet dan wel nieuwe feiten en omstandigheden vermelden
(art. 4:6 Awb). Let op: het aandragen van nieuwe argumenten alleen is niet
voldoende, want die had de aanvrager meteen bij de eerste aanvraag
moeten geven.
2. Wat is een belanghebbende?
Belanghebbende is volgens art. 1:2 lid 1 Awb degene wiens belang
rechtstreeks bij een besluit is betrokken.
Om te kunnen bepalen of een burger, rechtspersoon of bestuursorgaan
belanghebbende is, stellen we eerst in het algemeen de vraag: Wanneer
heeft een burger, rechtspersoon of bestuursorgaan nu een rechtstreeks
belang? Het antwoord op deze vraag is niet te vinden in de wet, maar in de
jurisprudentie. De criteria die rechters hebben vastgesteld worden ook wel
OPERA-criteria genoemd.
3. Welke soort beschikkingen heb je?
Een beschikking zoals een vergunning, ontheffing, subsidie, boete of ander
sanctiebesluit wijzigt de rechten of plichten van een belanghebbende.
Beschikkingen verschillen in soort en strekking en in de manier waarop ze
tot stand komen en uitgevoerd worden.
Er zijn beschikkingen op aanvraag en ambtshalve beschikkingen. Bij de
eerste is er een verzoek van een belanghebbende, bij de tweede neemt
het bestuursorgaan uit eigen beweging een besluit om voor een concreet
geval rechten of plichten op te leggen of te wijzigen.
- Een recht vaststellende en rechtscheppende beschikking stelt een
recht of plicht vast. Een rechtscheppende beschikking kent een nieuw
recht toe, legt een nieuwe plicht op of verleent een bepaalde status. . Een
rechtscheppende beschikking kan aan een belanghebbende ook een
nieuwe plicht opleggen. Recht vaststellende beschikkingen. Daarmee
wordt een reeds bestaand recht of een bestaande plicht van een
belanghebbende vastgesteld.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller darjavanheel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.98
  • (0)
  Add to cart