Bedrijfseconomie bedrijf starten
Hoofdstuk 1: De oprichting van een onderneming
loondienst Ondernemer
Voordelen - Zeker inkomen - Veel vrijheid
- Verzekerd - Hoog inkomen
ziekte/werkloosheid - belastingvoordelen
- Veel vrije tijd
- Pensioensregeling
Nadelen - minder vrijheid - onzeker inkomen
- minder belastingvoordelen - niet verzekerd
ziekte/werkloosheid
- weinig vrije tijd
- pensioen zelf regelen
Oprichteisen:
1. De naam van elk bedrijf wordt bij de KvK ingeschreven in het handelsregister.
2. De onderneming wordt geregistreerd bij de belastingdienst.
3. Elk jaar een balans opmaken, 7 jaar bewaren (fiscale bewaarplicht)
4. Soms heb je vergunningen nodig.
Rechtsvorm: juridische vorm waarin een organisatie uitgeoefend word.
Eenmanszaak Vennootschap onder firma (vof)
- Aansprakelijk alle - Alle firmanten zijn hoofdelijk
schulden aansprakelijk.
- Vermogen klein - Groot eigen vermogen meer
- Krijgt gehele winst lenen.
- Besluiten snel genomen
- Krijgt deel van de winst
- Continuïteit is onzeker
- Besluiten worden minder snel,
beter onderbouwd, genomen.
- Continuïteit is minder onzeker
overnemingsbeding.
Hoofdelijk aansprakelijk: ieder der vennoten is voor het gehele bedrag aansprakelijk voor
zakelijke schulden.
Overnemingsbeding: de overname bij overlijden van een van de firmanten wordt hierin
geregeld.
Inkomstenbelasting: belasting die betaald wordt over het resultaat.
, Hoofdstuk 2: De openingsbalans
Doel van een investeringsbegroting vaststellen hoe groot financieringsbegroting, benodigde
geldbedrag om onderneming te kunnen starten.
Vaste activa: bezittingen van de onderneming die langer dan één jaar mee gaan.
Vlottende activa: bezittingen van de onderneming die korter dan één jaar mee gaan.
liquide middelen: voorraad geld (bank of kas)
debiteuren: klanten die jou geld schuldig zijn omdat ze op rekening hebben
gekocht.
Eigen vermogen: het geld dat de ondernemer zelf in de zaak stopt.
Vreemd vermogen lang: leningen met een looptijd langer dan één jaar.
Vreemd vermogen kort: leningen met een looptijd korter dan één jaar.
crediteuren: leveranciers die al diensten hebben geleverd, maar die nog
betaald moeten worden.
rekening-courantkrediet: ‘rood staan’
Btw: belasting over toegevoegde waarde een (indirecte) belasting die de overheid heeft op
de verkoop/ diensten aan consumenten.
- Een ondernemer moet BTW bij de verkoopprijs opstellen en later afdragen aan de
belastingdienst(fiscus)
Verkoopprijs+BTW=consumentenpr
ijs
1. Verschuldigde BTW: totale btw over verkochte goederen moeten 1x per kwartaal
worden betaald aan de belastingdienst.
2. Te vorderen BTW: de btw die de ondernemer terug krijgt bij het kopen op de zaak
(vla)
3. Te betalen BTW: btw die de ondernemer moet betalen aan de fiscus (vvk)
Debet (investeringsbegroting) Credit (financiereingsbegroting)
Vaste activa > 1 jaar Eigen vermogen
- Gebouw Vreemd vermogen lang > 1 jaar
- Inventaris - Leningen
Vlottende activa < 1 jaar Vreemd vermogen kort < 1 jaar
- Voorraad - Crediteuren
- Debiteuren - Rekening-courant krediet
- Liquide middelen - Te betalen BTW
- Te vorderen BTW - Af te dragen
- Vooruitbetaald BTW(verrekend)
- vooruit ontvangen
Totaal 100.000,- Totaal 100.000,-
4. Af te dragen BTW: als de btw wordt verrekend(vvk)
5.
- Iets dat achteraf betaald moet worden staat NOOIT op de openingsbalans
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lanavannunspeet. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.30. You're not tied to anything after your purchase.