Thorax = deel romp tussen hals en buik, als basis: benige borstkas, caudaal begrensd door
apertura thoracis inferior en diafragma.
Opbouw: huid met vetweefsel, borst met kierweefsel, spieren
Benige structuren:
- Sleutelbeen = clavicula
- Borstbeen
- Ribben met ribbenboog
Huid en onderhuids weefsel
1e lagen: huid met o.a. haarzakjes, bindweefsel en vet, klierweefsel (borst), spieren.
Wit op foto: pees (peesbladen en meer als touwtje) = bindweefsel
Subdermaal: borst = mama (vaak vrouwelijk)
- Tepel en areola
- Ligamenten van Cooper -> zo zit het vast aan het lichaam. Structuur behouden met
bindweefselstructuurtjes. Geven stevigheid aan het geheel.
- Eerst vetweefsel, daaronder klierweefsel waar melk gemaakt kan worden. Die
hebben afvoergangen die naar de tepel lopen
Klierweefsel = lobi (lobus mv) glandula mammaria (circa 10-20 per borst) samen
verzamelend en lopen naar tepel toe. Afvoergangen = ductus (ductuli, kleinere)
Bloedvoorziening
Kleine aftakkingen:
- Van a. thoracica interna
- Uit slagader van arm
Lymfedrainag:
- Onderverdeling in 3 niveaus
- nodi lymphoidei axillares = 1
- nodi lymphoidei parasternales = 3
- oa rol in uitzaaiingen (metastasen)
Botten van thorax -> beschermen van borstorganen en faciliteren van beweging (ademen)
mogelijk gemaakt door kraakbeen, ligamenten en gewrichten.
- Borstbeen: sternum, verbindt ribben en clavicula.
Onder te verdelen in: manubrium
(incisura jugularis, bovenin & angulus sterni), corpus
en processus xiphoïdeus (van boven naar onder)
,beweging door verbinding met rib I – VII, tpv articulatio sternacostalis
tussen sternum en costa (rib)
- Ribben met arcus costalis (=ribbenboog)
costae varae: I – VII = ware ribben
castae spuriae: VIII – X = valse ribben, hangen aan andere rib
castae fluctuantes: XI – XII = zwevende ribben, om nieren te beschermen, zijn erg
klein.
- Thoracale wervels (achterkant)
In totaal 12 wervels met rib = thoracale wervels, afgekort met Th1 – Th12.
Gewrichten tussen wervels onderling = articulatio costovertebralis: tussen costa en
vertrebra in. Elke rib verbinding met 2 wervels, maar elke wervel ook verbinding met
2 ribben -> faciliteren beweging
Botontkalking = osteoporose -> verandering van botstructuur.
- Gevolg van te weinig botgroei, te hoge afbraak en te weinig aanmaakt
- Waarschijnlijk relatie met hormonen
- Kan leiden tot wervelfractuur, asymptomatisch vs. Symptomatisch
- Behandeling met name pijnstilling en beweging om botgroei te stimuleren. Soms
operatief.
Ademhaling
Beweging mogelijk door:
- art. sternocostalis
- art. costovertebralis
Beweging gemaakt door:
- diafragma (middenrif) -> grotendeels
- tussenribspieren -> geforceerde ademhaling voor extra ademhaling
- evt hulpademhalingsspieren: nekspieren, buikspieren
Inspiratie = vergroten thorax door contractie, meer volume heeft onderdruk -> inademing.
Expiratie = gedeelte van spieren ontspant, thorax ‘veert’ terug, overdruk -> uitademing
Bovenste opening
- apertura thoracicis superior
- bevat oa trachea en oesophagus
Onderste opening
- apertura thoracicis inferior
- bevat oa aorta en vena cava
Tussen ribben
- spatium intercostale -> spieren rondom ribben,
onder de ribben vaten en zenuwen
- bevat spieren, zenuwen en vaten
,Spieren
- musculus intercostalis externus -> maakt soort V-vorm en is buitenste laag. Begint
aan onderkant rib, maar hechten aan bovenrand daaronder. Trekt het omhoog en
dus bij inspiratie
- musculus intercostalis internus -> maakt A-vorm, onder de externus.
Tegenovergestelde van externus. Begint aan bovenrand rib en hecht aan onderrand
daarboven en dus rol bij expiratie.
- musculus intercostalis transversus
Ontspringen van rib 2-6
Hechten aan sternum
Ook rol in experiratie
Vaten en zenuwen
M. intercostalis intimus:
- ontspringen van rib 2-6, hechten aan sternum en rol in expiratie
Intercostale vaatzenuwstreng -> loopt onder betreffende rib
- a. en v. intercostalis anterior -> ontspringen uit a. thoracia interna
- a. en v. intercostalis posterior -> ontspringen uit aorta en v. azygos, voegen samken
met anterior (anastomose)
Punctie van longweefsel of -vocht altijd boven rib ivm evt letsel.
n. intercostalis = zenuw -> ontspringt uit ruggenmerg. Voorziet oa intercostale spieren en
huid.
Thorcale zenuwen blijven op zelfde niveau, vormen zo verschillende dermatomen.
Dermatomen:
- huid geinnerveerd door 1 segmentale zenuw
- in bijv arm en been vervlechten zich zenuwen
- thoracaal niet en dus mooie plakjes
Hernia komt vaker voor laag in rug, indien thoracaal dus specifieke uitval.
Structuur en functie
- thorax maakt met beenderen een beschermende omgeving voor de organen
- De benige structuren vormen herkenningspunten
- Door middel van gewrichten is echter beweging van de thorax mogelijk.
Ademhaling
- De intercostale spieren en het diafragma maken bewegingen essentieel voor de
ademhaling
- Deze spieren worden gevasculariseerd en geïnnerveerd door bijbehorende
bloedvaten en zenuwen.
, HC 2
Anatomie mediastinum
Mediastinum = ruimte tussen linker en rechter pleuraholte. Reikt vanaf de apertura thoracis
superior tot het diafragma en van het sternum tot de vertebae.
Ruimte tussen: apertura thoracis superior,
diafragma en linker- en rechter pleura
Mediastinum superius
- Meest craniale compartiment
- Verbinding hals en thorax
Begrenzingen:
- Apertura thoracis superior (boven) en mediastinum inferius (onder)
- Angulus sterni (ventraal) en wervels Th4-Th5 dorsaal
Thymus -> bovenste deel zit in mediastinum superius en onderste deel in anterius
- Platte gelobte klier
- Onderdeel afweersysteem
- Productie T-cellen
- Vervangen door vetweefsel
Veneus: bloed afkomstig uit hoofd/arm, mondt uit in vv. brachiocephalica via v. cava
superior naar hart.
Arterieel: aorta ascendens maakt een kromming naar links en achteren en geeft takken af: 1
truncus brachiocephalicus rechts met aftakkingen en links directe aftakkingen: a. carotis
communis (hersenen en aangezicht) en a. subclavia (arm).
Trachea: luchtpijp als stevige buik -> ligt achter aorta
- Hoefijzervormig kraakbeen
- Bifurcatie thv angulus sterni
Oesophagus: slokdarm als transportbuis -> ligt achter trachea
- Spierlagen in diverse richtingen
- Beweglijk tbv peristaltiek
Zenuwbanen, onderscheid in:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkehasselo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.65. You're not tied to anything after your purchase.