H1 Think like an economist
Kosten- en baten analyse
Als baten van X groter zijn dat de kosten van X, dan doe je X.
• Baten > kosten (B(x) > C(x))
o Reservatieprijsàonverschillig tussen X wel of niet doen
• Soorten kosten:
o opportuniteitskostenà waarde van meest waardevolle alternatief
o verzonken kostà iets wat al betaald is, je het niet terugkrijgen, moet je negeren
wanneer je beslist op basis van kosten-baten analyse
Gemiddelde en marginale kosten en baten
Marginale kost/baatà extra kost/baat bij één extra eenheid van activiteit
Gemiddelde kost/baatà verhouding tussen kost/baat en aantal eenheden van de activiteit
H2 Vraag en Aanbod
De vraagzijde van de markt
Prijs van één goed zegt weinig
• Prijs relatief tot prijzen van andere goederen en dienstenà reële prijzen
• Vraagcurveà voor gegeven prijs, welke totale hoeveelheid willen de vragers kopen
o Kostenà prijs van product
o Batenà “tevredenheid” geleverd door product
o Q = f(P)
• Geïnverteerde vraagcurve à aan welke prijs willen vragers een gegeven hoeveelheid kopen
o P = f(Q)
• Wet van de vraagà empirische vaststelling dat als de prijs van een product daalt, de vraag
naar dat product toeneemt
o De vraag curve helt naar beneden
Determinanten van de vraag
Prijs (P)
1. Inkomen
• Normale goederenà vraag stijgt als inkomen stijgt
• Inferieure goederenà vraag daalt als inkomen stijgt
2. Prijzen van andere goederen
• Substituten
• Complementen
3. Verwachtingen
• Aankoop versnellen of uitstellen o.w.v verwachte verandering Hoeveelheid
4. Grootte van de bevolking (Q)
,De aanbodzijde van de markt
• Aanbodcurveà welke totale hoeveelheid willen verkopers aanbieden dan gegeven prijs
• Wet van het aanbodà empirische vaststellling dat verkopers grotere hoeveelheden willen
aanbieden als de prijs stijgt
o Aanbodcurve helt naar boven
o Duurder op bijeenkomende eenheden te produceren als je al veel produceert
o Plaatsgebrek
o Beperkingen van machines
Prijs (P)
Determinanten van het aanbod
1. Technologie
• Hangt nauw samen met productiekosten
2. Factorprijzen
• Prijzen arbeid, kapitaal en land
Marktevenwicht
Prijs en hoeveelheid waarvoor zowel verkopers als kopers tevreden zijn
• Niemand wil meer kopen of verkopen Hoeveelheid
Prijs hoger dan evenwichtà aanbodoverschot (Q)
Prijs lager dan evenwichtà vraagoverschot
Rol van prijzen
1. Rantsoenering
• Prijzen zorgen dat bestaande voorraden van een product terechtkomen bij mensen die er de
hoogste waarde aan hechten
2. Toewijzing
• Prijzen dienen als signaal
Wenselijkheid van marktevenwicht
Pareto-efficiëntieà uitkomst waar niet mogelijk is om sommige mensen beter af te maken zonder
andere slechter af te maken
• Voorwaarden Pareto-efficiëntie
1. Alle deelnemers zijn prijsnemers
Prijs (P)
2. Geen extra kosten
3. Perfecte informatie
4. Agenten kijken niet naar anderen
5. Rationele beslissing makers
Hoeveelheid
(Q)
, H3 Speltheorie
Bouwstenen van een spel
• Spelers (n≥2) à Maken keuzes
• Regelsà wie mag wanneer waaruit kiezen
• Uitkomstenà wat krijgen spelers wanneer iedereen een keuze heeft gemaakt
• Informatieà wie weet wat wanneer? à we veronderstellen complete informatie
Sociaal dilemma
Type spel waarbij individuele prikkels conflicteren met efficiëntie
• Dominante strategieà geeft een hogere uitkomst ongeacht de strategie van de
tegenstander
Herhaalde interactie
• Tit-for-tat strategie-à eerst meewerken, daarna herhalen wat je tegenspeler de vorige keer
heeft gedaan en je laat dat weten
Nash evenwicht
Combinatie van strategieën geen enkele speler heeft prikkel om af te wijken, gegeven de strategie
van de ander
• Strategie van iedere speler is beste antwoord op strategie andere speler
Game of Chickenà “uitwijken” of “doorrijden”
• Commitmentà je rijdt hoe dan ook door, belangrijk is dat de tegenstander dat ziet
o Commitment problemen:
o Commitment devices
o Overheidscoördinatie
o Spel van zwakste linkà als iedereen een sterke dijk bouwt, bouw jij ook een sterke
dijk, maar als iedereen een zwakke dijk bouwt, bouw jij ook een zwakke dijk
Coördinatie spelà spelers moeten samenwerken om beste antwoord te krijgen
Maximin strategieà maximeer de minimale uitkomst
Alle spellen die hierboven zijn genoemd zijn simultane spelen, de spelers kiezen dus tegelijk
Sequentiële spellen
• Spelers spelen niet tegelijk
Backward inductionà eerste speler houdt rekening met latere speler
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FloorReeuwijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.