Organen = complexe operationele eenheden van 2 of meer weefseltypes die samen een specifieke
functie uitoefenen die niet door de samenstellende weefsels afzonderlijk kan worden waargemaakt
Orgaansystemen
Orgaansysteem = omvat wisselende aantallen en types van organen die zo georganiseerd zijn dat ze
samen complexe functies v/h organisme kunnen waarmaken
3. Communicatie, controle en integratie
▪ Zenuwstelsel: hersenen, ruggenmerg & zenuwen
→ Zeer snelle, kortdurende controle via zenuwimpulsen
▪ Endocrien systeem = gespecialiseerde klieren die hormonen rechtstreeks in de
bloedbaan afscheiden
→ Trage, langdurige controle door circulerend hormoon
Homeostase = relatief constante toestand die in het lichaam bewaard wordt
D.m.v. feedback loops (zelfregulatie)
1.3 Cellulaire diversiteit
1ste microscopen droegen bij tot de ontdekking v/d cel
▪ Robert Hook (1635-1703)
▪ Antonie Van LeeuwenHoek (1632-1723)
! Celtheorie (1839)
1. Alle organismen zijn opgebouwd uit cellen
2. De cel is de structurele basisbouwsteen van alle organismen
3. Alle cellen vinden hun oorsprong in reeds bestaande cellen
Kenmerken v/d cel
1. Identiteit: afgesloten v/d omgeving
2. Biochemie: zelfde bouwstenen & macromoleculen complexen
3. Groei & metabolisme: verdelen verdubbeld genetisch materiaal naar dochtercellen
4. Respons: cel is in staat om te reageren op externe stimuli
5. Informatiestroom: DNA codeert voor functionele instrumenten = de proteïnen
Types van cellen
Cellen zijn heel divers van vorm & functie!
1. Prokaryoten
2. Eukaryoten
Prokaryoten Eukaryoten
Grootte 1-5 𝜇𝑚 10-100 𝜇𝑚
Organellen Geen Verschillende
DNA Circulair, in cytoplasma Lineair, in kern
Cytoskelet Primitief Complex
Organisatie Meestal unicellulair Uni- of multicellulair
2
, 1.4 Eukaryote celstructuur
! Eukaryote cel is gecompartimentaliseerd
Organellen zijn ingedeeld in 4 functionele domeinen
1. Structuur
2. Informatie
3. Materiaal
4. Energie
Eukaryote cellen verschillen slechts in enkele organellen
Plantencellen hebben chloroplasten → FS!
Planten hebben ook nog celwand: heel rigide
→ Minder flexibiliteit
Plant in vorm houden → essentieel voor de plant
Plantencellen staan via kleine kanalen met elkaar in verbinding
Plasmamembraan
1ste barrière = celmembraan, viskeuze zee met ‘vlotten’
Dubbele lipiden laag → waterafstotend (binnenkant & buitenkant vochtig)
→ Creëert identiteit
→ Cel kan reguleren MAAR nood aan kanalen
Cel versuikerd langs buiten → herkennen
Celkern
Celkern = informatiecentrum
DNA zeer minutieus opgewonden MAAR nog steeds afleesbaar
Bedoeling cel reproduceren → DNA verdubbelen
DNA wordt selectief afgeschreven door ribosomen
Proteïnen gesorteerd door Golgi-apparaat
Eukaryote cel heeft compratimenten → proteïnen geraken niet direct in cytoplasma
2 soorten transport
1. Post-translationeel: transport NA translatie
2. Co-translationeel: transport TIJDENS translatie
→ Endomembraansysteem: zowel opname als afgaven, maken gebruik van vesikels
! Locatie bepaald door signaalsequentie
3
, Endomembraansysteem
! Belangrijkste functie: synthese & voorbereiding
proteïnen voor secretie
2. Golgi-apparaat: zorgt dat de gesynthetiseere
eiwitten naar de juiste plaats in de cel worden
getransporteerd via vesikels
3. Lysosomen (0,5 – 1 𝜇𝑚): staan in voor
cellulaire vertering
→ Heel zuur compartiment (pH 4-5)
Lysosomen
Degraderen opgenomen EN cel-eigen materiaal (= fagocytose EN autofagocytose)
Mitochondriën & chloroplasten
De mitochondriën & chloroplasten voorzien de cel van energie (ATP)
Planten: veel complexere moleculen bij start → kunnen energie capteren (licht)
Vrij complexe structuren → denken dat organellen afstammen van bacteriën = endosymbiont
theorie
Zorgt voor verklaring complexiteit v/d eukaryote cel
! Endosymbiont theorie:
Mitochondriën & chloroplasten vinden hun oorsprong in types oerbacteriën die in nauw
symbioseverband leefden met een primitieve voorloper v/d eukaryote cel
Zowel mitochondriën als chloroplasten bevatten eigen DNA!
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannahgastmans1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.21. You're not tied to anything after your purchase.