Summary
Samenvatting Kennistoets 5 Kwaliteit van Zorg (inclusief AFPF)
- Course
- Institution
Volledige uitwerking van alle leerdoelen van blok 2B Kennistoets 5 Kwaliteit van zorg (inclusief AFPF)
[Show more]
19 reviews
By: shamiebhawan • 1 year ago
By: fennadevette • 1 year ago
By: nicolevanginkel • 1 year ago
By: ouassilazarioh • 1 year ago
By: BenBüttner • 1 year ago
By: hajarelhaddadi75 • 2 year ago
By: marleyroos • 2 year ago
Seller
Follow
sophykevankouterik
Reviews received
Content preview
Kennistoets 5 ‘Kwaliteit van zorg’Casus 1: ‘Anne’
CGO
- De student kan uitleggen wat het SAFE-model inhoudt en hoe deze werkwijze gerelateerd
is aan het methodisch verpleegkundig handelen.
SAFE-model: rapportage-model → methodiek.
het objectief weergeven van gedragingen, vaststellen van verpleegkundige diagnosen en acties.
S Situatie
A Actie
F Follow-up
E Evaluatie
Biologische predispositie: verhoogd risico op het krijgen van (genetische) aandoeningen.
Een trigger activeert een bepaald soort gedrag.
- De student kan op basis van het SAFE-model behandel en herstel perspectieven vaststellen
voor een cliënt in de GGZ.
Predispositie Triggers In standhoudende
factoren
Biologisch
Psychologisch Gebroken gezin – door Afwijzing, Onzekerheid,
verlating door controleverlies controleverlies
belangrijk persoon
Sociaal Echtscheiding
Draagkracht Draaglast Beschermende
factoren
Biologisch
Psychologisch Groepstherapie Laag zelfvertrouwen – Ziekte inzicht,
schaamte profiteert van
aangeboden
Sociaal Kan sociale contacten Eenzaamheid Blijft aansluiting
leggen zoeken
Taboes Wel beïnvloedbaar Niet beïnvloedbaar
Biologisch
Psychologisch Zelf stigma Ja
Sociaal Psychiatrische Toch wel
problematiek
- De student kan uitleggen wat veel voorkomende oorzaken en gevolgen zijn van een
borderline persoonlijkheidsstoornis.
Borderline wordt veroorzaakt door een combinatie van biologische, psychische en sociale factoren.
Biologische factoren: aanleg (impulsief gedrag, heftige emoties en stemmingswisselingen in de
verwerking van prikkels in de hersenen).
Psychische en sociale factoren: ingrijpende ervaringen en gevoelens van onveiligheid in de kindertijd.
Gevolgen: geldverspilling, alcohol- en drugsmisbruik, instabiele (seksuele) contacten of eetbuien
- De student kan belangrijke aandachtspunten formuleren voor de zorgverlening aan
mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis.
,1. Actief zijn: vertrouwen geven dat je betrokken en geïnteresseerd blijft
2. Verantwoordelijkheid tonen en de patiënt motiveren om verantwoordelijkheid te nemen voor het
eigen gedrag
3. Tegelijk authentiek zijn als wel professioneel blijven: jezelf zijn in het contact maar tevens weten
waar professionele grenzen liggen en deze respecteren en bewaken
4. Steunen en perspectief bieden: borderline patiënten kunnen verbetering verwachten wanneer zij
een actieve rol gaan aannemen. Daarbij kunnen ze rekenen op steun van de hulpverlener.
5. Bedachtzaam zijn; verdraag de hevige emoties van de patiënt en blijf reflecteren op zijn gevoelens
door een houding van “niet weten” aan te nemen.
6. Flexibel, pragmatisch en eclectisch handelen: reageren op wat de patiënt oproept en nodig heeft.
- De student heeft kennis van de inhoud en werkwijze van de zorgvorm Intensive Home
Treatment.
Intense home treatment (IHT) wordt ingezet als er een crisissituatie dreigt en reguliere zorg
onvoldoende is. ‘Beter worden doet men thuis’ is de insteek. Het team is 24/7 beschikbaar en
bereikbaar. Het doel hiervan is het voorkomen van een opname.
Mocht dit toch gebeuren dan wordt er alles aan gedaan om deze opname zo kort mogelijk te
houden.
Een IHT-team bestaat uit: psychiater, psycholoog, arts-assistent, verpleegkundigen,
sociaalpsychiatrisch verpleegkundigen en verpleegkundig specialist.
,COVA
- De student kan benoemen wat onder agressie verstaan wordt;
Het toebrengen van schade aan materiaal of aan een persoon door het overschrijven van grenzen,
normen of regels van een ander, zich uitend in verbale agressie, bedreiging, fysieke agressie of
agressie naar objecten.
- De student kan verschillende definities van agressie benoemen;
Soorten agressie
• Frustratie agressie
Ontstaat wanneer mensen gefrustreerd raken omdat zij worden verhinderd bij het behalen
van hun doel of het bevredigen van een behoefte. Het gaat dan niet zoals iemand het
verwacht heeft of had gewenst hoe het zou gaan. Wanneer de frustratie groter is neemt de
kans op een agressieve reactie toe. Andere vormen van frustratieagressie is passief verzet.
• Doelgerichte/instrumentele agressie: mensen gebruiken weloverwogen agressie om hun zin
te krijgen. Het is een dwingende manier om een bepaald doel te bereiken.
Agressie en/of emoties worden gebruikt om de druk te vergroten en dreiging te versterken
• Willekeurige agressie: ontstaat door een andere staat van bewustzijn, bijvoorbeeld als gevolg
van het langdurig alcohol- of drugsgebruik en bij mensen met een psychische stoornis of een
bepaald ziektebeeld (bv. dementerenden).
Agressie wordt ingezet als een middel, tegen jou als persoon om bij jou een bepaald doel te
bereiken.
- De student kan factoren benoemen die meespelen bij stress.
De oorzaak van stress is dat je draagkracht (dat wat je aankunt) niet in balans is met je draaglast (dat
wat er van je wordt gevraagd).
Eigenschappen die je kwetsbaarder maken voor stress zijn:
• Perfectionisme
• Ambitie
• Prestatiegerichtheid
• Competitie
• Haast
• Niet 'niets' kunnen doen
• Vaak twee dingen tegelijk doen
• Veel van jezelf eisen en 'moeten'
• Groot verantwoordelijkheidsgevoel
• Grote betrokkenheid bij gezin of werk
• Streven naar waardering van anderen
• Moeilijk steun kunnen vragen
• Gevoelens slecht kunnen uiten
• Gevoel hebben weinig invloed te kunnen uitoefenen op je omgeving en je eigen leven
• Pessimisme en een weinig positieve kijk op je eigen prestaties
, VTV
- De student kan 'het toedienen van intraveneuze medicatie d.m.v. een perfusorpomp' op
correcte wijze uitvoeren.
Intraveneuze medicatie altijd langzaam toedienen.
Halve liter per 24 uur is stand 21 (21 mL per uur).
Druppelend inbrengen.
Door infuusoplossingen op kamertemperatuur te brengen zullen er minder luchtbellen in de
oplossing aanwezig zijn. Niet direct op de infuuszakken markeren (inkt kan door plastic lekken).
Regel van 5:
1. Juiste medicijn
2. Juiste patiënt
3. Juiste tijdstip
4. Juiste toedieningsvorm
5. Juiste dosis
AFPF
- De student kan uitleggen wat het doel is van preoperatief onderzoek en waaruit dit
bestaat
• Laparoscopisch onderzoek: minder complicaties, minder grote kans op infecties.
• Robot geassisteerd onderzoek: nauwkeuriger.
Preoperatief onderzoek: vaak gedaan door anesthesioloog of verpleegkundig specialist.
Het doel hiervan is het zo optimaal en veilig mogelijk laten verlopen van de anesthesie bij de
voorgenomen ingreep en er wordt een risico-inschatting gemaakt. Dit onderzoek wordt verricht om
de conditie van de patiënt en het anesthesieriscio vast te stellen en bestaat uit een anamnese,
lichamelijk onderzoek en eventueel aanvullend onderzoek.
1. Anamnese
2. Lichamelijk onderzoek
3. Aanvullend (laboratorium) onderzoek (ECG, stolling, kruisbloed, x-thorax).
4. Preoperatieve voorlichting en instructies (roken, alcohol, sieraden, nuchtere maag en
schoon).
6 weken voor de operatie niet meer roken (in verband met medicatie voor narcose).
- De student kan de aandachtspunten van de anamnese bij het preoperatieve onderzoek
benoemen
Bij de anamnese wordt gevraagd naar reeds bestaande ziekten en aangeboren aandoeningen en
afwijkingen.
Hierbij wordt voornamelijk aandacht besteed aan hart- en vaatstelsel, longen, luchtwegen en
stollingsproblemen.
Ook wordt er gevraagd naar drank-/middelen-/medicijngebruik, inspanningstolerantie, allergieën en
reactie op eerdere anesthesie. Heldere vloeistoffen mag je tot 2 uur van tevoren nog drinken, vanaf
6 uur van tevoren mag je niet meer eten en 6-8 weken moet men stoppen met roken (dit verbetert
de slijmproductie en vermindert het hoesten).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophykevankouterik. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.26. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
75323 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now