Hoofstuk 4 Erfelijkheid
Basisstof 1 Genotype en fenotype
· genotype = de informatie voor de erfelijke eigenschappen van een
organisme.
- deze informatie ligt in de chromosomen in de kern van elke
lichaamscel
- het genotype van een organisme ligt vast op het moment van
bevruchting
- je genotype kan nooit meer veranderen
· fenotype = het uiterlijk (de zichtbare eigenschappen) van een
organisme.
9 genotype + invloeden uit het milieu = fenotype
· gen = een deel van een chromosoom dat de informatie bevat voor
één erfelijke eigenschap.
- een chromosoom bevat vele genen
- chromosomen worden zichtbaar als cel gaat delen
- lichaamscellen: genen in paren
- geslachtscellen: genen enkelvoudig
Basisstof 2 Geslachtschromosomen
lichaamscel van mensen: 46 chromosomen = 23 paar
- 22 paar gewone chromosomen + 1 paar geslachtschromosomen
geslachtscel van mensen: 23 chromosomen = geen paren
- de geslachtschromosomen bepalen of iemand een man of een vrouw
is
- ook beïnvloeden ze de gehaltes aan mannelijke en vrouwelijke
geslachtshormonen in het bloed
man = XY
- zaadcel bevat of 1 X of 1 Y-chromosoom
- man bepaalt dus het geslacht van het kind met de bevruchting
-
vrouw = XX
- eicel bevat altijd 1 X-chromosoom
, Basisstof 3 Tweeling
eeneiige tweeling twee-eeiige tweeling
altijd hetzelfde geslacht geslacht kan verschillen
1 eicel + 1 zaadcel 9 na eerste 2 eicellen + 2 zaadcellen betrokken
delingen splitst het klompje cellen
ontstaat door splitsing vanuit twee eicellen zijn bevrucht
dezelfde bevruchte eicel
Basisstof 4 Chromosomen en genen
cel > celkern > chromosoom > DNA > genen
- ee stof DNA bevat de informatie voor erfelijke eigenschappen
· reductiedeling: deling waardoor geslachtscellen ontstaan
· gewone celdeling (mitosen): celdeling waarbij de bevruchte eicel
uitgroeit tot een nieuw organisme
- bij gewone celdeling zijn de chromosomen in een dochtercel gelijk
aan de chromosomen in de moedercel
- het genotype van de cellen niet
- bij een normale ontwikkeling blijft het genotype van een persoon
dan ook onveranderd vanaf de bevruchting
gen = deel van een chromosoom met de info voor 1 erfelijke eigenschap
een chromosoom bevat meerdere genen
genen kunnen aan of uit staan in een cel
genen en chromosomen zijn opgebouwd uit de stof DNA
bevruchting
= samensmelten van de kern van de zaadcel en eicel
= moment van bepalen genotype kind
= 23 chromosomen (man) + 23 chromosomen (vrouw) = 46
chromosomen in bevruchte eicel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lvansteen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.