Fokkerij tentamenstof
Een aantal dingen die je moet weten:
Geschatte fokwaarde
Nauwkeurigheid en betrouwbaarheid (van je geschatte fokwaarde)
Inteeltcoëefficient
Als ze in een vraag aangeven dat je een fokwaarde moet schatten zoals
bijvoorbeeld onderstaande vraag vanuit het oefententamen:
Wat is de geschatte fokwaarde van Haan 1 op basis van de 100 nakomelingen?
Bereken ook de nauwkeurigheid van deze schatting.
Is het belangrijk na te gaan, wat vragen ze? In dit geval willen ze dus dat je de
geschatte fokwaarde gaat berekenen en daarna de nauwkeurigheid en
betrouwbaarheid.
Op je formularium staat de formule van de geschatte fokwaarde maar voor het
idee zetten we hem hier ook nog even in.
Oke, we weten wat ons te doen staat, welke dingen moeten we weten om te
kunnen rekenen?
N= het aantal dieren waarmee wordt gerekend waarvan je informatie hebt, dus
hoeveel nakomelingen of hoeveel halfsibs
H2= erfelijkheidsgraad, dit wordt altijd netjes vermeldt. Als ze zeggen de
erfelijkheidsgraad = 0,20 bijvoorbeeld is dus H 2= 0,20, met het kwadraat dat
boven de H staat hoef je even niks te doen. Dit is puur voor de formulering.
C2= dit wordt ook altijd gegeven in de opgave, het betekent hoeveel invloed het
milieu heeft.
P dakje= het populatie gemiddelde
P= de persoonlijke prestatie, dus wat voor prestatie leveren de dieren of het dier
in deze specifieke opdracht
R1= wat is de “afstand” tussen de informatie bron (vader, moeder/
nakomelingen/ halfsibs) en het dier waarvan jij de fokwaarde wilt weten. Wat ik
dus vertelde als het over vader tot dochter gaat, of van dochter tot vader is het
0,5. Want als nakomeling krijg je altijd de helft van je vader en de helft van je
moeder. In het geval van halfsibs is dit 0,25 omdat die halfsibs de helft van dus
de gemeenschappelijke ouder krijgt en nog een helft van de vreemde ouder.
Daardoor wordt de kans dat jullie precies hetzelfde zijn nog een keer gehalveerd.
R2= wat is de afstand tussen de informatie bronnen waarvan jij gebruikt maakt.
Dus in dit geval allemaal nakomelingen, wat hebben al die nakomelingen met
elkaar gemeen?= 0,25 in het geval van halfsibs is dit ook 0,25
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller alicejmnijsse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.