Samenvatting/begrippenlijst Biologie voor jou. Thema 4: Evolutie (4 HAVO: EXAMENSTOF). De samenvatting bevat alle begrippen uit dit thema inclusief duidelijke plaatjes voor een betere uitleg en voorbeelden bij de begrippen. Roze woorden: terugkomende begrippen Oranje woorden: voorbeelden
Domeinen: De levende natuur
wordt ingedeeld in drie domeinen:
bacterie, archaea en eukaryoten.
Organische stoffen: Meestal
afkomstig van organismen.
Relatief grote, ingewikkeld
gebouwde moleculen, bestaande
uit één of meer atomen
→ bijvoorbeeld glucose.
Anorganische stoffen: Komen zowel in de levenloze natuur als in organismen voor.
Bestaan uit kleine, eenvoudig gebouwde moleculen.
→ Bijvoorbeeld water, keukenzout, zuurstof.
Autotroof: (Zelfvoedend) organismen nemen alleen anorganische stoffen op. Ze kunnen
organische stoffen maken uit alleen anorganische stoffen. Organismen met chlorofyl
(bladgroen) zijn autotroof.
Cyanobacteriën: Soort bacterie en bevat chlorofyl en is dus autotroof.
Heterotroof: Een ander nodig hebben voor voedsel. Niet in staat om organische stoffen te
maken uit alleen anorganische stoffen als grondstof. Organische stoffen (van andere
organismen) opnemen als voedsel.
→ Bijvoorbeeld schimmels, dieren, meeste soorten archaea en bacteriën.
Prokaryoten: Eencellig organismen met een ribosomen maar zonder celkern of
andere organellen → Bijvoorbeeld bacteriën en archaea.
, Eukaryoten: Organismen met cellen met een celkern, dubbele membranen en
celorganellen. Complexer gebouwd dan die van prokaryoten.
Binaire naamgeving: De geslachtsnaam wordt voorop gezet en met een hoofdletter
geschreven; de soortaanduiding komt daarachter en wordt met een kleine letter
geschreven.
→ Bellis perennis: Bellis= geslachtsnaam, perennis= soortaanduiding.
Par 2 Prokaryoten
Bacteriën: Eencellig zonder celkern of interne membranen. Ongeveer even klein als
archaea. Erfelijk materiaal bestaat uit één kringvormig (circulair) chromosoom.
Plasmiden: Kleine circulaire chromosomen. Op de plasmiden bevinden zich genen die
resistentie (ongevoeligheid) kunnen veroorzaken tegen bepaalde gifstoffen.
Genetische modificatie: De mens verandert het DNA van een organisme, bijvoorbeeld
door een gen van een ander organisme in te brengen met behulp van enzymen.
Virus: Bacteriën kunnen geïnfecteerd raken door een virus. Een virus is GEEN organisme
en wordt niet gezien als levend. Organismen bestaan uit cellen, virussen niet. Virussen
hebben geen cytoplasma of kernplasma. Virussen zijn dus geen prokaryoten en ook geen
eukaryoten.
Bacteriofagen: Virussoorten die bacteriën als gastheer gebruiken.
Par 3 Eukaryoten
Schimmels: Geen chlorofyl, heterotroof en belangrijk voor de afbraak van organische
stoffen in de natuur.
Gisten: Eencellige schimmels. Celwanden van gisten en de meeste schimmels bevatten
chitine.
Schimmeldraden: (Hyfen) waar meercellige schimmels uit
opgebouwd zijn.
Sporen: Manier van voortplanten door meercellige
schimmels.
Paddenstoelen: Speciaal voortplantingsorgaan in
schimmels, waar sporen ontstaan.
Sporenplanten: Wieren, mossen, paardenstaarten en
varens.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MarissaHeijnen12. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.71. You're not tied to anything after your purchase.