Drie dimensies
04-03-2020 werkgroep 6
Voorbespreking
Elk beeld en elke wereld geeft meerdere vormen van dieptezicht.
Zelfstudie
1. Welke informatie in de omgeving gebruiken we om diepte waar te nemen?
2. Hoe zien we diepte met een oog?
3. Hoe gebruiken we onze beide ogen om diepte waar te nemen?
4. Wat doet ons brein om diepte cues waar te nemen?
5. Wat zijn illusies gerelateerd aan diepte cues?
Nabespreking
Welke informatie in de omgeving gebruiken we om diepte waar te nemen?
Onze perceptie van objecten en gebeurtenissen als een geheel is gebaseerd op het vlakke
tweedimensionale beeld op ons netvlies:
cue benadering op diepteperceptie (cue approach to depth perception) → legt uit hoe
we een vlak beeld krijgen op ons netvlies en deze omzetten in een driedimensionale
perceptie van de scène
o focust op identificeren van informatie van het beeld op het netvlies dat een
correlatie heeft met de diepte van de scène
Er zijn dan dus ook verschillende cues die wij gebruiken:
nervus oculomotorius cues (oculomotor cues): cues gebaseerd op ons vermogen om
de positie van onze ogen en de spanning in onze oogspieren te voelen
o gecreëerd door convergentie en divergentie
convergentie → objecten van dichtbij
gevoel van naar binnen kijken
divergentie → objecten van veraf
gevoel van naar buiten kijken
monoculaire cue (monocular cues): cues die werken met een oog
o gaat over accommodatie, geïllustreerde cues en motie-geproduceerde cues
geïllustreerde cues (pictorial cues): bronnen van diepte-informatie die kunnen worden
afgebeeld in een tweedimensionaal beeld
o deze cues zijn stilstaand, dus strakgespannen
o anamorfose → dat je een beeld van een kunstenaar kan zien vanaf een
gezichtspunt of perspectief
vooral grondschilderingen
motie-geproduceerde cues (motion-produced cues): cues die beginnen wanneer we
gaan bewegen
o verbeteren onze perceptie van diepte
Motion paralex → als je met twee ogen kijken, krijg je beelden van twee kanten, en als je een
oog dicht doet, kun je met je oog of hoofd bewegen om toch diepte te zien.
, Hoe zien we diepte met een oog?
Binoculaire diepte-informatie (binocular depth information): cue die afhangt van beide ogen
stereoscopische visie (stereoscopic vision): vermogen om
binoculaire ongelijkheid te gebruiken als een cue van diepte
binoculaire ongelijkheid (binocular disparity) → verschillen tussen
twee beelden op het netvlies van dezelfde scène
stereopsis genoemd
impressie van diepte dat resulteert uit informatie
die wordt gegeven door binoculaire ongelijkheid
verschillen in beelden van de linker- en
rechterretina
voegen toe aan de basis van stereoscopische visie
o verschil met monoculaire visie → wanneer je een film kijkt in 2D, krijgen beide
ogen hetzelfde beeld, dus diepte wordt geïndiceerd door monoculaire
geïllustreerde diepte cues
o bij het kijken van een 3D film, krijgen beide ogen een verschillend beeld
stereoscopische diepteperceptie ontstaat
Corresponderende netvliespunten (corresponding retina points):
punten op het netvlies die overlappen, als de ogen overlappen met
elkaar
horopter → ingebeelde cirkel die door punten van focus gaat
oppervlak van nul ongelijkheden
o vb beelden van een meisje vallen op de gele vlek
(corresponderende punten) en pijlen indiceren dat de beelden van de boom
zijn geplaatst op dezelfde afstand van de gele vlek in de twee ogen
(corresponderende punten)
de blauwe lijn is de horopter
beelden erop vallen op de corresponderende punten
als we de ogen dan op elkaar zouden kunnen leggen, zouden
de beelden overlappen
o alle beelden die op de horopter liggen, zorgen
ervoor dat je niet twee verschillende beelden
ziet op je eigen ogen, maar juist een verenigd
beeld van beide beelden
Niet-corresponderende punten (noncorresponding points):
beelden van objecten die niet op de horopter vallen, vallen op
niet-corresponderende punten
absolute ongelijkheid (absolute disparity) → graad
waarnaar deze objecten verschillen van het vallen op de corresponderende punten
o bepaald door het meten van de hoek tussen waar het corresponderende punt
gelegen zou moeten hebben en waar het werkelijk ligt
o hoek van ongelijkheid (angle of disparity): hoeveelheid absolute ongelijkheid
geeft informatie over de object zijn afstand tot de horopter
hoe dichter je visie bij de horopter, des de kleiner de hoek van
ongelijkheid
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pleunreijnders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.