Hoorcollege 1a inleiding en typen diagnostiek 04-02-2020
- Diagnostiek is één van de kerntaken van de orthopedagoog
- Vormt vaak de basis voor behandeling/ begeleiding/ ondersteuning
- Nu: theoretische kennis omtrent diagnostiek, herkennen en beoordelen van stappen in het
diagnostisch proces
- Master: onder begeleiding en later zelfstandig het diagnostisch proces doorlopen d.m.v. 3
casussen.
Thema’s:
- Wetenschappelijke fundering van het diagnostisch redeneer- en onderzoeksproces
- Specifieke kenmerken van (ortho)pedagogische en handelingsgerichte diagnostiek
- Diagnostiek in het forensisch werkveld
- Onderzoeksdomeinen en specifieke doelgroepen
Dit vak gaat niet over kinderen en hun problemen. Eerst methodische en inhoudelijke kennis opdoen
om straks beslissingen te maken over échte mensen en échte levens.
Casus Miran:
- Start: Miran is ruim 6 jaar oud en moeder vraagt advies bij het opvoedspreekuur van het CJG
- Vervolg: Miran is 9 jaar oud en zowel ouders als leerkracht hebben vragen over zijn
ontwikkeling. er vinden opnieuw gesprekken plaats bij het CJG
- Nu: verder onderzoek lijkt nodig om de vragen te beantwoorden. We volgen de GZ-
psycholoog die dit uitvoert.
- 6 Verplichte opdrachten:
o Elke dinsdag komt de opdracht en documenten op Canvas
o Elke vrijdag een toelichting op de opdracht en oefenen in de hoorcolleges.
o Elke dinsdagochtend voor 9 uur de opdracht inleveren via Canvas
o Feedback op de opdracht in het college van dinsdag (opdracht 1, 3, 5) of in de
werkgroep (opdracht 2, 4, 6)
Leerdoelen college 1a
- Kennis en begrip van
o Basisbegrippen
o Doelstellingen en functies van diagnostiek
o Typen diagnostische vragen en typen diagnostiek
Diagnostiek:
- Wat is diagnostiek?
o Dia = uit elkaar halen
o Gignoskein = begrijpen, te weten komen
o Diagnostiek = het kunnen onderscheiden van beelden
- Het vaststellen van bijvoorbeeld een ziekte op grond van verschijnselen.
1
,Diagnostiek
Psychodiagnostiek:
- Er zijn veel individuele verschillen tussen mensen, wat is normaal en vanaf wanneer is dit
extreem te noemen. Hoe kun je dat betrouwbaar bepalen? Om dit te kunnen moet je een
proces door. Uiteindelijk doe je uitspraken en trek je een conclusie en wil je tot een aanpak
komen om iemand verder te helpen.
Let op!
- Psychodiagnostiek legt de nadruk op het individu! Wordt binnen de orthopedagogiek niet
vaak gebruikt omdat we als orthopedagogen naar de persoon in relatie tot zijn of haar
omgeving kijken.
- Diagnostiek als classificatie of als uitspraak → binnen de orthopedagogiek is het begrip
breder dan dat.
- Diagnostiek als zijnde een diagnostisch onderzoek en/of als hulpverlening waar ook de
behandeling bij hoort. → onderscheid is niet zwart wit.
- (psycho)diagnostiek als de praktijk en/of de leer → het theoretische model van de
diagnostiek, wat zit erachter en wat zijn de denkstappen die gemaakt worden.
Componenten van diagnostiek
- Ter laak (2001) diagnostiek heeft iets van een kameleon; er zitten veel kanten aan!
Componenten van diagnostiek als leer:
1. Testleer
2. Theorieën en concepten
3. Meetinstrumenten
4. Diagnostisch proces
1. Testleer
o Ook wel psychometrie genoemd, de leer van het meten.
▪ Omvat statistische en methodologische kennis over keuze van instrumenten
en interpretatie van scores.
o Centrale begrippen:
▪ Betrouwbaarheid
▪ Validiteit
▪ Normering
o Pas als we iets weten over de verdeling van kenmerken in een populatie en hoe we
die kunnen vaststellen bij één persoon kunnen we aangeven of de score van die
persoon afwijkend of problematisch is. → wat is normaal/abnormaal?!
o Toetsingscriteria en aannemen/verwerpen van hypothesen
2. Theorieën en concepten
2
,Diagnostiek
o
Omvat theorieën over individuele verschillen tussen personen en omgevingen en
over de ontwikkeling van personen → theoretische kennis over wat normaal is.
Vormen een belangrijke basis voor je besluitvorming en handelen als diagnosticus.
o Centrale begrippen: (kennis van de inhoudelijke vakken)
▪ Eigenschappen
▪ Kenmerken
▪ Gedragingen
▪ Belevingen
▪ Ontwikkeling
▪ Individu
▪ Omgeving
o Geven ons een kader om te kijken naar een persoon en diens omgeving en een basis
voor het ontwikkelen van meetinstrumenten
o Hypothesevorming en conclusie → elementen van het diagnostisch proces waarbij je
de kennis van theorieën en concepten nodig hebt.
3. Meetinstrumenten
o Omvat alle methoden om iets te weten te komen over een persoon en/of diens
omgeving
▪ Observatietechnieken, vragenlijsten, interviews, testen
o Centrale begrippen:
▪ Items
▪ Vragen
▪ Opdrachten
▪ Observatiecategorieën
▪ Schaalconstructie
o Middelen om kenmerken of gedragingen van een persoon weer te geven in een getal
en te kunnen interpreteren, zodat we een diagnose kunnen stellen
o Operationalisatie → hoe gaan we het onderzoek uitvoeren.
4. Diagnostisch proces (meest brede element)
o Omvat alle fasen die worden doorlopen in een diagnostisch proces.
o Er zijn normatieve modellen of procedures die voorschrijven welke stappen hierbij in
welke volgorde moeten worden genomen!
▪ Van aanmelding tot advies (soms wordt het ook gezien als een proces die
doorloopt tijdens de behandeling, niet in dit vak)
o Centrale begrippen:
▪ Regulatieve cyclus
▪ Empirische cyclus
▪ NVO richtlijnen
o Je doet als diagnosticus niet zomaar iets, je volgt een vaststaande procedure, die
navolgbaar is voor cliënten en collega’s.
Het diagnostisch proces kan gezien worden als een paraplu waar de andere elementen onder vallen.
Om het diagnostisch proces te kunnen uitvoeren moet je kennis hebben van de theorie,
psychometrie en meetinstrumenten.
dit gebruik je om onderzoek te doen en
het kind verder te kunnen helpen.
Kwaliteitsbewaking →
3
, Diagnostiek
Verschillende typen vragen in de praktijk
1. Wat is er aan de hand met het kind? Waaruit bestaat het probleem? onderkennende
diagnostiek
2. Waarom zijn deze problemen met dit kind er nu? Hoe komt het nu? Wat zijn de oorzaken van
de problematische situatie? Verklarende diagnostiek
3. Wat is de meest geschikte behandeling of plaatsing gezien het kind en zijn situatie?
Indicerende diagnostiek (enge zin)
4. Wat kan er gedaan worden om de problemen te verminderen of te doen verdwijnen?
(be)handelingsgerichte diagnostiek
5. Heeft de geadviseerde behandeling het verwachte en gewenste effect opgeleverd? Zijn de
problemen verminderd of verdwenen? Evaluatieve diagnostiek
➢ Waaruit bestaat het antwoord op deze vragen? Wat is bij deze vragen het doel van de
diagnostiek?
- Het type antwoord dat je zoekt bepaalt het doel van de diagnostiek en tevens het type
diagnostiek
- Het antwoord zelf vormt de diagnose: een bepaald type uitspraak waarin de diagnostiek
uitmondt
Onderkennende diagnostiek
- Beschrijvende of karakteriserende diagnostiek. kan leiden tot de volgende elementen:
A. Objectieve beschrijving van het probleem
▪ Wat is de aard en ernst van het eetprobleem van Ceren? (het duiden van
problematiek)
B. Classificatie
▪ Is er bij Tijs sprake van een gegeneraliseerde angststoornis?
C. Niveaubepaling
▪ Wat is het vaardigheidsniveau van Efe op het gebied van rekenen? Is er bij
Hanna sprake van een achterstand op het gebied van spelling?
Classificeren lijkt op verklarende diagnostiek, maar dat is het niet! → onderkennende diagnostiek.
- Je kijkt of bij een kind een bepaalde groep gedragingen/ symptomen aanwezig is en geeft
daar een naam aan (piet is heel druk, hij heeft ADHD. ADHD is een nieuwe naam)
- Je gebruikt een nieuwe naam om gedrag van een kind te beschrijven, maar je weet nog niets/
niet veel over de oorzaak en aanpak van de problemen.
Voorbeeld:
- Impulsief gedrag vertonen is een kenmerk van ADHD
- De stoornis ADHD vormt dus niet een verklaring voor het impulsieve gedrag, dan zouden we
immers zeggen → het impulsieve gedrag van Helen wordt verklaard door impulsief gedrag.
- We kunnen slechts stellen dat het impulsieve gedrag dermate ernstig is dat we het ADHD
kunnen noemen
- Vervolgens kunnen we in de literatuur zoeken wat mogelijke oorzaken en aanpakken zijn
voor ADHD. → is en eerste stap binnen de diagnostiek zodat je vervolgens kunt zoeken naar
verklaringen en een mogelijke aanpak!
Waarom classificeren?
- Toegang tot literatuur
- Toegang tot financiering
- Toegang tot behandelingen
- Voorwaarde voor plaatsing
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller veraolieslagers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.29. You're not tied to anything after your purchase.