In dit document is alle nodige informatie te vinden om een voldoende te halen voor je eerste theorietoets op het HBO! Duidelijk en makkelijk te leren met plaatjes en vaak zowel in vakterminologie als in eenvoudige taal.
Fysiotherapie blok 1
Taak 1
Anatomische stand: Rechtopstaand met voeten licht gespreid, de armen
afhangend van het lichaam met de handpalmen naar voren gericht
Nulstand: Zelfde als anatomische stand maar armen ontspannen langs het
lichaam en handpalmen naar lichaam gedraaid (meer relaxt dan
anatomische stand)
Vlakken en Assen: FieTS SLoT
F – Frontaal vlak S – Sagittale as
T – transversaal vlak L – longitudinale as
S- Sagittaal vlak T – Transversale as
Nomenclatuur
- BSG: Het bovenste spronggewricht wordt ook wel
articulatio talocruralis genoemd en zorgt voor het
omhoog bewegen van de voet en het omlaag
bewegen. Het bovenste spronggewricht wordt
gevormd door de enkelvork (uiteinden tibia en fibula) en het sprongbeen
(talus).
Bestaat uit: Fibula, Tibia, Talus
- OSG: Het onderste spronggewricht (OSG) verbindt het sprongbeen
(Talus) en het hielbeen (Calcaneus). Het gewricht functioneert met name
als de 'zijwaartse' beweger in de achtervoet (naar binnen en buiten
kantelen), van belang voor het opvangen van oneffenheden van de grond.
Bestaat uit: Calcaneus, Talus, Naviculare
SMART: Methode voor het opstellen van doelen
S Specifiek (Staat er duidelijk wat je wilt bereiken?)
M Meetbaar (Is wat je wilt bereiken meetbaar?)
A Acceptabel (Gaat de patiënt akkoord?)
R Realistisch (Is het te realiseren?)
T Tijdsgebonden (Binnen welke tijd wil je je doel bereiken?)
KNGF: Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie
Het KNGF bevordert de kwaliteit van het vak Fysiotherapie en behartigt de
sociaaleconomische en maatschappelijke belangen, ook ontwikkelt het
KNGF richtlijnen voor behandelwijzen van patiënten.
BIG-register: Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg
Een wettelijk, online en openbaar register. Alleen wie in het BIG-register
staat, mag een beschermde beroepstitel voeren en mag de bij het beroep
horende voorbehouden handelingen zelfstandig uitvoeren. Een BIG-
registratie is alleen noodzakelijk als iemand ook echt actief werkt in het
,beroep. Iedereen kan het register raadplegen. Het BIG-register verzorgt
ook de erkenning van buitenlandse diploma’s.
De zeven competentie gebieden van fysiotherapeut volgens KNGF:
1. Communicator: Je moet goed kunnen communiceren met de
patiënten en artsen.
2. Zorgverlener: Je bent in staat zorg te kunnen verlenen aan de
patiënt.
3. Gezondheidsbevorderaar: Door geleverde zorg bevorder je de
gezondheid van de patiënt.
4. Samenwerkingspartner: Je bent in staat met meerdere disciplines
samen te werken (denk aan huisartsen, chirurgen, verpleegkundige
etc.).
5. Organisator: Je laat overzichtelijk, ordelijk, taakgerichte organisatie
zien en hebt een duidelijke werkstructuur.
6. Reflectieve Professional: je kunt kritisch zijn op jezelf maar ook
op collega’ s.
7. Innovatieve Professional: je bent actief bezig met het bevorderen
en verbeteren van je beroep.
FMH: Fysiotherapeutisch Methodisch Handelen
1. Aanmelding: Vaak doorverwezen vanaf
huisarts (andere optie nog niet gehad)
2. Anamnese: De gezondheidstoestand in
relatie tot de hulpvraag in kaart brengen
doormiddel van gerichte vragen stellen
aan de patiënt.
3. Onderzoeken: Er wordt gekeken wat er
precies aan de hand is.
4. Diagnose: Diagnose is een voorspelling
of schattig wat er aan de hand is.
5. Behandeldoelen en Plan: Als er een
indicatie is voor een behandeling wordt er
een behandelplan opgesteld met de
patiënt.
6. Behandelen: Het behandelen van de
patiënt.
Na iedere stap een beslismoment waarbij je
gaat kijken naar de vooraf opgestelde
hypotheses en kijk je welke waarschijnlijker of
onwaarschijnlijker zijn geworden.
Hypotheses: Nog te bewijzen uitspraken om een beeld te krijgen wat er
aan de hand is bij de patiënt. Deze stellingen worden geformuleerd alsof
,ze al bewezen zijn. Belangrijk is dat er altijd bij staat op wat voor basis het
is. (Denk bijvoorbeeld aan myogene- of atrogene structuren.)
EBP: Evidence Based Practice
Je oefent je beroep uit op basis van drie pijlers:
1. Wetenschappelijk onderzoek
2. Wensen van de patiënt
3. Eigen klinische ervaring
Kennisdomeinen noodzakelijk voor fysiotherapeut:
Bij het beroep fysiotherapie zijn er veel verschillende kennisdomeinen
waar je wat vanaf moet weten. Deze domeinen zijn:
Biomechanica: de bewegingsleer van spieren gewrichten en ledenmaten
van het menselijk lichaam.
Psychologie: de geest en het gedrag van een persoon.
Pathologie: het ziektebeeld. Bepaalden ziektes leren.
Fysiologie: bestuderen van mechanisme die ervoor zorgen dat we
functioneren.
Anatomie: Het bestuderen van de bouw van het menselijk lichaam.
Gezondheidskundige: Is gericht op de gezondheid van bv, ouderen en
gehandicapten.
Sociologie: De omgang met mensen.
Terminologie: Belangrijke termen Taak 1
Mediaal: Dichter bij het midden.
Lateraal: Aan de zijkant.
Craniaal: Dichter bij het hoofd.
Caudaal: Dichter bij de staart.
Distaal: Verder weg.
Proximaal: Dichterbij.
Ventraal: Voor aanzicht.
Dorsaal: Rugzijde.
Ulnair: Aan de kant van de pink.
Radiaal: Aan de kant van de duim.
Palmair: Handpalm.
Plantair: Onderkant van de voet.
Profundus: Diep gelegen.
Superfiscialis: Oppervlakig gelegen
, Taak 2
Anatomie enkel:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NiBoonen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.66. You're not tied to anything after your purchase.