Bloedafname:
Glucose nuchter
BSE bezinking
Functies bloed: CRP bij acute ontsteking
- Transport van O2, CO2, HB voor o.a. bloedarmoede
voedingsstoffen, HT voor aantal rode bloedcellen
stofwisselingsproducten en TSH schildklierafwijkingen
hormonen. INR stollingstijd
- Afweer
- Bloedstolling Bloedgroepen:
- Hemoglobine (HB) is
opgebouwd uit 4 eiwitten wat
zorgt voor transport voor
zuurstof enz.
Ontwikkeling erytrocyt vanuit stamcel
Bloedstolling
Bij beschadiging van een bloedvat
wordt onder invloed van Bloedgroep A: Heeft het A-antigeen
weefselfactoren eiwit X omgezet in op de rode vloedcellen en B-
eiwit Y. Eiwit Y zorgt ervoor dat antilichamen in het bloedplasma.
protrombine wordt omgezet in Bloedgroep B: Heeft het B-antigeen
trombine. Het ontstane trombine zet op de rode bloedcellen en A-
het oplosbare fibrinogeen om in antilichamen in het bloedplasma
onoplosbare fibrine. De fibrinedraden Bloedgroep AB: Heeft zowel A en B-
dichten de wond af. Ook bloedplaatjes antigenen op de rode bloedcellen en
blijven kleven in dit draden netwerk. geen antilichamen in het bloedplasma,
Geklonterde bloedplaatjes, rode dit is de universele ontvanger.
bloedcellen en fibrinedraden vormen Bloedgroep O: Heeft gen A of B-
uiteindelijk een korstje dat de wond antigenen op de rode bloedcellen maar
dicht. wel A en B-antilichamen in het
bloedplasma. O negatief wordt vaak
universele donor genoemd.
Rhesus (Rh)-systeem
Rh-positief (Rh+) D-antigeen is
aanwezig.
Rh-negatief (Rh-) D-antigeen afwezig.
, Wanneer een Rh- persoon bloed van Het zuurstofarme bloed wordt
een Rh+ person krijgt kan iemand vervolgens afgevoerd via de coronaire
antilichamen tegen Rh D-antigeen venen naar de sinus coronarius, die
maken waardoor er een ernstige het bloed in het rechteratrium van het
immuunreactie ontstaan. hart leidt.
Bloed samenstelling Arteriën
Plasma 55% van bloed 1. Aorta: zuurstofrijk bloed vanuit
Transport en homeostase de linkerventrikel naar het
- Water lichaam vervoert.
- Plasma-eiwitten (albumine, 2. Arteria subclavia: Vervoert
fibrinogeen, stollingsfactoren) bloed naar de armen.
- Elektrolyten 3. Arteria carotis: Vervoert bloed
- Aminozuren naar het hoofd en de hals.
4. Arteria femoralis: Vervoert
HC-tractus circulatorius bloed naar de dij en het been.
5. Arteria renalis: Vervoert bloed
Kleine bloedsomloop pulmonale naar de nieren.
circulatie genoemd, is het systeem dat 6. Arteria mesenterica superior:
het bloed van het hart naar de longen Vervoert bloed naar de dunne
en weer terug naar het hart darm en een deel van de dikke
transporteert. darm.
Rechterventrikel arteria Aders
pulmonalis(longslagader) vena 1. Vena cava superior: Voert CO2
pulmonalis (longaders): voegen O2 rijk bloed terug uit het bovenste
toe linker atrium deel van het lichaam naar het
rechteratrium.
Grote bloedsomloop systemische 2. Vena cava inferior: Voert CO2
circulatie, voert zuurstofrijk bloed van rijk bloed terug uit het onderste
het hart naar de rest van ht lichaam. deel van het lichaam naar het
Ook voert het CO2 rijk bloed terug rechteratrium.
naar het hart. 3. Vena subclavia: Voert bloed
Linkerventrikel aorta arteriën: terug vanuit de armen.
transporteren bloed naar de organen 4. Vena jugularis interna: Voert
en weefsels capillairen: gas en bloed terug vanuit het hoofd en
nutrientenuitwisseling vena cava de hals.
inferior en superior: CO2 rijk bloed 5. Vena femoralis: Voert bloed
weer terug naar het hart terug vanuit het been.
rechteratrium: 6. Vena renalis: Voert bloed terug
vanuit de nieren.
De coronaire bloedsomloop voorziet
het hart van zuurstofrijk bloed en Endocard binnenste laag van het
voedingsstoffen via de coronaire hart, bekleed hartkamers en kleppen.
arteriën, voornamelijk de rechter en
linker coronaire arteriën. Deze arteriën Myocard middelste, dikste laag.
takken af van de aorta en leveren Zorgt voor samentrekking van hart.
bloed aan de hartspier. In de
capillairen vindt gasuitwisseling plaats, Pericard hartzakje, beschermt het
waarbij zuurstof aan de hartspier wordt hart en houdt het op zijn plek bestaat
afgegeven en CO2 wordt opgenomen. uit twee lagen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Frederiekee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.43. You're not tied to anything after your purchase.