Summary - Terms Introduction to Psychology and History of Psychology
FREUD AND PSYCHOANALYSIS (Pioneers of Psychology, CH11 p. 455-488)
All for this textbook (3)
Written for
Tilburg University (UVT)
Psychologie
Inleiding en geschiedenis in de psychologie (595101B5)
All documents for this subject (93)
Seller
Follow
elenayuen
Content preview
Hoofdstuk 1 – Foundational Ideas from Antiquity
Socrates
→ Grote invloed psychologie.
→ Schreef niets op, alles komt van Plato (gefilterd).
→ Bekend door vragen te stellen en mensen zelf de wereld laten ontdekken.
o Hier was Plato erg van onder de indruk.
o Leidt tot de ideeën van Nativisme en Rationalisme.
Nativisme: de kennis is aangeboren (Plato).
Rationalisme: kennis door nadenken en leren. Socrates Plato Aristoteles
Plato
→ Probleem waarneming: wat is er nou waar?
→ Verschijningsvorm en de ideale vorm
o Verschijningsvorm: hoe dingen zich voordoen.
o Ideale vorm: achter de verschijning, bevindt zich in de geest.
→ Idealisme (allogrie van de grot).
o Sensorische input is niet echt.
o Wat wel echt is zijn de idealen in onze geest.
→ Psyche (geest/ziel).
o De wagemenner.
o De rede moet de lusten en de moed controleren.
Aristoteles
→ Empirisme: kennis door observatie + classificatie.
→ Verschillende zielen.
o Vegetatieve ziel: voeden, voortplanten.
o Sensitieve ziel: sensatie, bewegen, geheugen, verbeelding.
o Relationele ziel: logisch redeneren.
→ De geest filtert de ervaring.
o Substantie (wat). Tijd (wanneer).
o Kwantiteit (hoeveel). Relatie (groter, kleiner).
o Kwaliteit (kleur, vorm). Activiteit (wat doet het).
o Plaats (waar).
Alhazen
→ Optica en visuele waarneming.
→ Mechanistische blik op hoe het oog werkt.
→ Oog is passief: signalen van buiten binnen.
o Evidentie: camera obscura (donkere kamer).
o Door weerkaatsing van het licht zie je de projectie van de buitenwereld.
Avicenna
→ Uitbreiding van de functies van de ziel (Aristoteles). Inschatting: goed/slecht gevaarlijk.
o Er is ook een binnenwereld met interne zintuigen. Neiging: handelingsimpulsen.
o Gedachtenexperiment: floating men.
Zelfs zonder sensorische input is er een zelfbewustzijn.
,Hoofdstuk 2 – Pioneering Philosophers
Descartes
→ Eigen methode om kennis te verkrijgen:
o 1. Twijfel aan alles (je kan alleen op jezelf vertrouwen).
o 2. Kennis gaat door denken (deductie).
Staat boven de sensorische ervaring (inductie).
o 3. Zoek simple natures:
Fundamentele eigenschappen waaraan je niet kunt twijfelen.
→ Er zijn maar 2 dingen in de fysieke wereld waaraan je niet kunt
twijfelen.
o Extensie: ze nemen ruimte in.
o Beweging: ze bewegen door de ruimte.
→ Invloed van Galileo.
o Primaire kwaliteiten: vorm, hoeveelheid, beweging.
o Secundaire kwaliteiten: zicht, geluid, gevoel.
→ Fysica
o Hele universum bestond uit verschillende deeltjes.
o Er is geen leegte.
→ Mechanistische fysiologie.
o Lichamen zijn machines.
o Zenuwen: holle buizen met vloeistof (animal spirits).
Hier kan je reflexen mee verklaren.
o Reflex: stimulus (extern) + respons (gedrag).
Er zijn meerdere reflexen (automatisch, aangeleerd,
passie).
o Door te oefenen veranderd de hersenstructuur: vloeistof gaat
anders lopen.
o Er is geen ziel nodig.
o Probleem: rationele ziel kan niet verklaard worden (dualisme).Avicenna: Floating man.
Cognito ergo sum (ik denk dus ik ben). Plato: Nativisme, Rationali
De pijnappelklier zorgt ervoor dat alles in verbinding staat.
Rationele ziel heeft aangeboren ideeën.
Locke (geest is passief)
→ De ziel is niet meer nodig voor kennis.
o Alles gaat door reflex denken.
o Er zijn maar 2 dingen nodig:
Sensatie + reflecties herinneringen.
→ Verschillende soorten kennis
o Intuïtie: ervaren zoals het is.
o Demonstratieve kennis: wiskunde.
o Sensitieve kennis: kennis door de waarneming.
→ Associatie van ideeën (Hume). Filters van Aristoteles
o Continuïteit: dingen die samen voorkomen combineren.
o Gelijkenis: dingen die op elkaar lijken hetzelfde behandelen/zien.
,
, Leibniz (geest is actief)
→ Alles bestaat uit levende organismen (monaden).
o Beïnvloed door techniek en andere dingen (Spinoza en microscoop).
→ Hiërarchie van de monaden.
o Enkelvoudig (bare): droomtoestand (geen bewustzijn).
o Waarnemende (sentient): perceptie (sensitieve ziel).
o Rationele (spirits): apperceptie (bewuste waarneming).
o Opperste (God): God (ziet alles, is alles).
→ Noodzakelijke waarheden (necessary truths).
o Komen uit het individu zelf (neigingen). Niet te verklaren met een
o Er zijn verschillen tussen mensen. passieve geest.
Ze ontwikkelen in een bepaalde richting.
→ Minuscule waarneming (minute observation).
o Cellen nemen dingen waar die je beïnvloeden (onbewuste waarneming).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elenayuen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.