Pedagogische systemen in de kindertijd en adolescentie (201700102)
All documents for this subject (46)
Seller
Follow
jasmijnhokse
Content preview
Week 1
HC 1 theorieën opvoeding/socialisatie
Socialisatie is het proces waarbij kinderen kennis, vaardigheden en gedragingen aanleren/verkrijgen
en overtuigingen, waarden en normen eigen maken die eigen zijn aan de cultuur/ samenleving
waardoor ze in staat zijn de participeren in de samenleving.
Transactioneel; zijn bidirectionele of unidirectionele processen over de tijd heen.
Theorieën;
- Psychodynamische theorie van Freud; het reguleren van impulsen. Driften uit in bepaald
gedrag. Ouders moeten leren hoe het kind impulsen kan controleren.
Id; primitieve driften(duiveltje)
Ego; reguleert impulsen (cartoon character) maakt de beslissingen.
superego; geweten (engel) wat is sociaal acceptabel?
Ego-controle; expressie vd driften ego- resiliency; wat je doet, met vrienden zeg
je anderen dingen dan bij je ouders.
Effortful control; aandacht verdelen, weten wanneer je op iets moet concentreren
- Langeveld; laat het kind huilen, niet troosten. Kind helpen om ‘mondig’ te worden. Het doel
is zelfverantwoordelijke zelfbepaling (het kind ontwikkeld uit zichzelf)
- Dr. Spock; kind wel troosten, gedisciplineerd opvoeden en troost bieden
- Behavioristisch perspectief; begin 20ste eeuw. Begint bij klassieke conditionering; associaties
versterken, door stimulus reacties uitlokken. ( denk aan hond met bel en eten) Watson zei
dat een kind een onbeschreven blad is. Hij kan een kind maken tot wat hij wilt. Hierna kwam
operante conditionering; leren gewenst gedrag door beloning en straffen. Negatieve
bekrachtiging; iets negatiefs wegnemen.
- Patlerson; Coercion cycle; gaat uit van negatieve bekrachtiging. Moeder gaat tafel dekken ipv
kind. Dit zorgt voor negatieve spiraal, kind leert drammen zodat hij/ zij iets niet hoeft.
- Sociale cognitieve leertheorie; wel onderscheid tussen mens en dier, observeren en imiteren.
Je kan het leren maar er moet ook motivatie zijn om het na te doen en self- efficacy (jij denkt
dat je het wel/niet kan). Taak ouders; rolmodel zijn voor kind
- Attachment and loss (ainswort, bowlby); kind heeft aangeboren neiging tot zoeken van -
bescherming in geval van stress, gevaar, ziekte. Taak ouders in ingaan op behoefte aan
bescherming.
Theorie; een door de mens geconstueerd beeld van de werkelijkheid.
Empirisch onderzoek ondersteund of verwerpt de theorie
Socialisatie processen & mechanismen;
- Samenhang vs causaliteit; undirectioneel, bidirectioneel
Moderatie; interacties tussen gedrag en opvoeding bijvoorbeeld
1. Opvoeding naar gedrag kind; opvoedingsstijlen, Jack; permissief. Opvoedingsdimensies zijn
bijv. ondersteuning, warmte, gericht op welzijn kind, controle (heeft negatieve en positieve
aspecten)
2. Gedrag kind heeft effect op opvoeding; als het kind angstig is willen ze controle houden over
kind, dingen niet laten zien op tv, dit zorgt voor meer angst, de ontwikkeling van
vaardigheden om om te gaan met angst gaat langzamer. Meer angst van kind zorgt voor
meer controle van ouders
3. Opvoeding x gedrag kind sociale ontwikkeling; moderator effect; voor jongens anders dan
voor meisjes. Opvoeding zorgt voor ontwikkeling, gedrag kan hier invloed op hebben bijv.
hoe meer harde discipline hoe meer gevolgen voor agressief gedrag van angstige kinderen;
moderator is de mate van angst.
Figuur 1 moderator effect
Diathesis-stress/dual risk model; kwetsbaardere individuen worden meer beinvloed door
negatieve omgevingseffecten dan de resilient kinderen.
, Differental-susceptibility model; de kwetsbare groep is gevoeliger voor positieve omgeving,
iets leuks zorgt voor positievere gevolgen.
4. Gedrag kind via opvoeding sociale ontwikkeling (mediatie). de monitoring van supervisie
van alcoholische ouders leid tot verandering in alcohol gebruik bij kinderen.
Literatuur; parke h1,h7,h9 en berns h1, h4,h6,h7
Week 2
HC 2 gehechtheid
SSP; strange situation procedure. Dit word het meest gebruikt tot 1 jaar maar het is mogelijk tot 6
jaar. Een nadeel hiervan is dat er een verschil is tussen kinderen hoe erg ze er aan gewend zijn dat de
moeder weggaat.
Ambivalente hechting; fase 1; blijft dicht bij moeder en exploreert niet. fase2; kind is bang en gaat
terug naar moeder als de stranger komt. Fase 3; kind is boos of gaat huilen als moeder weg gaat en
laat zich niet troosten door de stranger. Fase 4; kind blijft boos/ huilen als moeder terug komt het is
aan de ene kant boos en aan de andere kant zoekt het toenadering.
Gehechtheidstheorie kan je ook meten met attachment Q- Sort;
- Secure-base gedrag; balans nabijheid en exploreren’
- 90 kaartjes met gedragsbeschrijvingen, kijken of het waar is of niet
- Het kan door ouders zelf gedaan worden
Nadeel; door dat het plaats vind in een natuurlijke situatie (thuis) is er minder stress waardoor
hechting minder word geactiveerd. Want hechting wordt geactiveerd tijdens stress
Je kan hechting ook meten met het adult attachment interview;
- Vragen over kindertijd over gehechtheidsrelatie met ouder
- Gebaseerd op inhoud en coherentie van verhaal
Nadeel; het is erg tijdsintensief om interviews te transcriberen en interpreteren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jasmijnhokse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.73. You're not tied to anything after your purchase.