Organisatie en management
Hoofdstuk 1 Denken over organisatie en management
Organisatiekunde = een interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het
bestuderen van het gedrag van organisaties alsmede de factoren die dit gedrag bepalen en
de wijze waarop organisaties het meest doeltreffend bestuurd kunnen worden.
Definitie van organisatiekunde omvat twee aspecten van het vakgebied:
Descriptief aspect = beschrijving van het gedrag van organisaties, met de motieven
en gevolgen.
Prescriptief aspect = advies over te volgen handelwijze en organisatie-inrichtingen
(voorschrijvend).
Interdisciplinariteit = elementen afkomstig uit andere vakgebieden (bijv. bedrijfseconomie,
marketing) die worden gebruikt voor een nieuwe benadering.
Multidisciplinair = wanneer alle bijdragen uit de verschillende vakgebieden worden
verzameld die nodig zijn voor een onderzoek.
Besturing = het richting geven aan processen binnen een organisatie. (Richting wijst naar
een doel dat vooraf bepaald moet worden. Belangrijk onderwerp van besturing is het
vormgeven en aanpassen van de structuur binnen de organisatie.)
Doeltreffendheid of effectiviteit = de mate waarin de besturing slaagt.
Fundering van ondernemingen is altijd een combinatie geweest van handel tussen
verschillende stammen. Eerste voorbeeld van een ‘handelsroute’ is de:
Zijderoute = een van de oudste handelsroutes die was
opgericht 2 v. Chr., verbond Europa, Midden-Oosten, Azië en
hierdoor de grote Romeinse en Chinese beschavingen.
Eerste internationale handelsondernemingen waren opgericht
en gesubsidieerd door nationale overheden met als doel hun
koloniale handelsbeleid te ondersteunen.
Voorbeelden: Engels Oost-Indische Compagnie, Nederlandse
Oost-Indische Compagnie, Frans West-Indische Compagnie
Bijna 90% van de 500 grootste bedrijven ter wereld zijn
gevestigd in Noord-Amerika, Europa en Japan. Nederland is
het thuisland van elf van de 500 grootste bedrijven
(Voorbeelden: Shell, Ahold, Heineken).
‘’Multinationale onderneming is wanneer een onderneming internationaal werkt.’’
, Scientific Management – Taylor (rond 1900)
Taylor: grondlegger van een meer systematische benadering van bedrijfsvoering.
Hoofdpunten van Scientific Management (Taylorisme) zijn:
- Wetenschappelijke analyse van werkzaamheden en uitvoeren van bewegingsstudies
- Vergaande taakverdeling en training van arbeiders
- Hechte en vriendschappelijke samenwerking tussen leiding en arbeiders
- Bedrijfsleiders verantwoordelijk voor analyseren van en zoeken naar werkmethoden
en het scheppen van arbeidsvoorwaarden
- Juiste man op de juiste plaats door zorgvuldige selectie
- Invoeren van prestatiebeloning met als doel te komen tot lagere productiekosten
Scientific Management = Een systematische, samenhangende bedrijfskundige benadering
voor de wijze waarop de productie georganiseerd zou moeten worden. Een bedrijfsleider
moet een brede visie hebben op zijn taak in de organisatie die bestaat uit plannen,
coördineren, toezicht uitoefenen en het controleren van resultaten.
Human Relations – Mayo (rond 1945)
Mayo bewees met zijn experimenten dat er naast objectieve factoren ook subjectieve
factoren zijn voor het resultaat. Subjectieve factoren zijn aandacht, zekerheid, bij de groep
horen en waardering. Sociale vaardigheden zijn dus voor leidinggevenden zeer belangrijk.
Recente organisatietheorieën vanaf 1980
Henry Mintzberg: organisatieconfiguraties (ideaaltypen, zie hoofdstuk 9)
Ondernemersorganisatie
Machineorganisatie
Professionele organisatie
Divisieorganisatie
Innovatieve organisatie
Zendingsorganisatie
Politieke organisatie
Peter Drucker; invloedrijk managementgoeroe
Kennis als essentiële productiefactor
Kenniswerker bepaalt grotendeels zelf de inhoud van zijn werk
Bestaansrecht van organisaties wordt steeds korter
Michael Porter: professor aan Harvard met belangrijke bijdragen op het gebied van de
omgeving (vijfkrachtenmodel), strategie (concurrentiestrategieën) en organisatieanalyse
(waardeketen)
C.K. Prahalad: globalisering en innovatie
Globalisering vraagt een grotere samenwerking met de klant
Innovatie door eerst te kijken naar de armsten (bodem van de economische
piramide)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gvr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.