Op de arbeidsmarkt worden arbeidskrachten verhandeld. De werknemer biedt
arbeid aan, de werkgever vraag arbeid.
,Werkloosheid drukken we uit in het werkloosheidspercentage= (werkloze
bevolking/ beroepsbevolking) x 100%
Verschil tussen vraag en aanbod van arbeid is werkloos.
Veel vraag naar arbeid en weinig aanbod = krappe arbeidsmarkt
Veel aanbod van arbeid en weinig vraag = ruime arbeidsmarkt
Aanbod van arbeid:
Netto participatiegraad = werkzame beroepsbevolking x 100%
potentiële beroepsbevolking
• Bruto participatiegraad = beroepsbevolking x 100 %
potentiële beroepsbevolking
• P/A verhouding = personen per arbeidsjaar
voorbeeld: P/A = 1,28 -> 1,28 aantal mensen voor 1 arbeidsjaar (parttime
werkers)
• deeltijdfactor = 1/P/A factor bijv. 0,8 of 80%
vraag naar arbeid:
de vraag naar arbeid hangt af van:
- Effectieve vraag/totale afzet
- Productiecapaciteit/ productieomvang
- Productiviteit/Productietechniek
- Situatie op de arbeidsmarkt
- Prijs van arbeid
- Institutionele factoren
- (subsidies, regelgeving rond ontslag enz.)
Productie/ arbeidsproductiviteit = werkgelegenheid
Les 2: arbeidsmarkt
Mensen tussen 15 – 75 jaar zijn in principe geschikt om te werken. een deel van
deze mensen is niet actief (bijv. studenten en huisvrouwen).
Mensen die wel geschikt zijn om te werken = beroepsbevolking/aanbod van
arbeid = mensen die willen werken voor een aantal uur per week, hiervan deel
werkzaam en werkloos.
Werkloos ben je onderdeel van de beroepsbevolking, maar je bent ook inactief
omdat je op dat moment niet werk.
, Redenen om te werken = arbeidsmotieven (bijv. geld verdienen, jezelf
ontwikkelen, structuur in je leven, sociale contacten of een bijdrage leveren aan
maatschappij).
Arbeidsmarkt= het geheel van vraag (willen laagste loonkosten, willen bij lager
loon meer mensen in dienst) naar arbeid en aanbod (willen zo veel mogelijk loon
krijgen, bij hoog loon meer aanbod) van arbeid. Door Qa=Qv wordt aanbod
bepaald.
Vraag= werkgelegenheid, aanbod= beroepsbevolking.
Bij economische groei, verandering, meer geproduceerd worden, meer vraag
naar werknemers. Vraaglijn naar rechts verschuiven (hoger loon betaald)
Ruime en krappe arbeidsmarkt:
Aanbod is groter dan de vraag = ruime arbeidsmarkt, lonen dalen, omdat
werkgever iemand anders kiest als je niet voor een bepaald loon wilt werken.
Vraag is groter dan aanbod = krappe arbeidsmarkt, lonen stijgen.
Werkloosheid:
Conjuncturele werkloosheid: werkloos4heid die het gevolg is van een daling
van de vraag naar goederen en dienst4en door vermindering van de koopkracht
(vaak kortdurend). Minder vraag naar goederen, kun je zien in conjunctuurgolf.
Als het goed gaat met de economie, zitten we boven lijn/gemiddelde, in deze
goede fase zijn er veel mensen nodig.
Als het minder gaat/ daling, de mensen die bij de goede fase nodig waren en nu
niet meer nodig zijn omdat er minder geproduceerd wordt. Koopkracht van
mensen daalt, hierdoor daalt afzet en productie dalen en hierdoor daalt de
werkgelegenheid ook, meer werkloosheid = conjuncturele werkloosheid
Structurele werkloosheid= werkloosheid als gevolg van verandering in de
aanbodkant van de economie (mechanisatie of verplaatsing naar buitenland). De
arbeidsplaats komt niet meer terug. Kan ook niet meer op lange termijn opgelost
worden.
Frictiewerkloosheid: kortdurende werkloosheid omdat je even tijd nodig hebt
om een nieuwe baan te vinden (tijd tussen afronden opleiding en vinden van
baan). (logisch)
Seizoenswerkloosheid: werkloosheid die ontstaan doordat bepaald werk alleen
maar in een deel van het jaar verricht kan worden (skileraar, badmeester) groot
probleem.
Regionale werkloosheid= werkloosheid die in bepaalde geibeden hoger is dan
gemiddeld in het land.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lrhkersten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.73. You're not tied to anything after your purchase.