Dit is een samenvatting van alle examenstof van economie (VWO). Ik heb zelf examen gedaan in het jaar . De samenvatting bevat belangrijke begrippen, uitleg en zelfgemaakte grafieken/tekeningen.
, Basisjaar verleggen van een reeks Indexcijfer = (waarde / basiswaarde) x 100
indexcijfers
1.2 Inkomen
Inkomen en inflatie
Er zijn twee soorten inkomen:
1) Primaire inkomens: met een tegenprestatie
a) Inkomen uit arbeid: loon
b) Inkomen uit vermogen: rente, huur/pacht, winst
2) Overdrachtsinkomens: zonder tegenprestatie. Dit zijn uitkeringen en toeslagen.
Je hebt ook het secundair inkomen, ook wel het besteedbaar inkomen. Deze bereken je
als volgt:
Secundair inkomen = primair inkomen - belastingen en premies + sociale uitkeringen en
toeslagen
Inflatie is de gemiddelde prijsstijging van goederen en diensten die consumenten kopen.
Hierdoor daalt de koopkracht, ook wel geldontwaarding. Oorzaken van inflatie kunnen zijn:
de stijging van lonen of de btw wat wordt doorberekend in de prijs.
Hyperinflatie is een extreme prijsstijging. De centrale bank creëert grote hoeveelheden geld
die niet in verhouding staan tot de economische groei. De koopkracht daalt en men verliest
het vertrouwen in geld.
Deflatie is de gemiddelde prijsdaling van goederen en diensten die consumenten kopen.
Oorzaken zijn het dalen van de productiekosten of te lage bestedingen van consumenten.
Als mensen een daling van de prijzen verwachten zullen ze aankopen uitstellen.
Inflatie wordt gemeten met het consumentenprijsindexcijfer (CPI). Dit is een
samengesteld gewogen prijsindexcijfer: de enkelvoudige indexcijfers hebben een bepaalde
wegingsfactor en worden samengevoegd.
Koopkracht
Reëel inkomen: de koopkracht
Nominaal inkomen: inkomen in euro’s, primair inkomen en overdrachtsinkomen
Inflatie: stijging van de prijzen
, Prijscompensatie is een loonsverhoging om de inflatie te compenseren. De koopkracht blijft
gelijk.
Reële verandering van het inkomen = nominale verandering van het inkomen - inflatie
RIC = NIC / PIC
1.3 Sparen en lenen
Sparen en lenen
Inkomen is een stroomgrootheid en wordt over een bepaalde periode gemeten.
Vermogen is een voorraadgrootheid en wordt op een bepaald moment gemeten.
Er is sprake van een positief verband tussen inkomen en vermogen: als de één daalt, dan
daalt de ander ook, en andersom.
In een financiële levensloop is er sprake van ruil tussen generaties. In jouw jeugd betalen
jouw ouders de kosten voor levensonderhoud. Jouw pensioen wordt betaald door de
werkende generatie die belastingen en premies afdragen.
Of mensen gaan sparen of lenen hangt af van:
1) Levensfase
2) Rente
3) Inflatie
4) Consumentenvertrouwen
Ruilen over de tijd is de consumptie van nu vervangen door de consumptie in de toekomst,
of andersom. Bij sparen stel je consumptie uit naar de toekomst, bij lenen haal je
consumptie naar voren.
Mensen met een lage tijdsvoorkeur sparen en betalen spaarrente. Mensen met een hoge
tijdsvoorkeur lenen en betalen leenrente. De bank verdient een rentemarge, ook wel het
verschil tussen de spaarrente en de leenrente.
Er zijn twee soorten leningen:
1) Lening zonder onderpand: consumptief krediet
2) Lening met onderpand: hypotheeklening
Rente is ook wel een vergoeding voor:
- Ruilen over tijd
- Inflatierisico
- Risico van wanbetaling (dat een lening niet terug wordt betaald)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jolieheemskerk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.07. You're not tied to anything after your purchase.