Zwaard en schild: In het strafprocesrecht krijgt de overheid enerzijds de
mogelijkheid om daders te vervolgen (zwaard) anderzijds beschermt het
strafprocesrecht de burgers tegen een al te indringende overheid
(schild)evenwicht tussen instrumentaliteit en rechtsbescherming
Materieel strafrecht (Sr)
• Regelt welke gedragingen onder welke omstandigheden strafbaar
zijn, waaruit de straffen bestaan en onder welke voorwaarden het
strafrecht mag worden toegepast
• Gaat over de inhoud van het strafrecht: strafbepalingen,
sanctiestelsel en voorwaarden van vervolgbaarheid
Formeel strafrecht (Sv)
• Bevat de regels die bepalen langs welke weg het strafrecht zich
dient te realiseren. Heeft betrekking op de strafrechtelijke
procedures.
• Verwezenlijking van het materiële strafrecht (procedure): regels
voor opspring, vervolging en berechting van strafbare feiten en
geeft bevoegdheden aan overheidsfunctionarissen.
Inquisitoire en accusatoir procesmodel
,Accusatoir
• Twee gelijkwaardige partijen strijden met elkaar ten overstaan van
een passieve rechter die zich beperkt tot de rol van scheidsrechter
• Rechter ziet erop toe dat partijen de regels van het proces in acht
nemen en laat de inhoud van het proces. Rechter doet uitspraak als
partijen daarom vragen.
• Nadruk ligt bij dit proces op bewijs dat (mondeling) tijdens het ott
wordt gepresenteerd
Inquisitoire
• Justitie is actief bezig met waarheidsvinding, vervolger en
beschuldigde verschijnen tegenover elkaar
• Beschuldigde is object van het onderzoek. Nadruk ligt in dit model
op de schriftelijke uitslag van het vooronderzoek dat is uitgevoerd
door de overheid.
• Rechter beslist en motiveert zelf welke resultaten hij uit het
vooronderzoek betrekt bij zijn beslissing
Nederland = gematigd accusatoir/inquisitoir
• Kent alleen een beroepsrechter en legt een zwaar accent op het
vooronderzoek, waarbij het dossier geldt als ruggengraat voor de
strafrechtspleging (inquisitoir). Verdachte wordt echter in
gelegenheid gesteld om verweer te voeren en daarbij tegenbewijs
te leveren, waarmee de verdediging als procespartij kan worden
gezien (accusatoir).
Doel van de straf
In het strafrechtsysteem is de straf niet primair gericht op het herstellen
van het onrecht maar meer op het bestraffen van de schending van de
rechtsorde
Het gaat om meer dan alleen het rechtzetten van de gevolgen voor het
slachtoffer; de straf maakt duidelijk dat de samenleving als geheel
getroffen is door het gepleegde delict.
,Het strafrecht vervult een aantal functies die bijdragen aan het
handhaven van de rechtsorde en het beschermen van de samenleving:
Vergelding: Dit betekent dat de dader een straf krijgt die in
verhouding staat tot de ernst van het delict
Afschrikking: De straf behoort criminaliteit in de toekomst te
ontmoedigen.
Resocialisatie: De samenleving heeft ook een corrigerende functie,
men probeert de dader te helpen en voorkomen dat hij opnieuw de
fout ingaat Dit vermindert de kans op recidive en bevordert de
herintegratie van de dader in de maatschappij.
Let op: Hoewel straf indirect kan bijdragen aan het herstel van onrecht,
bijvoorbeeld door het bieden van genoegdoening aan slachtoffers, is dit
niet de primaire focus. De straf richt zich in de eerste plaats op het
bestraffen van de norm schending en het beschermen van de
samenleving.
DUS: Het strafrecht draait dus de kern om het sanctioneren van
wederrechtelijk gedrag en NIET op herstel!
Leedtoevoeging staat daarbij centraal, waarbij speciale en – generale
preventie beoogde gevolgen daarvan zijn
Samenloop straf- en bestuursrecht
Een belangrijk verschil tussen strafrecht en bestuursrecht:
In het strafrecht traditioneel alleen een rechter straffen mag
opleggen vanwege de serieuze gevolgen voor de gestrafte, zoals
leedtoevoeging en vrijheidsbeneming.
In het bestuursrecht mogen bestuursorganen echter zelf sancties
opleggen, zoals boetes en bestuursdwang, vaak zonder rechterlijke
tussenkomst. Dit komt omdat het bestuursrecht vaak gericht is op
herstel en preventie in plaats van straf.
Let op: Er is echter één exclusieve strafrechtelijke sanctie: de
vrijheidsstraf, die enkel binnen het strafrecht kan worden opgelegd en niet
in het bestuursrecht voorkomt.
Er zijn ook overeenkomsten tussen strafrecht en bestuursrecht:
beide sanctiesystemen worden beheerst door de overheid, die als
initiërende en controlerende partij optreedt.
, Het gebruik van bestuursrechtelijke toezichtbevoegdheden of
controlebevoegdheden uit bijzondere wetgeving kan leiden tot het
ontstaan van een verdenking, wat op zijn beurt kan resulteren in het
inschakelen van opsporingsbevoegdheden= sfeerovergang, waarbij
toezicht overgaat in opsporing. Het is cruciaal dat bevoegdheden niet
worden misbruikt voor andere doeleinden dan waarvoor ze zijn bedoeld.
Tevens kan er sprake zijn van sfeercumulatie= verwijst naar de situatie
waarin bestuursrechtelijke handhaving en strafvorderlijk optreden
samenvallen. Dit roept vragen op over de legitimiteit van het gebruik van
toezichtbevoegdheden wanneer er al aanwijzingen of redelijke
vermoedens zijn van strafbare feiten.
De toepassing van bevoegdheden uit bijzondere wetten, (mede) met het
oog op opsporing, kan in drie varianten plaatsvinden:
De toepassing vindt plaats binnen de context van één en dezelfde
bijzondere wet;
De toepassing van toezichtsbevoegdheden is gericht op het
verzamelen van informatie over strafbare feiten die buiten het
bereik van de bijzondere wet vallen;
De opsporingsbevoegdheden die in de bijzondere wet worden
verleend, worden aangewend met het oog op de opsporing van
gedragingen die niet in de betreffende bijzondere wet strafbaar zijn
gesteld.
De politie
In artikel 3 Politiewet 2012 staat dat de politie tot taak heeft in
ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de
geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van
de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven.
De politie opereert dus onder het gezag van de bevoegde
autoriteiten, wat noodzakelijk is gezien de ingrijpende
bevoegdheden die zij heeft
Indien de politie optreedt ter handhaving van de openbare orde en
ter uitvoering van een hulpverleningstaak, staat zij onder gezag van
de burgemeester (artikel 11 lid 1 Politiewet 2012)
; Indien de politie optreedt ter strafrechtelijke handhaving van de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lia123444. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $14.44. You're not tied to anything after your purchase.