Direct: hierbij ligt de nadruk vooral op de boodschap zelf.
Indirect: hierbij ligt de nadruk op hoe de boodschap over kan worden gebracht.
Eenzijdig: hierbij is slechts 1 persoon aan het woord en er geen interactie plaatsvindt.
Meezijdig: dit is een gesprek waar meerdere mensen actief deelnemen en met elkaar communiceren.
Verbaal: een manier van uitdrukken in woorden en geluiden
Non- verbaal: een manier van uitdrukken zonder woorden maar door bijvoorbeeld je
gezichtsuitdrukking
Coderen: is het omzetten van informatie in een specifieke code of taal, vaak gebruikt in de context
van programmeren of versleuteling
Decoderen: is het omzetten van gecodeerde informatie terug naar de oorspronkelijke vorm of taal
Externe ruis: ongewenste geluiden van buitenaf
Interne ruis: verstoringen of interventie die ontstaan binnen een systeem of communicatieproces
Interne communicatie: uitwisseling van informatie en berichten binnen een organisatie of groep,
tussen verschillende afdelingen, teams of individuen
Externe communicatie: uitwisseling van informatie en berichten tussen een organisatie en externe
partijen.
Open vragen: zijn niet beperkt voor een specifiek antwoord en de respondent en geven de vrijheid
om uitgebreid antwoord te geven.
Gesloten vragen: vragen die niet beantwoord kunnen worden met een specifiek antwoord.
Confronterende vragen: directe vragen die bedoeld zijn om iemand uit te dagen of te confronteren
Suggestieve vragen: vragen die impliceren of sturen naar een bepaald gedrag.
Verduidelingsvragen: vragen om een uitgebreider antwoord te geven.
Tegenvraag: wordt gesteld om iniatief te houden of om te hernemen.
Luisteren samenvatten doorvragen: een basistechniek geschikt voor iedereen die met andere mensen
te maken heeft in communicatie
Interpreteren: jouw betekenis geven aan de boodschap die jij ontvangt.
Actief luisteren: alleen de woorden horen maar ook de andere begrijpen
Informatief gesprek: hierin wordt kennis gedeeld met elkaar.
Helpend gesprek: kan verlichting of verduidelijking geven
Slecht-nieuws- gesprek: een gesprek waarbij je een slechte boodschap overbrengt en een luisterend
oor biedt.
Intakegesprek: een kennismakingsgesprek
, Directe houding: je geeft meteen duidelijk aan wat je bedoeld en hebt een actieve houding
Non- directe houding: zonder te zeggen wat je bedoeld, je communiceert indirect.
Ik heb voor de observatie hiervan een nazorg gesprek gebruikt van een overleden meneer van
appartement 208, hier heb ik bij gezeten. Een collega heeft het gesprek gevoerd met simpelweg het
doel hoe is het met de familie en hoe heeft de familie het gesprek ervaren. Het gesprek verliep
eigenlijk wel goed, de familie was eigenlijk best tevreden over de geboden zorg omdat ze wel zagen
dat dit beter is voor meneer zelf. Ook had meneer gedragsproblemen die ook voor familie niet altijd
moeilijk was en ook voor het personeel op de werkvloer.
Begrippen die werden gebruikt:
- Helpend gesprek: het was namelijk ook een gesprek om te kijken wat wij als zorg voor de
volgende keer zou kunnen verbeteren.
- Actief luisteren: we luisteren actief wat de familie te zeggen heeft en interpreteren dit.
- Openvragen: deze stelde we omdat we graag ervaringen wouden hebben van familie en
wouden weten hoe familie deze tijd heeft ervaren.
- Intern communicatie: hier was sprake van meerdere disciplines maar ook tussen familie.
- Verbaal en non-verbaal: woorden zeiden veel maar uit de gezichtsuitdrukking konden we ook
zien dat het wel emotioneel was.
- Meerzijdig: familie leden en zorg was aanwezig.
- Indirect: het ligt vooral aan hoe we ervaringen en feedback delen met elkaar.
V2:
Wij hebben op de afdeling mensen die problemen hebben met het:
- Horen
- Zien en praten
- Problemen ter gevolgen van een ziektebeeld
- Problemen met begrijpen en taal
Mijn bevindingen zijn dat meer en deel slechthorend is, hierdoor hebben mensen een
gehoorapparaat gekregen, dit zorgt wel voor een betere communicatie. Ook is er een vrouw die hoort
heel goed maar door haar oogziekte ziet mevrouw niks ook is mevrouw dementerend dus dan is
communicatie wel moeilijk, vaak hou ik het dan simpel en laat ik mevrouw dingen voelen die ik
bedoel of luisteren. Verder hebben we nog een vrouw op de afdeling die bekend is met reuma,
mevrouw kan moeilijk praten en aangeven wat ze bedoeld. Ze probeert zich wel verstaanbaar te
maken echter is dit soms erg moeilijk. Wat ik bij mevrouw gebruik is lichaamstaal, kijkt mevrouw
angstig, geeft ze pijn aan, huilt ze of kijkt ze boos. Hier probeer ik veel informatie uit te winnen om
mevrouw de juiste zorg te verlenen.
De technieken die wij gebruiken is deels gebaren taal dus voor iemand staan en dan communiceren
of door korte vragen te stellen. Pictogrammen gebruiken wij zoals een bordje met wc erop of de
namen van de bewoners op de deuren.
V3:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller naomiwagenaar29. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.75. You're not tied to anything after your purchase.